...rouge...
gisterenavond laat

Étalage

Bij mij in de buurt zijn vreemde etalages. Eentje is wel erg vreemd. Is het eigenlijk wel een étalage? Wordt er iets te koop aan geboden hier? En zo ja wat?Eens was dit een winkel op de hoek, dat wel. Maar nu? Een bergruimte zo te zien aan de schappen en dozen. De deur is gesloten en geblindeerd, maar één van de ramen is toch min of meer étalage gebleven.

Als ik er 's avonds langskom staat daar altijd een modepop in wat ik zou noemen avondtoilet. Het lijkt of ze lacht. Ze moet van lang geleden zijn met haar make-up en rouge wangen. De pop is altijd dezelfde, haar jurken verschillen. Daar staat ze, tussen dozen en ongeregeld goed. In het licht van een werklamp. En de vraag blijft, wie zet haar neer, wie kleedt haar? Waar komen die jurken vandaan. Zal ik eens aanbellen, overdag?Nee, dat doe ik niet. Een raadsel als dit moet je niet storen. Al weet ik één ding heel zeker: op een dag zal ze verdwenen zijn. Dan is het leeg hier, op een laddertje en wat potten verf na.En dan zal ik aan de schilder vragen: 'Weet u wie hier gewoond heeft?'

uit de opening van ''Wat we hadden...''
Jan Baeke en Alfred Marseille

Jan Baeke en Alfred Marseille

'Keukenfilms', zo noemen de dichter Jan Baeke en de vormgever Alfred Marseille ze.Baeke werkt bij het Filmmuseum en heeft toegang tot collectiesreclame en voorlichtingsfilmpjes uit de jaren '50 en '60 waarin het nieuwe comfort wordt aangeprezen. Door griezelig smetteloze acteurs, in prachtig fletse kleuren.

Woensdag 9 mei was er in de Waag in Amsterdam weer een avond gewijd aan 'Literatuur in de Nieuwe Media'. Daar zag ik hun 'Wat we hadden is nog niet geweest'. Een ode aan de onvoltooid verleden tijd van 'de keukenfilm'. Lofzangen en -dansen op de nieuwe welvaart. Wat hadden we? De schijn van een comfort zonder eind. Maar dan rijzen vragen. Er bekruipt de kijker veel. Wat is er toch gebeurd tussen toen en nu? Wat ging er mis? Ging er eigenlijk iets mis? Verloor de wereld zijn onschuld? Kwam het allemaal door de babyboomers? Baeke en Marseille laten zien hoe het kijken naar hun keukenfilms inwerkt op je brein. Ze schikken en manipuleren. En introduceren de taal door het vernuftig gebruik van ondertitels. Op de site van 'Zeezeilen' is 'Wat we hadden...' te vinden. Klik op het openingsfilmpje en je komt in het volgende deel van de keukenfilmpoëziesite. De verdere navigatie gaat via de woorden onderaan het scherm.

Tags: 
Iris Koppe

Iris Koppe

In september as. verschijnt 'Rosiri', het feuilleton dat politicologe Iris Koppe afgelopen jaar schreef voor NRC's Spunk in boekvorm bij de Bezige Bij. Ze las er ook een paar keer uit voor in onze Music-Hall, waar ze eerder ook allerlei ander werk liet horen.

Dus toch. Goed nieuws na de bedenkingen die ze eerder had over zo'n debuut.Rosiri, de dochter van gescheiden ouders die alle verantwoordelijkheid op zich neemt voor het welzijn van het gebroken gezin. Die als het ware de moeder van haar onberekenbare ouders wordt. Tegelijk is Paula van der Oest bezig met een filmversie. Iris is intensief betrokken bij het scenario.Donderdag 10 mei vertelde ze erover in de Avonden.

Tags: 
De werkplek van Iris Koppe
Beluister fragment
Bernard Heesen
meer Etna
een van de drie grootste ovens ter wereld

Etna

De Etna spuwt weer vuur, zag ik op België. En meteen denk ik aan de glasblazer Bernard Heesen, die ooit bij zo'n bericht in z'n auto sprong en in één ruk naar Sicilië reisde en zijn blaaspijp in de lava stak. Daar begon het voor hem, in de winter van 1986. Op de Etna, 'een van de drie grootste ovens ter wereld'.

