wat in Metz niet voorkomt, in Lyon wel.. iets ontdekken dat je niet kende.. Maurice Marinot (1882-1960), Portret van juffrouw J.M (1905).. wie was zij (vals wijf).. wie was hij? 
dringen in Metz.. heeft ook iets gezelligs
..en de - openbare - binnentuin van het Museum voor Schone Kunsten in Lyon.. waarbij je weet.. dit is eindig, er zal iets nieuws verrijzen, hoog op gindse berg..

Franse musea

Binnen een paar dagen twee uitersten gezien van het Franse museumlandschap. En het verschil in benadering van kunst en publiek dat ze vertegenwoordigen.Het gloednieuwe Pompidou-Metz past de koopgoot-benadering toe. Zo noem ik het maar als je bovenal streeft naar een maximale afwisseling, in de hoop daarmee te voorkomen dat het publiek zich gaat vervelen.

Dat doet het ook niet in Metz.. Zo bekeken is de aanpak geslaagd.
Pas waneer je aan musea eisen stelt die ontleend zijn aan het onderwijs – en natuurlijk moet je dat doen - blijkt er iets grondig mis. ’t Kan zijn dat je iets leuk of boeiend vindt. ’t Kan toch ook zijn dat je je dan gaat afvragen wie het gemaakt heeft, wanneer en waarom. Sterker nog, het zou toch kunnen zijn dat je er eens een boek over zou willen lezen. Zijn die hier? Niet gezien. Omdat je bent aangestoken. En wil weten .

Nu het andere. Vandaag bezocht ik het Museum voor Schone Kunsten hier in Lyon.
Het tegendeel in elk opzicht. Geen wachttijden. Een stoffig, 19de eeuws gebouw
Waarin de kunst keurig per land en per eeuw geordend aan de muren hangt.
De Nabi Vuillard naast Bonnard, de impressionisten bij elkaar, Monet naast Manet, naast Utrillo en Sisley. Je kunt ze vergelijken. Zien wat ze van mekaar gapten.
En toen was het eensklaps bijna zes uur, het riante terras op het balkon in de avondzon moest sluiten. En zo stonden we opeens – personeel, suppoosten en publiek – jong en oud - broederlijk bij de uitgang – een moderne deur van het Sesam-open-u type.
Maar de deur was stuk. Een conservator-achtige heer met borstelhaar kwam pas na een hele tijd met een sleutel van de achterdeur.
En loodste ons de straat op.
Kunst verbroedert. 

Morgen in de Weekendeditie van de Avonden nog wat..
 

thuis..
station St.Paul..

Lyon

De stad binnengegaan. Hem niet als altijd voorbijgereden. En het geluk van dit Hotel du Dauphin. Een étage in een stokoud appartementengebouw, meer is het niet.

Erg smalle kamers, maar alles is op orde. De Algerijnse jongeman heeft een Bordeauxrood kwastje aan de kamersleutel bevestigd. Voor het mooi.
En dan, zo’n mat onderaan de trap waarop het ‘bienvenue’ nauwelijks nog leesbaar is, zo’n kooilift, de uitgesleten stenen treden van de wenteltrap.. Ik voel me hier eindelijk volwassen.
Tegen avondval de oude stad rondgelopen. Het buurtstationnetje St. Paul gezien.
Waar zulke dingen voortbestaan is het goed.
 

wachten onder de tent van Ban..
de architecten

Centre Pompidou-Metz

 Een eigentijds grabbeltonmuseum. Dat er van uitgaat dat je ofwel alles al weet of niks en ook niet nieuwsgierig bent naar het hoe, wat, wie, wanneer of waarom achter de schilderijen en andere dingen.Beetje drentelen. Binnenkort mag je je consumptie en je broodje ook wel meenemen naar de zalen.

 Voor mij was het een verrassing dat hier uitgerekend enkele tientallen doeken hangen die ik kende uit de voorloper het Museum voor Moderne Kunst, dat sinds 1942 naast het Palais de Chaillot gevestigd is in Parijs. Deze week werden er uit dat oude gebouw oa. doeken van Picasso, Matisse en Braque gestolen.
 Ik reisde er in de jaren '60 heen met de vleeswagen. En zag Soutine, Rouault, en ook de Parijse meisjes van Delaunay.  En nu hangen ze hier, afdankertjes van wat eens de Parijse school heette in Metz. Achter het station, in de schepping van de Japanner Ban.
Een goed museum, dat wel. Een houten staketsel en uitzicht over het landschap en de stad. Wees wel gewaarschuwd, wie om elf uur komt staat een uur in de rij – en in de kou, Ban heeft niet op rijen gerekend. Ga liever in de middag.

 

eerst deze blik..
toen deze..

Metz

 Het station van Metz is een monument uit de tijd dat de Duitsers hier heersten, tussen 1870 en 1914. Het ligt in een wijk die geheel in ‘Wilhelminische’ stijl is opgetrokken. Onverwoestbare bouw. Kolossaal. Veel natuursteen aan gebouwen van Openbaar Nut.

