foto Arie Schippers

Beton (2)

Het Betonmuseum? Nee dat bestaat niet.

Een grafsteen van warm beton. Om op te zitten. Dat is mijn wens. Wie langskomt kan een warme kont komen halen. Er zit een verwarmingselement in waardoor de steen in alle seizoenen warm en droog blijft. Beton, het verdonkeremaande materiaal. Baksteen werd van bouwmateriaal voor dragende muren tot decoratie. Ik zag het tijdens de wederopbouw. Weerbarstig. Dat juist maakt beton onweerstaanbaar. Net het omgekeerde van het polyester van Van Lieshout dat zo willoos alles met zich laat doen.

en dit is de keuken van een wegrestaurantje in Longshan waar we onderweg aten. Li Wen moest erg zijn best doen om uit te leggen dat ik echt geen vlees en geen vis wilde, dus ook niet in de bouillon en toen kreeg ik wat je de bare essence of vegetarian sou
de pannekoekjes
dit is zomaar een keuken in Jiaoling

Oranje soep van Witte Wolk (4)

Pay-Uun (Witte Wolk) Hiu vervolgt: "Pannenkoeken zijn van alle culturen: roti's, enchillada's, pekingeendpannenkoekjes enz. Tijdens onze reis door de bergen van Fujian en Guangdong waren we ook bij Li Wen zijn ouders geweest in een piepklein dorpje en ter gelegenheid van ons bezoek werden er speciale hakkapannenkoekjes van rijstmeel gebakken.

Het rijstmeel werd nog authentiek tussen twee stenen gemalen met één iemand die met een soort trekmechanisme de stenen ronddraait (heel lastig, je moet telkens het hele gewicht over een dood punt heentrekken) terwijl een ander rijst en water toevoegt.Die pannenkoekjes wilde ik ook leren maken, dus Li Wen en ik gingen opgewekt naar de markt en kochten bloem (er was geen rijstmeel) en kleefrijstmeel, want volgens Li Wen was dat nodig om de boel bij elkaar te houden. Maar een Chinese kok is niet per definitie een pannenkoekenbakker. De eerste vijf pannenkoeken mislukten aan alle kanten (de eerste mislukt altijd, dat leerje ook als kind en het leuke daarvan is dat je dus al die frummeltjes kunt opsnoepen). En toen besloot Li Wen - zo gaat dat ook altijd - z'n moeder maar op te bellen. Nee, natuurlijk moesten we geen kleefrijstmeel gebruiken, gekkie, dan kleeft het toch aan de wok vast? Gewoon bloem en water. Gaat geheid goed. Na nog wat mislukte exemplaren lukte het dan toch en hadden we hartstikke lekkere pannenkoeken, zonder eieren en vieze melk, die we vulden met een mengeling van rettich, paddestoel en selderijblad, en daarna insmeerden met gebakken knoflookolie.Mijn tijd hier vliegt voorbij. Komende maandag gaan Li Wen en ik een groot afscheidsdiner maken voor de andere kunstenaars van het Chinese European Art Center (en voor onszelf natuurlijk!). We hebben vandaag geexperimenteerd met een soort nepvarkensvleesrolletjes in zoetzure saus. We aten gister iets vergelijkbaars in het vegetarische restaurant vlakbij de tempel, waar overigens nog een tor gezellig van de schaal met tofu wegwandelde en we in de aangrenzende ruimte iets verdacht muisachtigs hoorden piepen. Ik hoop je nog een smakelijk verslag van ons diner te kunnen doen en daarna vlieg ik naar mijn oom in Hong Kong (Xiang Gang = Welriekende Haven) voor het grote Springfestival ofwel Chinees nieuwjaar."

de fotograaf is gezien door de vrouw en de grijze heer (of dame?) rechts. op de achtergrond de jongen met het mutsje.
fotograaf ziet fotograaf (2x)
S-Bahn Friedrichstrasse

Gezien

Wie kijkt er naar de fotograaf?Berlijn. S-Bahn. Op de foto's zie ik nu, achteraf pas wat er gebeurde. Ik was te druk met kaderen om te merken wie er naar me keek.

Lachwekkend, dat voorzichtig eerst om je heen kijken, in de hoop onopvallend te kunnen fotograferen. Grove onderschatting van 's mensen oplettendheid. Ik herinner me de gezichten. Dat wel.Behalve dat van de Arabische (?) jongen met het wollen mutsje. Over het hoofd gezien. Niet opgemerkt. Een geest op het station Friedrichstrasse? Ik blijk hem eerder te hebben gefotografeerd. Hij kwam - net als ik - op Warschauer Strasse de trap af.Laatste foto.Ook Warschauer Strasse. Perrons temidden van kaalslag. Een jonge man kijkt naar de fotograaf. En nu de blow up. Kijk, hij houdt een cameraatje in zijn handen. En wat hij doet lijk ''overspronggedrag''. Hij doet of hij naar het meisje kijkt, maar intussen denkt hij 'gezien'.

