Kunst en humor

 Het heet 'Humor, 101 jaar lachen om kunst' en is te zien in het Frans Hals en de Haarlemse Hallen. Een grapje maken van kunst, omdat die kunst daar om vraagt, daar begon het mee. Die 101 jaren komen van het jubileum van Dada (1916).

 Humor blijkt eindig. De pisbak van Duchamp blijft niet altijd leuk. Was het eens omdat kunst in Duchamps tijd zo ernstig genomen werd en aan strikte academische normen moest voldoen.

 Dada luchtte op. Maar is wel erg voorbij. De pisbak heeft zichzelf overleefd. Toch wordt hij, tot vervelens toe, steeds weer vertoond. Humor is eindig.

 De Dadaïsten en surrealisten werden gevolgd door volgende generaties die hier ook hangen.

 Ik lachte in 1963 toen Wim Schippers op televisie zijn flesje limonade in zee gooide en organiseerde meteen ook zelf een 'volstrekt oninteressante' tentoonstelling. Het flesje is hier weer te zien. Maar wordt verbaasd aangezien door echtparen, meer niet.

 Elke generatie zijn eigen pispot? Grapjes slijten. Waar bij komt dat zo'n enorme stapel grapjes niet werkt. Ze slaan mekaar dood. Wat nu vooral opvalt is het vele werk dat er in zit. En niemand lacht. Humor is zelden leuk als er humor op staat.

 Wat grappig is werkt op z'n best als je niks grappigs verwacht.

Volstrekt oninteressant

 Het bij Petten in zee leeg gieten van een flesje gazeuse (1963) wordt af en toe herdacht. Wat Wim T. Schippers en Willem de Ridder met hun voor tv gefilmde actie bedoelden legden ze ook wel uit, maar raadselachtig bleef het.

 'Volstrekt oninteressant' was ook hun Mars door Amsterdam. Zes willekeurige personen wandelden een eindweegs - geen spandoeken, geen vlugsc­h­r­iften - op een grijze dag door Amsterdam en dat was het. De kunst van het zwijgen.

 Het sprak aan, bij twintigers die genoeg hadden van politiek protest of artistieke zelfgenoegzaamheid in het openbaar. De tegenspraak tussen iets extreem aandachttrekkends als een televisieoptreden en het onooglijke waarop de camera gericht werd stichtte verwarring. Linkse mensen vonden het rechts, kunstenaars wisten er geen raad mee.

 Voor mij was het een vondst. Opeens werd wat ondraaglijk geweest was 'volstrekt oninteressant' en daarmee een overlevingsstrategie. Ik begon verzamelingen aan te leggen. De criteria waren streng. Veel was toch net te interessant. Een geglazuurd potje? De etalage van een lampenwinkel?

 En nu? Beland in een tijd waarin sociale media en televisie steeds meer aandacht vragen, waarheen? Innere Emigration? Mediamijders bestaan. Al lang. Je herinnert je een naam, maar er is niets meer terug te vinden. Regelmatig verdwijnt iemand onachterhaalbaar van Facebook. Zo kwam ik op dit stukje.

 Een Partij van het Zwijgen oprichten? Ik denk dat dat allang gebeurd is. In stilte. Zodat wij er niets van weten.

 Een volstrekt oninteressante partij. 

De kauwgumkunst van Ron Nagle

 Vanmiddag steeds weer in de lach geschoten bij de Chewing Gum Monuments van de Amerikaan Ron Nagle (1939) in Boijmans. Kauwgomkunst van de popmuzikant die eens naast Jefferson Airplane optrad.

 Met kauwgom kun je alle kanten op. Je kunt er bellen van blazen of het plattrappen op de stoep. Erop kauwen tot de smaak eraf is. En doorslikken geeft niet.

 Kauwgom is kneedbaar, heeft geen pretentie. Voor een museum beter geschikt dan de pindakaas van Wim Schippers, die altijd pindakaas blijft. Terwijl Nagles kauwgom wordt wat hij maar wil.

 Nondescript, al komen je dik belegde boterhammen voor de geest waar de gesmolten kaas vanaf druipt, Bossche bollen, petit fours, maar ook autolak. Je voelt het aan je tanden. 

 Ze zijn tien centimeter groot, hooguit, de monumentjes. t' Is keramiek, geloof het of niet, maar nog geen hap verwijderd van de toonbank. Schuilt niet in elke banketbakker een beeldhouwer. Kwam Hildo Krop niet uit een banketbakkersgeslacht?

 De wereld is steeds meer een snoepwinkel geworden. Dat leert je Nagles studie van textuur en vorm van wat ons omringt. Geen camp, o nee, dit is minutieuze ernst. Nooit betrapbaar als voorwerp terwijl zijn werk steeds aan van alles doet denken. Auto's lijken op slagroom­soes­jes, bankstellen komen soms in de buurt van taartbodems. Sierpotten voor kamerplanten lijken eetbaar.

 Maar dit is aardewerk. Onontgonnen terrein. Het gebied waar aanraakbaarheid en eetbaarheid elkaar naderen. Terwijl je toch niets mag proeven of aanraken.

 Ik liep het zaaltje uit, de kantine in en mocht iets kiezen voor bij de thee. Het werd cheesecake met een glanzend oppervlak.