Hij schreef later: 'Hoe mooi zou het zijn om stenen bollen te blazen! Daar gingen we dan, omringd door rook, hitte en het geluid van vallende stenen op zo scherp als glas gebarsten lavabrokken, op weg naar een door de gidsen als lieflijk omschreven lavastroompje. Dit alles had me een groots en heroïsch gevoel kunnen geven, ware het niet dat ik als een sukkel met mijn blaaspijp bij een bijna gestold lavastroompje stond. Het resultaat van deze expeditie was dan ook niet meer dan een rauw klompje steen dat aan de pijp bleef plakken.' Zie ook de Encyclopedie 'De Wereld van de Glasblazer'', het Encyclopedisch Woordenboek dat Heesen maakte samen met de dichter Arjen Duinker. Misschien nog wel te bestellen door een kaartje te schrijven aan zijn werkplaats: De Oude Horn, Acquoyseweg 1, 4151 CB Acquoy. Kosten: 25 euro (excl. verzending) per deel. Er bestaan twee delen van.

Friedrich Nietzsche
bakplaat met Madeleines

Geen koekje, geen paard

'Proust hoefde maar een koekje in zijn thee te dopen of gebeurtenissen uit zijn jeugd kwamen opzetten...'.Maar het was geen koekje. Het was een cakeje. In het Frans een 'gâteau'. Ik weet het, want ik was in Commercy, in Lotharingen, waar ze nog steeds gemaakt worden. En daar kreeg ik elke ochtend bij het ontbijt een Madeleine.Het zou moeten zijn 'het cakeje van Proust'. Maar dat klinkt niet. Zo bepaalt de klank wat waar is.

Vaker bepaalt de kracht van een verhaal wat waar is. Zoals bij het paard van Nietzsche.'Toen Nietzsche op straat snikkend een paard omhelsde en door twee agenten werd opgebracht...'. Er kan geen stuk over Nietzsche verschijnen of dit spookpaard doemt op. Het wordt mishandeld, dat hoort er eigenlijk nog bij. Nietzsche zal altijd herinnerd worden als de door een overmaat aan inzicht gek geworden filosoof die tenslotte het lijdende dier in zichzelf herkent.Een snijdend verhaal, maar iets te mooi, te rond, te af. Daaraan herken je het verhaal. Een verhaal is een compositie, een gebeurtenis rafelt, heeft losse eindjes.In 1979 schreef Nietzsche-biograaf Curt Paul Janz ('Biographie', deel 3, pagina 34) dat het paard-incident van 1888 vermoedelijk een Turijns caféverzinsel is, dat pas in 1930 werd opgevoerd. Janz heeft het tot op de draad uitgezocht. Hij vindt geen enkel bewijs. Kan ook weinig of geen dierenliefde vinden bij de filosoof. Vermoedelijk, zegt hij, komt de scène uit Dostojewski's 'Schuld en boete', waarin Raskolnikow droomt hoe dronken boeren een paard mishandelen, en hijzelf zich door medelijden overmand om de hals van het inmiddels dode dier werpt. Maar er is ook al geen bewijs dat Nietzsche dit boek gelezen heeft.

bij het pontje over de Vliet (of heet het daar nog de Schie?) in Delft
beton?

Beton (7)

 Willem van Dulmen stuurt dit geheel betonnen schuurtje. Het staat in de Knijpe, Friesland (waar eens Jan Mankes woonde en schilderde).Ik raak onder de indruk van de materiaalverwarring, de hang naar het oude die wint wanneer nieuw materiaal niet wordt geaccepteerd. Zoals formica nog steeds met hout- of marmerpatronen bedrukt wordt.Wat duurt het toch lang voor een nieuw materiaal z'n eigen vorm mag hebben. Voor beton beton mag zijn.