 Morgen meer daarover.
Ik logeer er middenin.
Ben al onder de sporen doorgelopen naar het laatste perron. Van daar heb je namelijk een schitterend uitzicht op de gloednieuwe dependance van het Centre Pompidou waar ik morgen dv. ga kijken.
Onderweg naar dat station kwam ik deze familie tegen.
Het mag niet, zomaar mensen fotograferen.Maar alleen het meisje heeft me door.
Wat zegt haar blik?
Daarover zal ik nog lang piekeren.  

En ik vraag het Paulien Oltheten.
   
 

Bobbejaan.. Ik bezocht z'n land eens, groette de autobussen en zweefmolens..

Bobbejaan Schoepen

Bobbejaan is gestorven, in het ziekenhuis in Turnhout. Hij werd net 85 jaar oud. En behoorde tot die weinige schrijvers die in weinige regels tot de kern doordringen en daarbij door zeer velen begrepen worden. Ik vind 'Och was ik maar bij moeder thuis gebleven' ook heel goed en waar, maar Bobbejaans 'Café zonder bier' (1959) zegt in drie akkoorden meer, zegt bijna alles wat er te zeggen is:

Een strand zonder water of land zonder grond
Dat is al even erg als een steirt zonder hond
Maar je geld dat verdwijnt met je trouwe kassier
Dat is nog niet zo erg als een café zonder bier

Piet Rinkers z'n vrouw stak het geld in haar zak
En ze liet hem alleen onder 't echtelijk dak
Maar ze schreef toch nog gauw op een stukske papier
Dat is nog niet zo erg als een café zonder bier

Een man werd veroordeeld en kreeg levenslang
Met rijkswacht van dienst moest hij mee naar 't gevang
Toen hij droef in z'n cel stapte zei de cipier
Dat is nog niet zo erg als een café zonder bier

Toen Janssen ging zwemmen in Leopoldville
Botste hij met geweld tegen een krokodil
En van schrik zwom Jan Janssen van Congo naar hier
Maar dat is nog niet zo erg als een café zonder bier

Ja, dit is een lied dat m'n leven vergald
En ik weet ook nog niet of het u wel bevald
Ik ben hier aan het zingen maar ik heb geen plezier
Ik vind dat toch zo triestig, een café zonder bier
 

Han van Meegeren tijdens zijn proces.
De kantkloster (1925)

Han van Meegeren (3)

De 'Emmausgangers' van Van Meegeren werd vanaf 1938 in Boijmans in Rotterdam geëxposeerd in een apart zaaltje waar vrome liefhebbers zaten te kijken naar wat gold als de Rotterdamse pendant van de Nachtwacht. De kranten versloegen hoe het doek veilig werd opgeborgen toen de oorlog eraan kwam. Kunsthistorici discusieerden over de preciese datering.

En toen, in 1945, zeven jaar later, werd in het rijke kunstbezit van verzamelaar Hermann Goering de naam Van Meegeren aangetroffen.
Al snel kwam de politie naar zijn huis aan de Herengracht 321.
En toen stond Han van Meegeren voor de keus: ofwel als landverrader gebrandmerkt worden ofwel..?
Hij koos voor een de bekentenis. Bekende aan de ongelovige gerechtsdienaren meteen ook de maker te zijn van de beroemde 'Emmausgangers'.
En moest dat toen natuurlijk bewijzen.
En toen dat gelukt was kwam de populariteit. Hij had niet alleen Goering opgelicht, maar ook de kunstcritici een beentje gelicht.
Boijmans-directeur Dirk Hannema zou tot z'n dood in de echtheid van de Emmausgangers blijven geloven. Een groot man toch, die het museum verrijkte met oa. werk van Jeroen Bosch.
Han Van Meegeren stierf nog dat zelfde jaar 1947, 58 jaar oud. Hij laat een boodschap achter, vindt Friso. Geloof niemand.
Kijk maar, je ziet niet wat je ziet.
Maandagavond na 21.00 is Friso Lammertse te horen in de Avonden.

 

Christopher Reid
Wim Brands

Tirade

Dezer dagen verzorgt Wim Brands het weblog van het literair tijdschrift Tirade. Op 11 mei stond onder het kopje 'Beterschap':

'Ik weet het, poëzie hoort niet te ontroeren, en natuurlijk weet ik ook dat poëzie geen betekenis heeft, moet je luisteren, ik ken mijn Duinker, ik ken mijn Lampe.
Dus vergeef me dat ik ontdaan ben na het lezen van A scattering van de Engelse dichter Christopher Reid, die dicht over zijn overleden vrouw.  Betekenisvol en ontroerend.
Als hij langs het ziekenhuis loopt waaraan zij haar organen ter bestudering heeft nagelaten mompelt hij: that’s where my dead wife lives. I hope they’re treating her kindly.
En over dat ziekenhuis dicht hij:

My wife is in there, somewhere, doing practical work:
her organs and tissues are educating young doctors
or helping researchers outwit the disease that outwitted her.
So it’s a hallowed patch of London for me now.