Li Wen en ik na een middagje Hakkapannekoekenbakken en experimenteren met nepvarkensvleesrolletjes voor ons grote diner van maandag
de keuken in het huis van mijn familie in Jiaoling die we na een geweldige tocht door de bergen van Fujian en Guangdong hebben gevonden
de keuken van de ouders van Li Wen in Tian Xia, een typisch Hakkadorpje in het zuidwesten van Fujian, bij de grenzen van Jiangxi en Quangdong

Oranje soep van Witte Wolk (3)

Pay-Uun Hiu schrijft: "Vanochtend na mijn dagelijkse zwemuurtje dacht ik het beste van twee culturen te gaan combineren. Ik kocht eerst een zakje minicroissantjes bij een van de chique winkels voor de vele foreigners die hier in de buurt van de Xiada zitten (afkorting van xiamen da xue = xiamen grote school = universiteit, met een fikse afdeling buitenlandse studenten en professoren). Daarna ging ik naar de gestoomde broodjes-winkel, waar ze al na een keer wisten dat ik cai bao (groentebroodje) wilde zonder vlees en vis.

Gestoomde broodjes zijn al mijn favoriet sinds mijn moeder ze leerde maken en verhief tot specialiteit voor oud en nieuw. Nu kun je overal bapao's kopen, kant en klaar in zakjes en lang niet zo lekker natuurlijk. Bovendien doet het gewoon pijn aan je oren om iemand een broodje bapao kip te horen bestellen. Bao is eigenlijk al de term die voor het broodje wordt gebruikt en ba is vlees. Je moet wel een vreselijke taalbarbaar zijn om zonder gêne aan iemand een 'broodje vleesbroodje kip' te vragen. Om het nog maar niet te hebben over het 'broodje vleesbroodje vegetarisch'.Eenmaal thuis zette ik een kopje koffie, want die behoefte is toch niet verdwenen en verheugde me op het genoegen van een koffie met croissantje én een gestoomd broodje (ik had nu redelijk kaal broodje uitgezocht met alleen wat lenteui). Maar de combinatie wilde toch niet helemaal lukken. Koffie en gestoomd broodje gaan niet echt samen en als je na zo'n heerlijk puur gestoomd broodje een hapje croissant neemt, dan is dat toch wel zo'n ongelofelijk vies vet boterig smerig ding dat je onmiddellijk begrijpt waarom de gemiddelde Aziaat veel moet overwinnen om de Europese keuken te kunnen verdragen. East is east and west is west."

kolonistenhuisjes
Wil Schackmann in Frederiksoord. Tien jaar werk.
in een kolonistenhuisje

Frederiksoord

 In 'De Proefkolonie' van Wil Schackmann loopt de lezer tegen een karakter aan. Dat van Johannes van den Bosch, initiator van wat we nu zouden noemen 'een deltaplan tegen de armoede'In 1818, na de Franse tijd teisterde een leger van werkloze armen de Nederlandse steden en dorpen. Groepjes 'nachtbidders', ongeregeld man- en vrouwvolk, dwongen logies en eten af bij boeren door te dreigen hun rieten daken in brand te steken, in de steden stierf het van de bedelaars.

 Van den Bosch stampte een Maatschappij van Weldadigheid uit de grond die met en revolutionaire oplossing kwam die modern in de oren klinkt: werkkampen, vriendelijker gezegd, landbouwkolonies. Geen bedéling maar werkverschaffing. De eerste werd Frederiksoord, bij Steenwijk.Overal in Nederland verrezen locale comités die arme gezinnen kandidaat gingen stellen. De internationale belangstelling was groot.

 Frederiksoord is rijk gedocumenteerd en Wil Schackmann een geschiedschrijver die je met de bewaarde woorden verplaatst in de beslissingen van toen. Je gaat stap na stap meeleven met de beslissingen van directeur Benjamin van den Bosch, de broer van Johannes, die zich inleeft in de problemen van de gezinnen, hun misdragingen, hun vorderingen en mislukkingen. Er zijn brave lieden bij maar ook genoeg querulanten. Schackmann citeert ruim uit zijn rapportages. Een koloniste klaagt: 'Ik heb het noyt zoo min gehad als nu. (...) Adde wij vleugels, wij waren allemaal tegelijk weer in ons plaas.'

