Lili St.Cyr

Hoe het ook kan: 'Een oude inwoner van Montreal herinnert zich hoe hij en z'n schoolvriendjes eind jaren '40 gingen kijken naar de stripteaseuse Lili St. Cyr. In het theater Gayety kon je voor 35 dollarcent Music-Hall en vaudeville artiesten zien, maar de echt attractie was de ongelooflijke Lili.

Haar nummer 'bubble bath' was favoriet. Inplaats van al dansend haar kleren uit te trekken deed ze het omgekeerde: ze kwam naakt uit een badkuip. Een dikke dienstbode in het zwart met een wit schortje sponsde haar zorgvuldig af en droogde haar met een grote handdoek, waarna ze haar in zwart satijnen ondergoed hielp. Daarna, op haar gemak gezeten op een grote poef, maakte Lili haar nylons vast aan de jarretelgordel.Tenslotte hielp de dikke dame haar met het langoureus glijden in haar avondjurk, en nadat ze nog een nerts om de schouders van mevrouw St. Cyr had geworpen verliet deze het podium, onder groot applaus.'

Anhalter Bahnhof in 2007
briefpapier
Anhalter Bahnhof in 1909

Askanischer Hof

Een straatnaambordje op een vrijwel leeg plein. Iets verderop een brok van wat eens het Anhalter Bahnhof was. Het station vanwaar de Berlijners voor de oorlog naar het Zuiden reisden, naar Milaan, maar ook naar Wenen of Praag.Hier kwam Franz Kafka aan als hij zijn Berlijnse verloofde Felice Bauer bezocht. Felice, de vrouw met wie hij van zichzelf moest trouwen om daarna als een volwaardig burger door het leven te gaan. Maar ja, het schrijven.

Om de hoek was het hotel Askanischer Hof waar hij in 1914 door haar familie ter verantwoording werd geroepen. Kwam er nog wat van een huwelijk? De verloving brak. Er kwam een tweede. Pas toen in 1917 tuberculose werd geconstateerd staakte hij zijn 'huwelijkspogingen' met Felice. ''Gehirn und Lunge hätten sich ohne mijn Wissen verständigt,' veronderstelt hij in en brief aan zijn vriend Max Brod. Zijn verstand en zijn longen waren achter hem om tot een conclusie gekomen.Anhalter Bahnhof, Askanischer Hof, electrisch geladen woorden uit mijn jaren van Kafkalezen. Hier was het dus. Hier liep hij het station uit naar het hotel daarginds, naar wat hij als een rechtzitting ervoer. Hier begint de roman Het Proces. Kafka's Berlijn was de gedroomde Grote Stad. Eens zou hij erheen ontsnappen, weg uit Praag, dat 'moedertje met klauwen'. Het gebeurde, kort voor zijn dood (september 1923) verhuisde hij naar de voorstad Steglitz, ziek, maar gelukkig met Dora Diamant. Hij vergeleek zijn ontsnapping ironisch met Napoleons Russische veldtocht.

Tags: 
Pyke Koch
wie?
wijnberg

Sans Souci

 Vanwaar toch de overdaad aan Berlijnse beelden, op dakranden, vijvers (Gendarmerieplatz en onder de Fernsehturm) en parken?Op zoek naar nog meer stenen vrouwen uit de 18de en 19de eeuw (maar brons is ook goed) kwam ik in Potsdam, het Pruissische Versailles. Het was er stil en winters. De tuinbeelden gingen schuil onder houten wachthuisjes, zodat de tuin wel een schilderij van Pyke Koch leek.

 Alleen de 36 kariatiden van Friedrich Christian Glume (en werkplaats) waren te zien. Ik verbaasde me over de mij toegekeerde kont van, ja wie? Diana? Vanwege dat pantervel? Zonder pijl en boog? Een Bacchante? Annemieke Houben lichtte bij: 'Dit is 'Friderizianisches Rokoko', een mengsel van barok, klassicisme en 'gewoon rococco', waarbij je niet kan verwachten dat iconologische conventies rigoreus toegepast worden. Vandaar waarschijnlijk de gepermitteerde vrijheid van vijgen ipv. klimop of wijnranken (wat veel gangbaarder is bij Bacchanten) en dat gevilde beest. De hele bacchantengevel moest een speelse verwijzing zijn naar de wijncultuur rond het slot en past in het pre-romantische concept van mens in evenwicht met natuur, door aan die laatste wat te morrelen (die wijnvelden, bijvoorbeeld).'Sans Souci, zie ik nu pas, ligt op een soort wijnberg met terrassen. Wijn? Potsdam ligt boven de wijngrens. Maar er staat ook een namaak Italiaanse kerk in het park. Nog meer Pyke Koch. Wie verzon Sans Souci? Opdrachtgever Frederik de Grote (1740-1786) sprak liever Frans dan Duits en was bevriend met Voltaire, met wie hij brieven wisselde.

