thema: Stilte

Stilte

Omdat zulke manifesties als de Gedichtendag of de Boekenweek niet buiten een thema kunnen werd de Gedichtendag van vandaag opgehangen aan het thema 'stilte'.Een enkele keer is een thema goed om de geesten te richten, vaker leiden thema's tot verwarring en obligate productie.Stilte is zo'n voorbeeld.

Stilte bestaat namelijk - althans binnen een mensenleven - niet.Juist daarom is het de laatste jaren een geloofsartikel geworden. Het hele land is vol geluidswallen gelegd, natuurgebieden worden afgeschermd, in kerken en buurtcentra zijn hermetisch afsluitbare stiltecentra ingericht opdat wij dat kostbaar goed althans nog ergens kunnen beleven. In stilte komen wij - slachtoffers van een gekmakende samenleving vol herrie - eindelijk tot onszelf. Stilte als medicijn. Zou het helpen? Dat stilte niet bestaat merk je als je de proef op de som neemt. Hoe minder je hoort hoe meer je hoort. Het kraken van het huis, je eigen ademhaling en hartslag. Nogal angstaanjagend. Men bedoelt niet stilte, men bedoelt rust. En daar valt ook wel wat over te zeggen. Je kunt er - op barre momenten - naar uitzien, maar pas op als het je overkomt. Denk aan het oudje in Voltaires Candide dat zich afvraagt wat erger is, honderd keer verkracht worden, een bil kwijtraken enzovoorts, of ‘hier moeten blijven zonder iets uit te voeren’. Lees het stuk van Gerard Janssen uit de VPRO-gids.

Zonder titel, 1993-1994, inkt en krijt. Let op de resten van oude lagen.
Ben Akkerman

Ben Akkerman

 In het Rijksmuseum Twente is een overzicht van het werk van Ben Akkerman (86) te zien. Met werkelijk abstracten heb ik het vaak moeilijk, met Akkerman juist niet. Raadselachtig hoe hij me optilt en meeneemt op zijn omzwervingen door en om het vlak. Hij doet me denken aan wat Nijmeegse wetenschappers uitvonden over muziek: 'het is een spel met patronen, de musici zijn het publiek steeds te slim af'. Zo vergaat het me bij Akkerman. Soms giechel ik om wat hij uithaalt.

 Ik vertel hem die muziektheorie, maar hij zegt 'ik ben totaal amuzikaal'. En voegt eraan toe dat je over die dingen beter niet kunt praten. Hij tekent en schildert gewoon. Het een komt uit het ander voort. Zijn tentoonstelling beslaat heel z'n ontwikkelingsgang, van landschap naar abstractie, inclusief tien nieuwe tekeningen uit de periode 1979-1994, en is door hem zelf samengesteld. Hij laat me de precieze opstelling per zaal uitgetekend zien. Tot slot drie blauwe monochromen, die hij als zijn testament beschouwt. Hij is een oeuvrebouwer zegt hij zelf. Liefst houdt hij 150 werken over. Hij heeft al menig doek doorgezaagd. Echt waar? Ja.

 Ben Akkerman woont al zijn leven lang in Enschede. Hij ontvangt me met thee en een rondo, op de flat waar hij alleen woont sinds zijn vrouw 7 jaar terug overleed. Haar favoriete schilderij hangt boven de bank: een vierkant rood monochroom. In de achterkamer is atelier. En, daar wordt gewerkt. Het ruikt naar verf. Daar en in de gang zijn twee nieuwe doeken in aanbouw. Ga kijken. Ben Akkerman swingt zachtjes. Een man van weinig woorden. Die zijn op 7 februari na 21.00 te horen in het beeldhalfuur van De Avonden.

Tags: 
Ben Akkerman
Beluister fragment
mobieltjefoto Arie Schippers

Betonnen paaltjes

Bij het zien van deze foto kreeg ik letterlijk een schok. Daarna begon het over elkaar wrijven van de vingertoppen. Wat had dat te betekenen?Er zijn betonnen vierkante palen en paaltjes in allerlei maten. Gemeen hebben ze het elegante vierzijdige dakje en de gaten. Gaten bestemd voor prikkeldraad.