 Als lezer dacht ik 'dit gaat niet lukken'. Immers, de kolonisten kregen wel een huisje, kleren en gereedschap, maar ze namen een schuld op zich die ze alleen konden afbetalen met werk. Werk dat ze vaak niet gewend waren. En weglopen kon niet meer. Vrouwen werden lastig, opgroeiende kinderen maakten elkaar zwanger, en de bewindvoerders eisten ijzeren tucht. Het strafkamp dreigde. Zou de harde aanpak werken? Gek genoeg, eigenlijk wel. Na Frederiksoord kwamen Willemsoord en Wilhelminaoord. Maandag na 21.00 een rondgang door wat er nog staat van de kolonie Frederiksoord.

Tags: 
Wil Schackmann, De Proefkolonie
Beluister fragment
nee, dit is de goeie
is dit hem nou of is er aan het ontwerp geknutseld?

Stoel

Ileen Montijn schrijft:

‘Die leuke stoel waar Lili St. Cyr in hangt - alsof zij zelf de zitting was - is de Hardoy Chair, die al in 1938 is ontworpen door een Amerikaan, Jorge Ferrari-Hardoy. Wij dachten hier dat hij de vlinderstoel heette - zo wordt hij ook wel genoemd als je op google kijkt - maar de 'echte' vlinderstoel is weer een andere, van Arne Jacobson. Maar die Hardoy is veel fotogenieker.’Ik schreef: 'Die stoel was machtig hè, vooral dat je er wel in maar niet meer uit kon. als je opstond kwam de zitting mee.En vooral - voor mij - door de vrouwenknieën die er uit omhoog staken.

act op het staketsel van een in de jaren '50 moderne ''vlinderstoel''

Lili St.Cyr (2)

Meer over de legendarische stripteaseuse Lili St.Cyr. Ze werd eind jaren '40 in Montréal doelwit van een 'Comité voor Openbare Zeden'. Lili had al sinds haar 14de jaar opgetreden in de Verenigde Staten, waar ze vandaan kwam. Vanaf winter 1944 werkte ze in Montréal. Zorgvuldig uitgewerkte voorstellingen waren het, volgens ooggetuigen, waarin ze meerdere rollen speelde, met veel kostuumwisselingen en uitgekiende belichting. In het nummer 'Suicide' hield ze een bedrogen minnaar van zelfmoord af door zich voor hem uit te kleden. In 'Jungle Goddess' verleidde ze een papegaai.

Haar 'omgekeerde striptease' vanuit het bubbelbad blijkt te zijn ontstaan uit de noodzaak een wet te ontduiken die stelde 'dat een danseres niet het podium mag verlaten met minder kleren aan dan waarmee ze het heeft betreden'. Haar zaak kwam voor het Comité in 1951. Drie politieagenten getuigden, zeven geestelijken en drie 'willekeurige vrouwen'. Plus een functionaris van de censuur. Geen van het kon de voorstelling veroordelen en Lili werd vrijgesproken. Tegenwoordig zou je het Performance Art noemen.Ze verliet Montréal in 1952 en keerde terug naar de andere kant van de grens. Ze komt voor in een liedje van Rodgers en Hart uit de musical Pal Joey. Over een intellectuele stripper die zich ontkleedt terwijl ze teksten zegt als: "Zip... I was reading Schopenhauer last night ? Zip... and I think that Schopenhauer was right". En eindigt met: "Zip... my artistic taste is classic and dear... Zip... who the hell's Lili St Cyr?"Lili St. Cyr heette Willis Marie Van Schaack en was geboren in Minneapolis in 1918. In films kreeg ze bijrollen. Meestal als stripper, zoals in 'The naked and the dead' van Raoul Walsh naar Norman Mailer (1958). Marilyn Monroe schijnt haar werk aandachtig bestudeerd te hebben. Ze stierf in 1999

Sonny Boy

Sonny Boy Williamson (a.k.a. Rice Miller, 1899-1965) was en is nog de grootste verhalenverteller in de blues. Hij kan met zijn vliegensvlugge afwisselingen van mondharmonica en stem zijn verhalen van interpunctie voorzien, van uitroeptekens, vraagtekens, zuchten.