Magie der herhaling

 Gisteren bij de presentatie van de nieuwe Revisor ging het over 'herhaling'. In proza geldt dat als saai of zelfs beledig­end. Zeg nooit 'zoals ik al zei', want daarmee beticht je je toehoorder van onoplettendheid.

 In poëzie werkt dat anders, denkelijk door de muziek. Muziek is een spel van patronen en patroonherkenning. Waarbij de musicus moet zien zijn publiek voor te blijven, te blijven verrassen. In poëzie sluipt de muziek aan. Totaan de Ursunate van Kurt Schwit­ters.

 Apen kunnen heel aardig tekenen, maar arceren doen ze nooit, zegt Frans de Waal. Of apen muziek maken weet ik niet. Voor ons zit de magie juist in het arceren, de herhaling. Van Afrikaanse ritmevariaties die hele nachten duren tot minimal music. Het standaard akkoordenschema van de Europese popmuziek is daarbij dodelijk saai.

 Het was de dichter Johnny van Doorn die het begrip 'Magie der herhaling' - 'Volkswagen-Volkswagen-Volkswagen-Volkswagen' - introduceerde met zijn verhaal 'De toets' waarin een oude kunstschilder in een enkele weerkerende bliksembeweging het 'woensdagmiddaglicht' aanbrengt op een lange rij fabrieksmatig gefabriceerde doeken met steeds het zelfde hengelaars stekje. Als een slagwerker: 'Tikketakketikketak'.

 Waar komt bij het herhalen spanning vandaan? Wim T. legde het uit toen hij zijn acteur Barend Servet steeds het woord 'Pollens' had laten zeggen: 'De eerste keer lachen ze, de tweede ook, de derde werd het al wat minder... En dan blijft het stil. Maar dan moet je juist doorgaan. En bij de der­tiende keer 'Pollens', wordt er weer gelachen.'  

 Ik las gisteren mijn 'Alle trams rijden naar de hemel'. Trams hebben alleen eindpunten. Ze komen aan, en rijden weer terug naar 'het andere eindpunt'. 

Micha Wertheim

 Waar Henny Vrienten vorige week als Zomergast meer televisie bracht dan ik kon verdragen deed Micha Wertheim vanavond het omgekeerde.

 Hij legde ook uit waarom, niet toevallig riep hij Wim T.Schippers aan. Die als eerste in nederland liet zien wat televisie met ons doet, hoe de camera ons gedrag verandert. Micha gaf geen schaduw van een voorstelling, bleef ook in de studio koppig Micha, keek geïnteres­seerd om zich heen en praatte voor zich uit. Terwijl hij toch fragmenten liet zien waarin wel degelijk werd opgetreden.

 Wat hij vanavond aantoonde weet ik niet. Zeker dat het medium z'n beperkingen kent. En dat er maar heel af en toe mensen aan ontsnappen. Ook dat hij daar niet toe behoort. Zoals Willem Frederik Hermans het 'onsympathieke romanper­sonage' introduceerde, zo bracht Micha Wertheim het ongeschikte tv-personage. En dat zegt - om hem te parafraseren - veel over de tv.

 Als eerste ooit zag ik hem zelfs - heel terloops - een vrucht (een perzik?) eten, met vingeraflikken en al, terwijl de gouden tv-regel toch luidt: eet nooit, want dat ontsiert.

Ai Weiwei

 Als je twintig fietsframes in een cirkel aaneen schroeft is dat misschien wel een beetje grappig.

 Maar als er dan een bordje bij hangt dat het kunstwerk ook gelezen kan worden als een commentaar op het China van nu, waar de fiets langzaamaan terrein verliest denk ik 'o'. Een stapel houten krukjes? Dode bomen geassembleerd uit aller­lei stuk­ken dode boom? En dan eindeloze films van het verkeer op de derde en vierde ring van Beijing?

 En de veelbesproken zonnepitten brachten me naar de de pindakaasvloer van Wim T.Schippers. Amusant, maar verder? Ik zwijg. Het interessantst is de reportage van de operatie die Ai Weiwei in Duitsland onderging. Hij is dissident, en hij heeft z'n kop mee.

de poster.. zo'n poster ziet een politicus echt niet meer..

Bezetting?

 Komende zondag 26 juni van zal 11.00-17.00 uur Museum Boijmans Van Beuningen 'bezet' worden, in navolging van 'Schuilen in het Rijks'.Een dag later is het kamerdebat. De regering wil meer dan 30% bezuinigen op beeldende kunst. De BTW gaat daarbij naar 19% en de Wet Werk en Inkomen wordt afgeschaft.

 En wat?
Ja, Boijmans steunt de Nederlandse kunstenaar en biedt de demonstranten pindakaassoep (Wim T.Schippers, ludiek!) en droog brood aan. Wat dan slaat op 'het karige menu dat de Nederlandse overheid in petto heeft voor de beeldend kunstenaar'. Goeie god! En ja, het museum blijft tijdens de demonstratie gewoon open.

 Het verdriet komt voor mij van twee kanten. Vooral de pindakaassoep en het droge brood slaan me terneer.
Het is alles van een troosteloze braafheid. Waarom geen bezetting van het ministerie? Van de VVD en CDA fractiekamers? Waarom geen graffitiactie tegen de gevels van het kamergebouw? Ik ken spuitbusartiesten die prachtig lijkende politiciportretten kunnen maken. Zijlstra die de kunst naait.
Laat tenminste merken dat je er bent.