het wegen van een zakje eieren

Oranje soep van Witte Wolk (2)

Pay-Uun Hiu vervolgt: 'Thuis bij Li Wen kreeg ik de uitleg van het meesterplan. Hij had zelf een soep bedacht, nog nooit gemaakt, vandaag was de eerste keer. En dan kom je gelijk bij de hogere Chinese eetkunde: bij een goed gerecht combineer je niet alleen geur, smaak, kleur en textuur, maar je zorgt ook voor een goede naam en een goede betekenis. Héél belangrijk. T.S.Eliot schreef wel zoiets als the naming of a cats is an important matter, maar bij een Chinees gerecht is dat al dynastieën lang van levensbelang. Bij de naam telt overigens niet alleen de klank van de woorden, maar ook de manier waarop je het schrijft - om het lekker eenvoudig te houden.

De jujubes heten in het Chinees hong zao (rode dadel), maar zao betekent ook 'vroeg'. Pinda's heten hua sheng (bloem geboren). De bruine bollen zijn vruchten van de euphoria longan boom en heten gui yuan. Maar gui betekent ook dierbaar, duur (één karakter) of vriendelijk, rustig (ander karakter). Lotuszaad, tot slot, heet lian zi en zi is ook baby, kindje. Nou, zei Li Wen, volgens Chinese logica heb je dan vroeg-geboren-vriendelijke-baby-soep (zao sheng gui zi tian tang) en dat is natuurlijk bij uitstek een fantastische bruiloftssoep want pasgetrouwde stellen hebben hier het liefst stipt negen maanden later de ooievaar op de stoep. De soep was trouwens ongelofelijk lekker en bloedsimpel als je al die spullen bij je om de hoek kunt kopen. Want behalve deze vier ingrediÙnten gaat er alleen op het laatst nog wat suiker een beetje zout doorheen en dat is het. Vandaag heb ik de keuken in mijn apartement helemaal op orde gebracht en voorzien van de basisingrediënten voor de Chinese keuken (hiervoor had er kennelijk een Italiaans georiënteerde kunstenaar gezeten, te zien aan een halfleeg pak spaghetti, de olijfolie en de Italiaanse keukenkruiden), zodat ik morgen zelf kan gaan experimenteren. Ik hou je op de hoogte!'

en er tegenover
kleren laten vermaken op het station
U-bahn station Schlesisches Tor

Hemel boven Berlijn

Er bestaan plaatsen waar de omstandigheden net goed zijn. Het licht valt zo als het moet, je zoekt een café of eethuisje en het is er, net als marktstalletjes of kleermakers met zaakjes in de stationsmuur. Er lopen meisjes voorbij die zich hebben aangekleed voor de zon.

In Berlijn, in de voorstad Treptow, bij het bovengrondse U-bahn station Schlesisches Tor is zo'n plaats. Het treintje rijdt van daar op pootjes naar de Oberbaumbrug over de Spree. Een krankjorum baksteenmonument. Berlijn, bizarre stapelplaats van bouwsels uit de laatste tweehonderd jaar. Voor 't eerst van mijn leven was ik er. En dan de hemel boven Berlijn, want die is er. Mijn vader was leraar Duits, mijn grootvader ook. Ze konden in beurtzang naar het schijnt passages uit de Buddenbrooks van Thomas Mann reciteren. Niet dat ik dat ooit gehoord heb. Ik ben van na de oorlog. Maar in Berlijn waren ze nooit.Er zijn zo veel steden die de oorlog niet overleefd hebben, Hannover, Duisburg, Rotterdam (welke krankzinnige sloopte dat prachtige luchtspoor!), Rouen. Hoe is het mogelijk dat Berlijn, juist Berlijn het redt?Is de negatieve dialectiek van Adorno hier aan het werk? Slaat wat beroerd is na een zeker punt van extra beroerdigheid om in z'n tegendeel? Dat de treinen van de S-bahn en de spoorwegen met veel herrie dwars over het Museuminsel rijden, tussen het Bode Museum en het Pegamonmuseum door, zodat je bij avond als reiziger van een paar meter binnenkijkt in verlichte zalen vol gipsen goden en helden, dat moet een sleutel zijn. Schandelijk, prachtig