 Verrassing vanmorgen in Delft, niet ver van Calvé, aan de overkant bij het fietspontje, dit abri. En nog even over die twee aan weerszijden van de A44 bij de brug over de ringvaart van de Haarlemmermeer. Die zijn echt niet te bereiken. Ik probeerde ze al een paar keer vanuit de auto maar schoot steeds mis. Stilstaan is daar onmogelijk.

 PS. Ik kan de Schotse betonkunstenaar Toby Paterson die in het Haagse 'Stroom' exposeert (zie dit log van 21 april) interviewen. Komende zondag komt hij naar Den Haag.

Tags: 
atelier van H.F.Boot (1963)
Henri Boot, jaar en plaats onbekend. uit H.F.Boot - legendarisch leermeester van Kees Verwey door Michael Huig (1998)
H.F.Boot - ''Licht en ruimte'' (ca. 1957)

Henri Boot (2)

Henri Frédéric Boot was tijdens de Tweede Wereldoorlog pro-Duits.Hij kreeg een expositieverbod van 7 jaar (de maximumstraf) opgelegd. Zwaar woog zijn lidmaatschap van de 'Kultuurraad', die overigens maar een paar keer bijeen geweest is. Op een vergadering waarin de zogenaamde Arierverklaring aan de orde kwam schijnt Boot over zijn joodse kunstbroeders te hebben gezegd: 'Als ze een sta-in-de-weg zijn, dan moeten ze er maar uit.'

Maar wat moest de smoezelige Boot toch tussen de Duitse autoriteiten? Zijn biograaf Michael Huig blijft met een raadsel zitten. Na de oorlog ging Boot gewoon door met werken en lesgeven. Zijn vriendenkring zag ook geen reden hem te verstoten. Toen Van Deyssel 85 werd in 1949 was Boot erbij. Excentriek, nu ja. Kees Verwey zei later: 'De tijd die ik als leerling bij hem in het atelier doorbracht was enerzijds de verschrikkelijkste periode in mijn leven, anderzijds de meest grootse. Ik leerde er de armoede, de vernedering, de stokslagen verdragen waar elk leven om vraagt dat zich klaarmaakt voor ene grote strijd.' Bij zijn overlijden in 1963 werd Boot opgebaard in de Renaissancezaal van het Frans Hals Museum. Ondanks zijn oorlogsverleden vereerde men Boot in Haarlem, en miste men, zoals Bomans schreef, 'zijn gekromde gestalte die door de binnenstad slofte.' Erna Kramer schrijft over de jaren '53-'54, toen ze nog op school zat en dagelijks bij Ton Heijboer langsging: '...marmeren vloeren beneden, de hoge gipsen plafonds, de ateliers waar mensen als Kees Verwey en Jozef Zanten les hadden... De enige verandering die Boot had aangebracht was het gat dat hij tussen de twee panden had geslagen. Je moest er gebukt doorheen. Boot die zijn eigen wereld schiep, niemand binnenliet die hij niet wilde. Zijn schouders en nek waren vergroeid, zodat hij zich helemaal moest omdraaien om je aan te kijken en begroeten. Hij sprak altijd iedereen met 'u' aan.'

stilleven van Boot
H.F.Boot (1877-1963)

Henri Boot (1)

In het boekje van Erna Kramer over haar huwelijk met Anton Heijboer in de jaren 1952-1959 komt ook een merkwaardige huisbaas voor, de excentrieke schilder Henri Boot, bij wie Heijboer in 1952-1953 op zolder woonde op het Klein Heiligland in Haarlem. Bij Boot bleven voortdurend mensen voor korte of lange tijd mee-eten. Heijboer sloopte de halve dakgoot van Boot om zink voor zijn etsen.

