In het Rijksmuseum Twente is een overzicht van het werk van Ben Akkerman (86) te zien. Met werkelijk abstracten heb ik het vaak moeilijk, met Akkerman juist niet. Raadselachtig hoe hij me optilt en meeneemt op zijn omzwervingen door en om het vlak. Hij doet me denken aan wat Nijmeegse wetenschappers uitvonden over muziek: 'het is een spel met patronen, de musici zijn het publiek steeds te slim af'. Zo vergaat het me bij Akkerman. Soms giechel ik om wat hij uithaalt.
Ik vertel hem die muziektheorie, maar hij zegt 'ik ben totaal amuzikaal'. En voegt eraan toe dat je over die dingen beter niet kunt praten. Hij tekent en schildert gewoon. Het een komt uit het ander voort. Zijn tentoonstelling beslaat heel z'n ontwikkelingsgang, van landschap naar abstractie, inclusief tien nieuwe tekeningen uit de periode 1979-1994, en is door hem zelf samengesteld. Hij laat me de precieze opstelling per zaal uitgetekend zien. Tot slot drie blauwe monochromen, die hij als zijn testament beschouwt. Hij is een oeuvrebouwer zegt hij zelf. Liefst houdt hij 150 werken over. Hij heeft al menig doek doorgezaagd. Echt waar? Ja.
Ben Akkerman woont al zijn leven lang in Enschede. Hij ontvangt me met thee en een rondo, op de flat waar hij alleen woont sinds zijn vrouw 7 jaar terug overleed. Haar favoriete schilderij hangt boven de bank: een vierkant rood monochroom. In de achterkamer is atelier. En, daar wordt gewerkt. Het ruikt naar verf. Daar en in de gang zijn twee nieuwe doeken in aanbouw. Ga kijken. Ben Akkerman swingt zachtjes. Een man van weinig woorden. Die zijn op 7 februari na 21.00 te horen in het beeldhalfuur van De Avonden.