Li Wen zoekt you cai uit (raapoliestelen)
een handvol stropaddestoelen (in het Chinees cao gu: graspaddestoelen)

Oranje soep van Witte Wolk (1)

Dat is de werktitel van de 'culinaire autobiografie' die Pay-Uun ('Witte wolk') Hiu in Xiamen - als writer in residence bij het Chinese European Art Centre - probeert te schrijven.In mijn afwezigheid stuurde ze op zondag 28 januari deze eerste aanzet. Door de aardbeving van 2e kerstdag zijn de internetverbindingen nog altijd niet op orde. Maar volgens computerman Helderrode Bosbouwer, gaat het nu lukken. En ja:

'Vroeg-geboren-vriendelijke-baby-soep. Ooit van gehoord? Vast niet. Het is een origineel recept van Li Wen, mijn tolk/gids/kookleraar/begeleider hier. Eerst gingen we naar de markt. Nee, geen tijd voor koffiedrinken, want anders zijn alle lekkere verse dingen op. Li Wen is daar heel precies in: goed koken begint bij goed inkopen en dat begint bij op tijd zijn. Dus geen flauwekul met kopjes koffie enzo. Maar zo'n markt zelf is natuurlijk al een feest. Ik ben toch best wat gewend op mijn eigen Bijlmer-Ganzenhoefmarkt, maar nou ja, wat je hier allemaal ziet. En gister was nog maar een kleine markt. We stapten direct op een groentekraam af, waar ik al helemaal verloren raakte in alle soorten paddestoelen, maar Li Wen had een Plan dus we gingen niet zomaar lukraak kopen. Hij haalde een prachtige boodschappenlijst tevoorschijn en bestelde de groenten terwijl ik probeerde de Chinese namen te onthouden. Sperziebonen, dat zul je wel leuk vinden, die heten hier vier-seizoenen-bonen (si ji dou). Het zijn dus eigenlijk een soort Vivaldibonen: doen het altijd en bij elke gelegenheid. Daarna liepen we een winkeltje binnen vol grote plastic zakken met allemaal gedroogde bonen, vruchten, specerijen, paddestoelen. Een heleboel die ik ook nog nooit gezien had. Li Wen pakte weer uit allerlei zakken en schreef in noodvaart op: lotuszaden, jujubes, rauwe pinda's, bruine gedroogde bolletjes, bloemenpeper, kleine gedroogde paddestoelen. Net als bij de ouderwetse kruidenier werd alles afgewogen en daarna afgerekend.'Wordt vlug vervolgd. Zodat er vriendelijke-babysoep gegeten kan worden.En nu je 't zegt, sommige baby's hebben een heel apart aroma. Vraag het Arnon Grunberg, die krijgt een dromerige blik in z'n ogen.

A.Moonen (1937-2007)
A.Moonen (coll. Wil Hassink, ong. 1998)

A.Moonen

Een paar dagen was ik in Berlijn. Bij terugkomst bleek A.Moonen overleden. Hij is 69 geworden. Toch nog, want de aanvallen waar hij onder leed slopen een mens. Ik maakte hem van nabij mee vanaf 1985 toen ik hem vroeg voor ons programma Pandemonium vanuit het Amsterdamse Eik & Linde.

