idem (2)
Freud en zijn toeschouwsters in 2008 (1)

I.M. Lucian Freud (1922-2011)

In 2008 zag ik de Lucian Freud-tentoonstelling in Den Haag. Grote drukte. Vooral vrouwen wilden de naakten van Freud zien.

Bij zijn geklede portretten (de andere helft) stonden ze aanmerkelijk korter stil. Ik merkte dat ik naar de beschouwsters ging kijken in plaats van naar Freud. Wat was er toch met die schilderijen?
Er ontbrak iets. 
Dat ze niet raadselachtig zijn, denk ik. Ik vraag me er niks bij af, behalve soms wat er in de geportretteerde zou zijn omgegaan tijdens de - soms maandenlange - poseersessies. Er bestaat een Lucian Freud-blik, die ze bijna allemaal hebben. Die is niet zozeer somber. Eerder ingekeerd, en tegelijk leeg. Dat moet haast wel een gevolg zijn van poseer-moeheid. Ook hun houdingen drukken dat uit. Het zullen uitputtingsslagen geweest zijn.
 
Freud streefde niet naar portretten, zei hij - gelijkenis was voor herm een bijproduct - hij zag zijn modellen eerder als acteurs. 
En ja, Engelse aristocratie.
Acteurs bij uitstek.
 

..in gedachten..
gezien vanuit de haven van Lelystad

Antony Gormley

Op de strekdam bij de Houtribsluizen in Lelystad zit sinds vorig jaar juli een zesentwintig meter hoge hurkende man. Aan het IJsselmeer. Ontworpen door de Engelsman Antony Gormley.

'Exposure' heet het beeld officieel.
Dat de man doet denken aan een elektriciteitsmast komt omdat ie gemaakt is uit 1800 pijpen verzinkt staal en gebouwd door de firma Had Fab Ltd in Schotland, die gespecialiseerd is in elektriciteitsmasten.
Hij weegt 60.000 kilo maar oogt licht.
'Een lichaam, niet als ding, maar als plek,' zegt Gormley.
Ik probeer hem te volgen.
Vast staat dat de reus is gaan zitten in een uitgestrekte, ongerepte ruimte. Lelystad ligt achter de dijk, de Markermeer blinkt onder een wolkenmassa. Je ziet hem al van ver, van alle kanten. Daarvoor moet je in Flevoland zijn.

Flevoland kent meer elektriciteitsmasten dan welke provincie ook. Van jongsaf heb ik figuren in ze gezien.
Die met gespreide armen draden ophouden.  
En nu is er één moe geworden. Heeft z'n draden er bij neergegooid, is gaan zitten en in gedachten verzonken.
 

AAAA.. IIII.. OOOO.. UUUU..
de houten binnen-omheining (vooraan de steen in het centrum)
de zonnewende

Robert Morris

 In het dras nabij Lelystad vonden geluidsdeskundige Sarah van Sonsbeeck en ik het Observatorium (1977) van Robert Morris.

 Nog op 21 juni was hier een bijeenkomst ter gelegenheid van de zonnewende naar het voorbeeld van Stonehenge. De resten van het ritueel liggen nog verspreid.
Het zijn twee concentrische cirkels, de buitenste een aarden wal, met een tunnel naar het middelpunt. Aan de oostkant zitten drie openingen: één naar het oosten, één 37 graden ten noorden van de west-oost as en één 37 graden ten zuiden daarvan. De zichtlijn is tot buiten de buitenste cirkel doorgetrokken. Tijdens de lente- en herfstequinox komt de zon precies op deze lijn op. Zodat op 21 maart en 21 september 's ochtends de eerste zonnestralen recht in het middelpunt van de cirkel vallen.

 Maar nu waarvoor we kwamen. De binnenwand van de wal is bekleed met tropisch hardhout. En daardoor ontstaat een voor mij onbegrijpelijk akoestisch effect.
Als je op de steen in het midden gaat staan en AAAA IIII OOOO UUUU roept wordt je stem versterkt. Nogal luid ook.
Van geluidsversterking door weerkaatsingen tegen steen, ijzer of aluminium weet ik. Maar hout? Ja, muziekinstrumenten zijn van hout. Maar die hebben een afgesloten klankkast, met een klankgat. Mijn stem zou hier meteen moeten vervliegen in de open lucht. Maar nee. Hij wordt versterkt.
Dat zo'n Observatorium klok, kalender en tempel tegelijk is, dat wist ik. Maar geluidsversterker? Werd op Stonehenge het woord met grote kracht ten hemel gericht?
 

het versterkt stemgeluid..
Beluister fragment
Rob Brydon en Steve Coogan in The trip van Michael Winterbottom

The Trip

De film 'The trip' gaat over mannen van net even veertig. Twee, die een culinaire reis maken voor 'n krant door schilderachtige gebieden in Noord-Engeland.

