zondag 04 september 2011 - 21:19
In Antwerpen om het nieuwe museum te zien. Een zestig meter hoge toren met in z'n inwendige een spiraal van omgangen en roltrappen. Bekleed met rode natuursteen. Opgezet als een pakhuis voor drie oude musea waar niemand meer kwam. Het museum voor Volkskunde, het Etnografisch museum en het Nationaal Scheepvaartmuseum. De haven betaalde. En ook de Diamantindustrie.
Waarom gaan mensen naar musea. Steeds minder om de kunst. Musea, leer ik, vallen onder de ‘creatieve economie’ en daarbij hoort vooral eten. Het restaurant is bovenin. Net als in de OBA of Tate Modern. Op den duur wordt alles - literatuur net zo - eigenlijk eten. Antwerpen focust op toerisme, kunst, culinair, mode, design en antiek. En diamanten, waarin het 85% van de wereldzaken doet. India is een belangrijke diamantmarkt en dus presenteert het MAS ook Indiase diamantairs.
Het MAS, een uitstalkast voor de stad. Die wordt gepresenteerd als de totaalbelevenis ‘Antwerpen in de wereld’.
Wat hoop ik van een museum? Een binnen en een buiten. Zoals de landschappen buiten het museum Belvedère in Oranjewoud in harmonie zijn met de poldersloten en het landgoed in de verte. Of het Mauritshuis, waar wat je uit de ramen ziet zo mooi aansluit op wat er hangt.
Architect Willem Jan Neutelings besloot tot precies het omgekeerde: een stapel raamloze dozen. Waarbinnen de ‘ervaring’ wacht. Dooie blikken op de roltrappen, alles is hier even interessant en dus is niets meer interessant.
Had ie maar naar het Pompidou in Metz gekeken. Dat lijkt wel wat op het MAS, alleen zien de museumzalen daar uit op de wijde omtrek.
Het MAS is geen kunstmuseum. De geleende schilderijen uit het KMSK dat gerestaureerd wordt hangen hier misplaatst. Zappen langs Jan van Eijk en de jaren ’30, na Polynesië en de uitbreiding van de Antwerpse haven... In de taal van het MAS: ‘.. een optelsom van ervaringen.. een verzameling van sterke verhalen in een eigentijdse vormgeving.’ Je bent blij als je weer buiten staat.
Morgen na 22.00 in de Avonden meer.