Waarom? We liepen eens in een zomernacht over een brug over de Keizersgracht. Moonen had de geest. Hij wees op de hemel en zei 'Stel je nou voor, beste Noordhoek, dat daar opeens allemaal kutten uit naar beneden kwamen vallen... Dat zou mooi zijn hè.' Waarna hij haastig toevoegde 'Ja, zonder wijven eraan natuurlijk.'In die ene opmerking zit het, denk ik. Zijn helderheid, zijn intelligentie, zijn talent, maar meteen ook de bron van alle misverstanden rond A.Moonen. Ik lees stukjes die hem gedenken. Natuurlijk, hij leefde in de marge, dat doen meer kunstenaars die met de mainstream niet overweg kunnen. Hij deed verslag van wat hem daar overkwam en dat ging over alles, zonder onderscheid. Het voeren van zijn katten of geluidshinder was net zo belangrijk als zijn bezoeken aan de 'publieke hoeren' of zijn zeer lijflijke liefdesgeschiedenis zonder eind met de Koerd Hikmet (intussen ook nog vader van een gezin).En hij was manisch depressief, niemand die dat beter wist dan hij zelf. Ik heb veel met hem getelefoneerd ('Ach Noordhoek, ik vind geen behagen.'). Het heeft geduurd tot 2000. Toen nam ik een laatste gesprek op, dat maandag dv. te horen is in de Avonden. Zijn boek Verbanning was net uit. Onder meer ook over zijn jeugd en familie. Moonen, was die zomer, na weer een opname in de Bavo-kliniek in Capelle aan de Ijssel, eindelijk verhuisd naar een keurige zg. seniorenflat in Oud-Mathenesse. Zonder helaas, zijn katten. Niet lang daarna ging het weer mis. En het werd niet meer beter.Eens had ik per ongeluk Maarten Biesheuvel en A.Moonen voor dezelfde uitzending in Eik & Linde gevraagd, niet wetend dat ze elkaar kenden, omdat ze te zelfdertijd in Endegeest hadden gezeten. Ontzet klampte Maarten me bij binnenkomst aan. 'Die man,' zei hij, wijzend op Moonen, 'die man, die is gék.'Ik vond de opname terug die ik in november 2000 bij hem maakte in de Rotterdamse ''seniorenflat''. Hikmet was erbij.

Tags: 
A. Moonen, Verbanning
Beluister fragment

BEN EVEN WEG

Harmke (30) zoekt - vergeefs - het lawaai van de Sixties

Sixties?

Afgelopen zaterdag bezocht ik samen met Harmke Koenegracht, (30 en afdelingshoofd bij een medisch secretariaat) de tentoonstelling 'Sixties!' in het Haags Gemeentemuseum.Maakt die tentoonstelling zijn beloften waar?Wat hebben de jaren '60 aan kunst voortgebracht? Of beter wat van die kunst werd indertijd aangekocht door dit museum? Geen Robert Crumb. Terwijl toch strips, naast platenhoezen en affiches het gezicht van die tijd uitmaakten.Niets of weinig daarvan in Den Haag.

Het lijkt erop of Wim van Krimpen zijn kelders heeft nagelopen en nu met veel bravoure wat daar lag presenteert als een tijdsbeeld. Maar wat is nu de onderlinge samenhang tussen wat er in Den Haag te zien is? Goed, het is allemaal ontstaan tussen 1960 en 1970. Veel meer kun je er niet van zeggen.De in 2001 gestorven historicus Hans Righart ('De eindeloze jaren '60') vroeg zich af waarom wij zo graag in decennia denken. En formuleerde da dat misschien kwam door: 'het geruststellende feit dat een decennium kleiner is dan wij. Zo lijkt het er even op dat net wij sterfelijk zijn maar de Tijd.'Ja, je kunt - lijkt het - zelfs de wijzers van de Tijd stilzetten of manipuleren. Maar niet heus. Maandag 29 januari na 21,.00 in de Avonden.

suiker voor het volk!
Eerste Communie, jaren '60, het aansnijden van het Suikeren Lam

Grenadine

Van onze Belgische correspondente Margoo komt het zeldzame geschiedkundig prentenboek 'België Feest' van de historicus Jan Raymakers.België is een land van feesten, eten en drinken. Men grijpt elke gelegenheid aan om een feestmaal aan te richten. Feesten is er een ernstige zaak. Ook een vak. En zo is dit een doortimmerd boek vol onverwachte bijzonderheden.

Een geschiedenis van België gebaseerd op bewaard gebleven menu's. En dat zijn er veel. Het menu van de Socialistische Internationale (oa. Ravioli Bolognese) staat broederlijk naast de kalfskop die geserveerd werd bij het oprichtingsdiner van de Katholieke Partij (1884). Raymakers weet dat de kalfskop wellicht op tafel verscheen gegarneerd met oa. hanekammen, niertjes en rivierkreeftjes. Het boek geeft ook de geschiedenis van de Belgische voedingsindustrie. Neem suiker. Als de fabrieken in Tienen eind 19de eeuw gaan draaien op de goedkope bietsuiker moet het volk aan de suiker gebracht worden. Suiker is gezond: 'Het bevordert de ademhaling, sterkt de borst en wekt het lichaam op.'De mooiste foto is die van het Eerste Communiemeisje dat haar taart aansnijdt, een in België klassieke Eerste Communietaart met daarop een Lam Gods van witte suiker. Ze snijdt hem aan en dan, dan vloeit er rode grenadine uit het Lam!België Feest, uitg. Van Halewyck, Leuven

Pagina's