De tweede man valt in voor de vriendin van de verslaggever, en wat tussen de mannen ontstaat - zonder ophouden pratend en maar pratend, in de auto, aan tafel, is het oersjabloon van mannen-onder-mekaar.
Mekaar aftroevend, snedig, steeds maar in de slag om wie de geestigste is. Het gesprek gaat via via langs acteursimitaties, want daar zijn ze goed in. Uitputtend!
In de omgang van de twee, die mekaar toch al tien jaar kennen is 'gewoon praten' onmogelijk.
Laat staan zwijgen.
Dat is eigenlijk tragisch, en kenmerkend voor veel mannencontacten.
De paar momenten dat ze kunnen herademen komen wanneer ze per mobiel contact hebben met hun vrouw of vriendin.
 

hand, vanavond
Frans Hals - Man met kromme pink (détail, ca. 1635)

Pink

Als kind al staarde ik naar m'n pinken. Ze zijn krom. Mijn moeder had me er op gewezen. En er meteen bij gezegd dat 't niet erg was maar juist leuk. Zoals moeders dat zeggen.

Juist leuk, kromme pinken.
Nee, zij had geen kromme pinken. Niemand in het gezin had ze.
En toen ik de wereld in ging kwam ik nooit iemand tegen met een kromme pink.
Het viel ook nooit iemand op.
En zo bleef ik alleen met mijn pink.
Tot gisteren.
In Museum Boijmans zag ik het 'Portret van een man' (ca. 1635) van Frans Hals.
De naamloze man heeft een kromme pink. Even krom als de mijne.
 

vergroting van de ets
Christoph Paudiss - stilleven (1660)

Bier

De al jaren vaste keus uit de collectie van museum Boijmans in Rotterdam is veranderd. Dat zal blijven gebeuren, elke twee jaar. Nu deed Peter Hecht het, de Utrechtse kunsthistoricus.

Ik kom er graag, het is geen Amsterdam. Het parket kraakt er als vanouds en de rijkdom is groot.
M'n vaste pelgrimage langs Geertgen tot St.Jans en Saenredams Mariaplaats werd nu opeens onderbroken door dit stilleven van een Duitse leerling van Rembrandt, Christoph Paudiss uit Hamburg.
Het hangt nota bene vlak naast de fameuze Titus.

Een hoekje in een woonhuis, vast dat van Paudiss zelf. Onmodisch, armoedig, zo zonder de burgermans pronkzucht van die dagen.
'Stilleven met glas bier, haringen en rookgerei' (1660).
Nouja, glas, 't is meer een pul.
Nauwelijks in scène gezet, dit. Het schildersoog trof wat er was, lijkt me. En moest haast maken want haring bederft, bier verschaalt en tabak droogt uit.
En is dit 'n kromgetrokken Rembrandt-ets? Ik denk het. Is dat knoflook? En wat zit er in het flesje dat daar aan de muur hangt? 
De schilder is aanwezig, hier in z'n kamer, al zie je hem niet. In z'n pijp smeult zichtbaar het vuur.

Sophie ontsnapt
tijdens de montage van The future

Miranda July (4)

In de New York Times stond een interview met Miranda July (37). Oa. over haar tweede film - na 'Me and you and everyone we know' (2005) - die 'The Future' heet en al vertoond werd op een festival in San Francisco.

 De film gaat over een echtpaar op een tweesprong in hun leven. Volwassenheid dreigt. Het verhaal wordt verteld door hun kat Paw-paw. 
July komt uit Berkeley waar haar ouders een alternatieve uitgeverij dreven. Erg alternatieve ouders. Tot haar vaste taken behoorde het knippen van de haren van haar vader en broer. Toen ze een serieus oogprobleem kreeg maakte haar moeder een gebloemd ooglapje voor haar van de zelfde stof als de gordijnen. Als kind al begon haar dit gedrag te hinderen.
 