Erna beschrijft hoe Boot werkte terwijl de ratten - die hij allemaal goed kende - over zijn tafel liepen. Als hij iets wilde eten wat op tafel lag duwde hij ze weg.In 'H.F.Boot - legendarisch leermeester van Kees Verwey', beschrijft Michael Huig het fenomeen. Boot bekleedde functies in het kunstenaarsleven, was bevriend met de keurige Lodewijk van Deyssel en vele andere kunstenaars. Hoewel hij zich nooit waste stonk hij niet. Een volgens zijn huisarts medisch verklaarbaar fenomenen. Omdat 'zich op Boots lichaam en bacteriecultuur had ontwikkeld die in een bepaalde evenwichtstoestand gekomen was waardoor geen reuk meer optrad'.Boot (1877-1963) gaf in zijn chaotische Haarlemse atelier langdurig lessen aan Verwey, en had met zijn uitgesproken kunstopvattingen en alledaagse onderwerpskeuze een beslissende invloed op hem. Op 9 juni opent de tentoonstelling 'Verwey en Boot: leerling en leermeester' in De Hallen in Haarlem.

wie kent deze man?
''Clueless''
Lorelai Gilmore

Ondertitelkunst (4)

Sarah Hart schrijft: 'Bij mij staat de ondertitelkunst in direct verband met het aanschaffen van een nieuwe digitale camera: ik fotografeerde alles, dus ook de Gilmore Girls. Hierbij mijn meest geslaagde exemplaar. Lorelai Gilmore.'Hannah Kousbroek stuurt een scene uit 'Clueless', haar lievelingsfilm.Daaronder nog een raadsel. De visman in het aquarium hoort in het gezelschap van een rode duivelszoon die uit schaamte zijn hoorns afvijlt. Dat weet ik nog. Maar ik viel in slaap. Wie?PS. Op de auteurspagina van Sarah Hart staat al heel lang de foto van iemand anders. Na overleg blijft dat nog even zo.

Tags: 

Bevrijding

 Van mijn moeder kreeg ik voor ze stierf 'De slag om Zutfen', een vaaloranje boekje, waarin de inname van de stad door de Canadezen beschreven werd, eind maart, begin april 1945. Ik was toen anderhalf jaar oud en kan me niets herinneren. Achterin vond ik een handgeschreven briefje van haar met aanvullingen. Mijn vader, haar man, noemde ze toen al (drie jaar na hun huwelijk) steevast 'papa':

 'De laatste maand voor de bevrijding hadden wij de bedden al in de kelder gezet plus het kinderbedje van Wim. We moesten er nl. elke nacht toch heen. We hadden een gat naar de buurkelder gehakt om bij eventuele instorting nog een andere vluchtmogelijkheid te hebben. Onder de voordeur zat alleen een smalle spleet voor lucht met ijzertraliewerk zonder glas. In de laatste nacht kwamen daar nog Derk, Plona met twee kinderen bij (hun huis was afgebrand).

 Toen we definitief in de kelder vluchtten stonden de kopjes nog op tafel. Na de bevrijding waren alle ruiten uit het huis kapot, het halve dak weggeschoten door een granaat (scherf in de secretaire) maar de kopjes waren heel. In de buurkelder zaten Opa en Oma de Graaf en Papa gaf militaire tekst en uitleg van wat er gebeurde - eerst de granaten dan de tanks - tenslotte de soldaten met het geweer in de aanslag. Papa was de enige die af en toe naar boven ging om door de kelderdeur te gluren. Toen alles stil werd ging iedereen naar boven behalve Derk en ik die allebei op een bed lagen, hij met een maagbloeding. Tenslotte zijn we ook eruit gekropen en begonnen puin te ruimen. Derk en Plona hadden niets meer, behalve wat ze aanhadden. Wij waren er nog goed afgekomen.

 Op de zolder was alles vernield maar dat waren allemaal spullen van anderen. Wij hadden veel onder de grond gestopt.Papa heeft het dak gerepareerd met een tuinschutting - de ramen met oude planken dichtgetimmerd (uitgespaarde ruiten van portretlijsten). In de voorruit hebben we de keukendeurtjes van de glazenkast getimmerd. Stond best leuk.Later werden alle ramen met doorzichtig plastic afgedekt, dat heeft nog een jaar zo gezeten. Glas kwam heel laat. De mortieren stonden in de achtertuin om de binnenstad te beschieten - de Canadezen dronken bij ons hun meegebrachte koffie en chocola ! Papa had z'n eerste echte sigaretten !'

Tags: 

Pagina's