Ze dateren uit de tijd voor de HERAS-hekwerken. De afstand tussen de prikkeldraden is meestal net groot genoeg om ze - wanneer ze niet meer nieuw en strak gespannen zijn - uiteen te buigen, zodat je er tussen door kunt (help je vriendinnetje!). Het gaat om grof beton, hele kiezels erin. Versterkt met een wapening van meervoudig staaldraad. Die op den duur onherroepelijk aan het licht komt. De paaltjes worden na jaren weer en wind plaatselijk dunner, maar hun wapening houdt ze overeind. Ze staan er soms half omgeklapt bij. De palen op deze foto van betonbroeder Arie Schippers - met kromming van boven, extra lastig beklimbaar - stonden om een terrein nabij afslag 7 van de A1. Weemoed komt over me. Bloemen rijzen op. Warm is het beton, het geurt. Ik leg mijn hand erop.

Filip Rogiers in Enghien-Edingen met ''native speaker''

Belgitude

Het duister valt over de heuvels van het Pajottenland. We zouden onze vingers aan de taalgrens leggen. Wat zijn Pajotten vraag ik. Filip Rogiers weet het niet. Terwijl hij toch bijna alles weet over het taalgrensgebied. Ginds is Lessines, waar Magritte geboren werd en daar komt Urbanus vandaan. Hij zou er een boek over schrijven maar de uitgever wilde liever iets over Vlaams Blok. Dat werd 'Eigen schuld eerst' (2001). Getuige zijn 'Buurtpatrouille' komt Rogiers als verslaggever van De Morgen overal in Vlaanderen. Afkomstig uit Gent werd hij een overtuigd Brusselaar. Hier is de smeltkroes, hier zal het gebeuren. Of ik wist dat Geert van Istendael en zijn vrienden elke week cabaret opvoeren, in de Marollen, in het Brussels?

Daar leeft wat hier in Enghien-Edingen verloren gaat. Enghien, Franstalig gebied, maar sinds 1963 met 'faciliteiten' voor Vlaamstaligen op het stadhuis, in het onderwijs en dubbele straatnaambordjes. Gevoeligheden genoeg, maar de echte taalgrensstrijd bleef toch beperkt tot de Voerstreek en Komen. Het Vlaamse Belang met z'n hang naar etnic cleansing is het echte gevaar. Filip vraagt het een oude heer in het café. Beluistert zijn Henegouws-Vlaams en stelt vast dat hij een der laatsten is. Zijn kinderen en kleinkinderen spreken Frans. 't Is voorbij, la Belgique de Papa, tenminste hier, zeker en vast. Er zou een Belgisch P.J.Meertens Instituut moeten zijn om vast te leggen wat er nog over is van het elegante 'melangeren', het permanente sociale pendelen tussen Vlaams en Waals.Filip heeft hoop op Brussel als nieuwe smeltkroes. Met een politieke status aparte, als een Washington DC of Quebec (waar hij op studiereis was). De taalgrens heeft z'n dienst gedaan. Er is een rechtvaardige verdeling bereikt. Vlaanderen en Wallonië kunnen versmelten, maar nu op gelijke basis. Leve de Belgitude! zeg ik hem na. Maandag na 21.00 het tweede deel van ons verslag in de AvondenPS. ''Paille'' is stro, ze bouwden hier vroeger huizen van leem, versterkt met stro.