 Over het achter je laten van het gevoel dat ze als twintiger had: 'Dat ik absoluut alles zou doen. Sex zou hebben met iedereen, naar alle landen zou reizen. Maar als je in de dertig bent blijkt dat er maar weinig van uitkomt.'
In 'The Future', zegt Sophie (die ze zelf speelt): 'Over vijf jaar zijn we veertig.' Waarop haar man zegt: 'Veertig is eigenlijk vijftig. En na je vijftigste hou je alleen wisselgeld over.'
Sophie vlucht uit dit leven. Een gedachte waar Miranda July zelf lang mee heeft rondgelopen: 'Maar je geest komt je achterna.'
Die geest krijgt in de film de vorm van een oud, vuil T-shirt dat haar - letterlijk - volgt, waar ze maar gaat.  
 

Tags: 
de voeten in Terras 00 (van K.Michel?)
het breinmannetje/vrouwtje van Ramachandran 

Ramachandran

Bij de neuroloog Ramachandran vond ik eens bijgevoegd schema van het brein, met daarop ingetekend waar in de hersenpan de zenuwuiteinden van onze lichaamsdelen uitkomen.

Sensationeel! Al weet ik nog steeds niet wat je er uit moet opmaken. Ja, de zenuwuiteinden van voet en tenen liggen in het brein vlak naast die van de genitaliën. En het oog ligt naast de duim.
Lichaamsdelen die precieze bewegingen moeten maken of erg gevoelig zijn bevatten kennelijk meer zenuwuiteinden. Maar vanwaar deze schikking? En wat voel ik toch allemaal?

Hieraan dacht ik toen ik de bijdrage van K.Michel zag in de digitale versie van het tijdschrift Terras (nummer 00): een foto - zonder bijschrift - van voeten (de zijne?), op een tapijt met een raadselpatroon waarin alleen die drie kruisjes van Amsterdam herkenbaar zijn.
Vreemde voeten. Wat is er met de linker kleine teen aan de hand?
Tenen zijn veelzeggend. Maar wat zeggen ze? Laat iedere redacteur van Terras zijn tenen sturen. Laat nummer 01 een tenennummer zijn.
 

het brughotel in bedrijf
op het landje
tijdens de opbouw

Wachten op de rivier

Vorig jaar was ik in het Ruhrgebied bij de bouw van een op meer manieren onmogelijke onderneming van het Rotterdamse kunstenaarsgezelschap Observatorium.

Er werd een houten brug gebouwd. Op een met onkruid begroeid eiland. Over een verdwenen rivier, de Emscher, lang geleden weggekanaliseerd en tot stortgoot van afgewerkt industriewater gemaakt. De komende jaren moet dat water - gezuiverd - weer door een echt riviertje gaan stromen.
Nu ja, zo'n brug kun je bouwen. Ik was daar, tussen Essen en Gelsenkirchen en zag het. Een bewoonbare brug werd het. Het ontwerp deed denken aan de middeleeuwse bruggen met huizen erop. Alleen hier waren de huizen primitieve hotelkamers.

Maar zou zoiets werken?
Het heeft gewerkt, heel het jaar 2010. En het was kunst, al werd daar discreet over gezwegen. Laten we zeggen gebruikskunst. Een idee waar je in kon overnachten, en uitzien over een landje, wat buizen en beton.
Kon, want het idee is alweer afgebroken.

Gek, het kon. Getuige het net verschenen boek 'Warten auf den fluss' (uitg. Klartext). Laatste nieuws: de brug wordt weer opgebouwd, in 2013.
 

Mila Lanfermeijer
Vanya en Lara

Vanya en Lara

'Ik kijk in de spiegel en probeer te worden zoals jij.'

Ik sta afgelopen weekend op de eindexamententoonstelling van de Rietveld Academie. Dit is TXT, ofwel de afdeling textiel.
Ik kijk naar beelden van zich aan zichzelf en elkaar spiegelende
zusters, gemaakt door Mila Lanfermeijer.
'Twee zusters proberen hun weerspiegeling te synchroniseren met elkaars beeld,' schrijft ze. Een adembenemend spel. Een fuga zowat. Wat is de rolverdeling?  

Dat blijkt uit een - bewerkt - fragment van het verhaal van Narcissus en Echo uit Ovidius' Metamorfosen: de één geobsedeerd door de eigen beeltenis, de ander gedwongen tot volgen:
'Zonder het te weten begeert ze zichzelf. Degeen die haar prijst wordt zelf geprezen en, terwijl ze verleidt wordt ze verleid, zodat ze doet ontbranden en tegelijk verbrandt.'    
 

Pagina's