Arend Jan Heerma van Voss liet hem me horen in 1963. 'I've been all over the world,' zong hij, 'to the Gulf of Mexico', daarmee duidelijk makend dat daar zijn wereld toen ophield. 'I've been everywhere where God had some land.' Stem en mondharmonica, verder niks. Ik kocht de plaat en ook een mondharmonica. We hadden allemaal mondharmonica's in die tijd. Hohner Vereinsharmonica's. Begin jaren ‘60 kwam Sonny Boy naar Europa, maakte oa. een langspeelplaat in Kopenhagen waarop hij met schaarse begeleiding of alleen, akoestisch speelt. Daar hoor je wat hij doet: vertellen wat hem nu weer is overkomen. Of piekeren: 'Back in my younger days, if I only knew then what I know now.' Harry Muskee vertelde me hoe Sonny Boy logeerde in Londen bij John Mayall tot diens mooie vriendin zei ‘hij eruit of ik’. Nu ja, Sonny Boy waste zich met mate. Maar hij bleef en de vriendin ging. In 1998 zocht Harry zich suf in de omgeving van Tutweiler, Mississipi, naar het graf van Sonny Boy. Het was te horen in de Avonden. Tenslotte vond hij het, op een van de vijf kerkhoven rond het dorp. Daar op de overgroeide grafsteen lag een stapel verroeste mondharmonica's. Harry begreep het en gooide de zijne erbij. Daarna sprak hij met de 87-jarige zuster van de held. Vorige week stuurde Wim de Bie me een link naar Youtube met bluesfilmpjes. Rijp en groen. Maar wel drie keer Sony Boy erbij. En verder heel mooie van Mississippi John Hurt, Son House. B.B. en Freddy King en T-Bone Walker.Sonny Boy doet het wanhopige liefdeslied 'Your funeral and my trial', 'I'm a lonely man' en 'Nine below zero'. Belgische tv-opnamen uit 1963, zo blijkt.Voor het eerst zie ik hem van dichtbij aan het werk. Half joods half zwart, vrij lang, met nogal wat ontbrekende tanden. Hij gebruikt de tussenruimten om z'n harmonica aan te blazen, denk ik.

grafmonument Luise door Christian Daniel Rauch
de zusjes door Johann Gottfried Shadow (gipsmodel 1795)
Luise door Nikolaus Lauer

Luise

Hier het zusjesbeeld van Luise (voor ons links) en Friederike gemaakt door Johann Gottfried Schadow in 1795. Te zien in de Friedrichswerdersche kerk in Berlijn. Als je ervoor staat en er omheen loopt begrijp je waarom Luises echtgenoot, kroonprins Friedrich Wilhelm van Pruisen het lang verborgen heeft willen houden.

Te mooi, te verleidelijk hoe Luise op het zusje leunt, zodat haar mooie linkerbeen 'freischwebend' wordt. Zijn broer trouwde Friederike, zodat de zusjes samen de toon zetten aan het Pruissische hof. Luise voerde de Weense wals in en ook het gemeenschappelijk slaapvertrek voor koning en koningin, nieuwigheden die niet bij iedereen goed vielen. De zusjes waren, denk ik, een beetje te mooi voor de provincie. De roem van Luise - steeds in empire stijl gekleed - werd over Europa verspreid door beeldhouwers en schilders. Ze kreeg tien kinderen.Had ze zich maar niet met staatszaken bemoeid. Ze haalde haar echtgenoot over mee te doen aan een coalitieoorlog tegen Napoleon. Hij werd verslagen. Maar Luise reisde de keizer na en vroeg een gesprek onder-vier-ogen over de vernederende vredesvoorwaarden (verlies van grondgebied, herstelbetalingen, Tilsit, juli 1807). Dat werd toegestaan. Ze kwamen een heel eind, die twee.Helaas, na drie kwartier hield echtgenoot Friedrich Wilhelm III het niet meer en stormde binnen om zich ermee te bemoeien. Toen sprong het af. Later zei Napoleon: 'Nog een kwartier alleen met die vrouw en ik had haar in alles haar zin gegeven.'Luise had tijdens haar wilde reis tyfus opgelopen, waaraan ze in 1810 stierf, 34 jaar oud. Ze werd als een heilige vereerd tot de Nazi’s er een eind aan makten. Na de oorlog werd ze vergeten.

Frank Koenegracht (bij de Magritte tentoonstelling in Rotterdam)

A.Moonen (2)

 Na de dood van A.Moonen schreef Frank Koenegracht onderstaand gedicht. Ze kenden elkaar van het optreden voor de VPRO-radio. En, ze kwamen allebei uit Rotterdam.

In memoriamIk treur om A.Moonen. Moge het de Heerbehagen hem tot Zijn rust te nemenwant onrustig was hij wel.Ik hoop maar dat Moonen bij de lamp zat toen hijis gestorven of tenminste de lamp even bij hemis komen staan. Ach, Moonen wat ben ik blij dat jijnooit bij mij bent komen wonen.

 PS. Ik schreef Frank: ''Hoe weet je van de staande schemerlamp van A.Moonen? Ik zag hem in zijn laatste appartement. En er was een foto waarop hij er naast poseerde. Hij zei 'jammer van die kop maar die kont gaat nog best toch?'. Antwoord: 'Van die lamp dat is pure dichterlijke intuïtie.'

Pagina's