Tags: 
Taalgrens (2)
Beluister fragment
Jean van Volsemstraat. Boven links is het.
de zelfde vrouw in Antwerpen
vrouw, gezien in Elsene

Blik

 Twee weken terug was ik in het curieuze museum van de Brusselse deelgemeente Elsene (Ixelles). Een voormalig slachthuis in een zijstraat van een zijstraat van de Avenue Louise (Jean van Volsemstraat 71).Vreemde verzameling in die stille zijstraat. Veel Belgen van rond 1900, een Rik Wouters beeld van zijn extatisch springende Nel ('Het zotte geweld'), een mooi strandtafereel van Edgard Tytgat, Delvaux, Magritte. Een zeldzame collectie affiches van begin vorige eeuw. Maar ook zomaar een Picabia, een Picasso of een Signac. Ook oudere dingen waaronder een vrouwenportret van de Nederlander Jan Albertsz Rotius (1624-1666).

 Opeens die vrouw met haar moderne, grote mond, zinnelijke lippen. Lelijk voor toen, vermoed ik. Grappige scheve ogen kijken de toeschouwer taxerend aan. Een blik waar ironie in lijkt te zitten. Wie is zij?Het antwoord kreeg ik tot m'n verbazing een dag later in het Antwerpse Museum Mayer van den Bergh. Verdomd ze was het. Ze draagt zelfs dezelfde kanten kraag, de zelfde broche: 'Meynder Sonck met vrouw en kinderen' staat er. Vijf dochters maar liefst, die nogal op haar lijken (oogjes, monden).

 Ze kwam uit Hoorn, haar echtgenoot was in zaken, scheepvaart vermoedelijk. Merk op hoezeer zij - niet haar man - de centrale figuur in het portret is. En zie, onder het strenge zwarte jak gaat een flamboyant groen met gouden gewaad schuil. Enigszins wijdbeens zit ze. Een rijzige gestalte laat zich raden. Verder voorlopig niets bekend. De Antwerpse kunsthistoricus Hans Nieuwdorp noemt dit familieportret 'star en levenloos'. Ik denk dat het Hollands is. Geen opgelegde expressie. Een formeel portret, zoals familiefoto's nog gemaakt worden.

 Maar dan. Elk van de geportretteerden draagt een verhaal met zich. Verhoudt zich zwijgend tot het gezin. Zo reist hun blik verder in de wereld.PS. Ik maakte - clandestien - de foto's, vandaar de donkere plekken.

 PS2. De advocaat Meijndert Sonck (1626-1675) werd geboren en stierf te Hoorn, waar hij onder meer vijf maal burgemeester was.Nu de naam van zijn vrouw nog.

café Costa del Sol, hoek Hillevliet-Putselaan
Ria in café Melief, Binnenweg

Barkrukken

Toen ik 25 jaar geleden kwam wonen waar ik nu nog woon heette het café op de hoek 'De duivenkring'. Ik kwam er tussen het verbouwen door voor een bal gehakt met brood, zuur en zilveruitjes. Duiven worden niet meer gehouden in de Pijp en het café heet nu Krull. Ik neem aan naar de Hochstapler Felix Krull van Thomas Mann. Het interieur vertoont sporen van design en aan de markies boven het terras - dat er vroeger ook niet was - hangt een rij oranje peertjes als op Van Goghs nachtcafé. Zo verging het de meeste café's in deze buurt.

In De Dubbelde Palmboom, een oud pakhuis in Delfshaven (R'dam) is nu 'De laatste ronde' te zien, een fototentoonstelling over Rotterdamse 'bruine kroegen'. Steeds meer van die café's moeten ook in Rotterdam sluiten. Otto Snoek (1966) fotografeerde er de afgelopen twee jaar tientallen in heel de stad. Wat je ziet is Eastenders in Rotterdam. Interieurs die in twintig jaar nauwelijks zijn veranderd. Zo moet het. Voor stamgasten is het café een verlengstuk van hun woonkamer.Waarom sluiten ze? Hun publiek veroudert, verdwijnt. Yuppen en buitenlanders krijg je terug voor arbeidersmensen.Snoek is net op tijd. Als je merkt dat iets op het punt van verdwijnen staat moet je als fotograaf snel zijn. Wat jarenlang gewoon was is opeens voorgoed weg.Nog zet ik graag mijn nagel in de vastgekoekte koffiemelk op zo'n Perzisch tafelkleedje en kijk om me heen naar een voorstelling die nooit ophoudt. Tot ie opeens over is. PS. Een ander café. Maar als het gaat om hoe te zitten op barkrukken lees dan het verhaal 'Kans maal verwachting'' uit de bundel 'Zuidwester meningen'' van D.Hooijer. Dit voorjaar komt van haar een nieuwe bundel: ''Sleur is een roofdier''.