Lang geleden dat ik zo ontroerd was na het lezen van een dichtbundel, maar wees niet bang, poëziekenners: ik beloof beterschap.'
 

Chaplin aan de lopende band in Modern Times.,
Parijs Metro-portaal, omstreeks 1900 in Art Nouveau. Bloem- en plant motieven op prefab gietijzeren onderdelen, waarmee het portaal in verschilende formaten in elkaar kan worden gezet. .

Norm=Vorm (2)

De tentoonstelling is te zien in het Gemeentemuseum dat Berlage bouwde. Het gebouw is gebaseerd op een raster van 1,10 meter. Muren, ramen en bakstenen hoefden door de slimme maatvoering nergens te worden ingekort. Alles paste. Het werd binnen twee jaar gebouwd.

De keerzijden van de Industriële Revolutie zie je ook. Mensonterende arbeidsomstandigheden. En protesten tegen de eenvormigheid als de Engelse Arts and Crafts-beweging: terug naar het nobele handwerk.
Grappig is het tasten naar vorm voor massaproducten. Historiserende, exotische, fantastische decoratie zie je, duizenden malen herhaald. Met als feestelijk hoogtepunt rond 1900 de Art Nouveau, een pleidooi voor de scharrelkip. Maar er was geen weg terug.
Vervreemding alom. De ontwerper bekeek z'n product met argwaan, de gebruiker vond 't onpersoonlijk of ronduit lelijk, en de arbeider - die de hele dag dezelfde beweging moest maken als Charlie Chaplin in Modern Times - wordt gek of revolutionair. Hier komt Karl Marx binnen.
 

hoe ziet een radiotoestel eruit? (en waarom?)
klassieke 20 liter jerrycans..

Norm=Vorm (1)

Heet het doorwrochte boek dat Timo de Rijk schreef bij de gelijknamige tentoonstelling in het Haagse Gemeentemuseum. Over 'standaardisatie en design'. De Rijk voert je langs klassieke voorbeelden van de eenvormigheid en bijbehorende arbeidsverdeling die nu eenmaal nodig zijn voor een efficiënte bedrijfsvoering. Zo werden we rijk.

Van de T-Ford tot het concentratiekamp - Hitler was een bewonderaar van Henry Ford en andersom. Van Chinees porselein - een van de vroegste producten die in serie gemaakt werden door een rij specialisten - naar de genummerde gerechten in het Chinese restaurant.
Vaak begint standaardisatie in het leger en verhuist dan pas naar de supermarkt. De 'jerrycan' heet zo omdat het Duitse leger (de 'Jerry's') ze introduceerde. Waarna de geallieerden ze snel overnamen.
Ook de radio begon als verbindingsapparatuur voor het leger. 
Grappig genoeg was er geen klassieke vorm voor het radiotoestel, zoals de koets het was voor de auto. En de schrijfmachine - deels - voor de computer.
Een radiotoestel ziet eruit als.. een radiotoestel..(?!?).

Zaterdag in de weekendbijlage van de Avonden meer. 
 

Friso Lammertse in Boijmans
Christus en de overspelige vrouw, gekocht door Hermann Goering..

Han van Meegeren (2)

Vanmiddag rondgelopen op de tentoonstelling met Friso Lammertse. En allereerst gevraagd naar de veranderlijkheid in het kijken naar kunst.

En naar het 'hoe kon dit gebeuren', waarvan het zaaltje vervuld is.
Van Meegeren heeft met z'n Emmaüsgangers knap ingespeeld op wat men in zijn tijd graag zag, waar men op zat te wachten.
Vermeer was - na Rembrandt en Frans Hals - al wel bekend, maar er mankeerde volgens de kenners toch iets aan z'n werk. Wat? Het zal de 21ste eeuwer bekend voorkomen: het gevoel, de ziel. Er 'gebeurde niks' bij Vermeer.
Friso laat me zien hoe slim Van Meegeren in z'n vervalsingen een mix maakte van Rembrandt (gevoelsschilder bij uitstek) en de vroege Vermeer.
Hoe hij alvast de Vermeerkleuren geel en blauw gebruikte, zodat kunstcritici er een vooraankondiging in konden zien van zijn latere werk.
We spraken over de ziel van de bedrieger. 
Wat gaat er om in de maker van een geslaagde, wereldberoemde vervalsing als de Emmaüsgangers?
Acht jaar lang moet Van Meegeren hebben aangezien - hij was rijk bezat een villa aan de Côte d'Azur, een jacht, hoe - bijna - iedereen er in trapte. Alleen niemand wist dat hij...

Friso Lammertse
Beluister fragment

Pagina's