Tags: 
De werkplek van D.Hooijer
Beluister fragment
Pay-uun Hiu
en zo schrijf je ''honger'' in het Chinees op een servet

Honger

Pay-uun Hiu, journaliste bij de Volkskrant, in het verleden vaak te horen in de Avonden, met reportages over onder meer de klassieke muziekpraktijk in China (toen haar Chinese vader er optrad als gastdirigent) en over de promotie van de witlofteelt door een Nederlander uit Tiel in China (een geneeskrachtige groente!).

Pay-uun reist weer naar China, waar ze op de standplaats Amoy gaat schrijven aan, ja wat? 'Ik ga uitzoeken hoe Chinees ik eigenlijk ben'.In haar jeugd kwam China vooral via de keuken het gezin binnen. Het wordt dus, zegt ze, iets als 'een culinaire autobiografie'.Via Avondlog zal ze ons de komende maanden in geschrifte en fotografisch op de hoogte houden.PS. Amoy (tegenover Taiwan) heet alweer heel lang Xiamen.Slauerhoff-liefhebbers moeten wel bij Amoy kijken, of beter:Lente-eiland.

Dan Perjovschi

Dan Perjovschi

De Roemeense tekenaar en activist Dan Perjovschi vult in z'n eentje museumzalen met cartoons. In het najaar in het Amsterdamse Stedelijk CS (zie dit log van 11 december 2006), nu weer in het Van Abbe in Eindhoven. Daar kreeg hij de hoge hal bij de ingang. Hij moet er als een plafondschilder op hoge ladders gewerkt hebben. Daar had ik foto's van willen zien, maar die hingen er niet.

De twee boekjes over Perjovschi waren uitverkocht. In de Bergstraat vond ik bij de mooie winkel Motta nog een exemplaar van 'DC: Dan Perjovschi, Naked Drawings' (Museum Ludwig, Keulen 2005). Dat 'naked' slaat op de simpele lijnen en gedachtensprongen van Perjovschi. Je ziet dan hoe respectvol de Duitsers zo'n expositie aanpakken. Niet alleen verscheen er in Keulen in 2005 een boekje met afbeeldingen van het werk en informatieve intelligente teksten, het Keulse Museum organiseerde ook getekende bijdragen in Duitse tijdschriften. Perjovschi was in Keulen en dat zou je weten. Hij woont nog steeds in Roemenië waar hij oa. werkt als politiek tekenaar. Ik mailde hem om een interview. Maar hij bleek alweer verder. Later misschien. Dit voorjaar tekent hij nog zalen vol Parijs en Madrid. Maar hij komt terug.Meer over het fenomeen Dan Perjovschi in het nieuwe nummer van Kunstschrift dat over twee weken verschijnt.

René en Georgette Magritte
man en vrouw bij Magritte
Filip Rogiers met de plattegrond van het kerkhof van Schaarbeek.

Taalgrens

In 1963 werd de Belgische taalgrens definitief vastgelegd. Voordien waren elke tien jaar volkstellingen. In 1963 was die grens nodig voor de emancipatie van de Vlamingen, vindt Filip Rogiers, schrijver en journalist bij de krant de Morgen, nu is hij een anachronisme, een al te rigide scheidslijn geworden die Vlamingen en Walen steeds verder uiteen drijft. Ook door het optreden van Vlaams Belang. De grap van de Waalse RTBF die onlangs berichtte dat Vlaanderen zich had afgescheiden, werd door veel Walen erstig genomen.

Filip werkt aan een boek over de taalgrens. Ik bezocht hem in Schaarbeek - een van de 19 deelgementen van Brussel, die allemaal een eigen parkeerbeleid hebben - waar hij bij het Josafatpark woont. Vlaams Belang, zegt hij, is extreem on-Belgisch. Hij is een Gentenaar die in het tweetalige, maar eigenlijk multiculturele (er zijn ook nog erg veel Europeanen en Marokkanen) Brussel wortel schoot. Hoe komt het dat er niet allang een burgeroorlog uitbrak? Dat komt omdat de zogeheten 'Belgitude' werkt. Dat betekent oppassen met de gevoeligheden van de ander. En vooral heel veel niet zeggen. Net het omgekeerde van Pim Fortuyn, stel ik vast. Samen gingen we naar Enghien, naar de taalgrens, maar eerst naar het graf van de vader van het Belgisch surrealisme René Magritte, geboren in Lessines aan de taalgrens. Het erg verdrietige, kale rijtjesgraf van René en Georgette op het kerkhof van Schaarbeek. Ik sta er en krijg de foto's van ze voor ogen die ik zo goed ken. Zo dood kan dood zijn.Vanavond in de Avonden deel 1 van ons verslag.PS. Pas 's avonds laat, op weg naar Amsterdam bedacht ik dat ik vergeten was een foto van de trieste zerk te maken. Letters en cijfers, meer niet. Behalve twee erg lege, gekrulde bloemvazen aan het voeteneind..PS2. De Koninklijke Musea voor Schone Kunsten gaan op de Kunstberg in Brussel begin dit jaar een groots Magritte-museum openen. In dat nieuwe - federale - museum, in het zg. Altenloh-hotel op het Koningsplein zullen zo'n 150 werken van Magritte te zien zijn.

Tags: 
Taalgrens, deel 1
Beluister fragment
Micheline Bernardini in ''de drie driehoekjes'' (1946)
Norma Jean als pin-up (1945)
Nancy Olsen, jaren '50

Tweedelig

Toen de vader van mijn vriend weer eens midden in een gesprek overeind sprong en de kamer uit stoof, roepend 'dat zoek ik op' keek niemand verbaasd. Zijn naslagwerken stonden immers boven. Dit - in het vuur van het gesprek - hoorde er bij. Ze hoorden hem de trap op daveren. Toen volgde een dreun. Het werd stil. Hartaanval, zo bleek.

Sinds Internet denk ik vaak aan hem. Ik hoef geen trappen op om de herkomst van het woord pin-up te zoeken. Het is bedacht door Hartzell Spence, oprichter van het Army Weekly YANK. Foto's van badpakmeisjes verschenen tijdens WOII in officiële legertijdschriften. Op 2 augustus 1945 bracht YANK de 16 jaar oude Norma Jean Baker, de latere Marilyn Monroe. Meer buurmeisje dan Norma Jean kun je niet zijn. Het was de tijd van de eerste tweedelige badpakken, niet te verwarren met de bikini. Nu vergeten, maar het tweedelige - met een broek tot boven de navel die maar een kleine streep middenrif vrijliet - bleef nog tot in de jaren '60 in de Verenigde Staten in zwang. De echte bikini is uitgevonden door de Franse ontwerper Louis Réard, zoon van de eigenaar van een lingeriewinkel. Hij werd in Parijs gepresenteerd op 5 juli 1946, kort na de bevrijding. Réard had gezien hoe meisjes op het strand van St. Tropez de hoge broekband terugrolden bij het zonnebaden. Er was voor de presentatie geen model te vinden dus droeg Micheline Bernardini, naaktdanseres bij het Casino de Paris hem. Hij werd genoemd naar de atol waar de Amerikanen vier dagen eerder een kernproef hadden gedaan. Ook hoogst modern.De bikini werd meteen verboden in Spanje en Italië en in de Verenigde staten met succes geboycot. Het was Brigitte Bardot die met 'En schiep de vrouw...' in 1956 een internationale doorbraak op gang bracht.De bikini is dus een Franse uitvinding. Waar waren we gebleven?

Pagina's