Kim Habers

 Wat als een landkaart tot leven komt. Zich verheft uit het vlak en wegen, spoorlijnen, bruggen en viaducten zich in elkaar verstrengelen tot een onontwarbaar, onbegaanbaar land­schap.  

 Zo werken de grote tekeningen en knipsels van Kim Habers, die ik zag op Amsterdam Drawing. Want ze knipt haar kaarten ook gedeeltelijk uit, zodat ze zich letterlijk verhef­fen. Daar is de derde dimensie die je in oude kaarten zo vaak ziet als de Eiffeltoren en de Arc de Triomfe in de str­aten van Parijs getekend rechtop staan.

 Ik zag mezelf - zacht zoemend - op een betegeld trottoir bezig met kleurkrijtjes verkeersknooppunten tekenend voor mijn Dinky Toys. Zoals - sorry - eens de miniatuurspoorbaan van mijn Oom Bob zijn huis overal doorkruiste, door muren heen, zelfs buitenom over het dak. 

 Maar Kim Habers ontstijgt die wereld. Op Internet vind ik foto's van haar instal­laties waarin de netten hele gebouwen overwoekeren. Ook letters en woorden groeien eruit. Daarin lijkt ze op Paul Noble. Aan de stadschappen van Jantien Jongsma doet ze ook denken.

 Maar Kim bouwt niet zozeer steden als wel 'systemen' die op steden lijken. In hun groei overwoekeren ze almaar diepere lagen. Het eind is nooit in zicht. Op Amsterdam Drawing is maar een flard te zien. 

ZAP-COMIX museaal!

 Soms zou ik wensen dat er in deze tijd ZAP-comix verschenen, zoals in 1968, waarin wat er nu over straat gaat en in cafe’s kwebbelt en samenhokt vermalen werd in strips als die van Robert Crumb, Gilbert Shelton en S.Clay Wilson.

 Ze vragen erom. Maar wie weet nog van die verwoestende aanpak? Kamagurka, Gummbah, ja die. Maar het misverstand groeit. In 2005 deed Boijmans iets matigs aan Robert Crumb, daar bleef het bij. De golf undergroundstrips die vanaf 1968 loskwam is kunsthistorisch obscuur gebleven.

 Wel kreeg je in Boijmans tweede garnituur nazaten van de ZAP-generatie te zien als de o zo brave Noor Hariton Pushwagner en nu weer de weinig opwindende Engelsman Paul Noble met zijn fa­ntasiestad Nobson. Hm.

 Ergerlijk gebrek aan historisch stripbesef. Wat er in de VS gebeurde toen Crumb in San Francisco zijn eerste ZAP kwam verkopen en affichemakers Victor Moscoso en Rick Griffin strikte, alsook gruwelstrip-tekenaar S.Clay Wilson bracht een nu vergeten schokgolf teweeg. In Nederland richtte Evert Geradts meteen zijn Tante Leny op en Joost Swarte Modern Papier.

 ZAP was het uitzinnige antwoord op de puriteinse jaren '50 van het Mccarthyisme en Doris Day.

 ZAP is de jaren '60 in a nutshell, een revolutie die alles ondersteboven gooit en tegelijk zichzelf ironiseert. Met gretige mishandeling van de stripklassieken. Het feminisme, de hippies, het spiritualisme - Mr. Natural - het burgerdom, de bikers, en dan, wiet en LSD, niets bleef gespaard.

 Dit is uit nummer vier. Bij Crumb neukte een vader zijn dochter en een moeder haar zoontje, alles tot innige tevredenheid van betrokkenen. Het werd in beslag genomen.

 ZAP bestaat nog steeds en brengt elke twee jaar een nummer uit. Op Boijmans - waar anders - rust de verplichting nu eens een solide overzicht van 50 jaar ZAP-cultuur te brengen. 

Paul Nobles anaal universum (2)

 Binnengaan in het hoofd van Paul Noble. Dat is wat je - bij het betreden van Nobson, zijn getekende en gebeeldhouwde stad - doet in Boijmans. Een stad met goedbeschouwd maar één bewoner, al zal hij dat bestrijden.

 Een stad bouwen voor jezelf als toevluchtsoord, Een onmogelijkheid. Zoals Breughels Toren van Babel, die nooit tot in de hemel zal kunnen reiken. Wat iedereen in een oogopslag ziet, behalve de bouwers.

 Hier is maar één bouwer. Zijn stad, datis hij zelf. Halverwege heden en verleden, halverwege bijna alles. Je leert dat er een oud Nobson bestond, met een stadscentrum, dat met algemene stemmen werd gesloopt voor het nieuwe Nobson. Waarin toch weer stukjes ruïne van de oude stad nieuw werden opgebouwd.

 Je denkt aan de vele - bovenop elkaar gebouwde - steden Troje die Heinrich Schliemann opgroef in Klein-Azië. Aan Los Angeles.

 In Nobson bestaat logischerwijs nooit verschil van mening. De oude centrale synagoge werd met algemene stemmen verbouwd tot een koopgoot. Rotterdam is dan ook de ideale plaats om Nobson te exposeren.

 Zover blijft Nobson een exposé, een psycho-architectonische constructie. Wie je als bezoeker blijft zoeken is de bewoner. Een labyrint, een ideale plek om je te verbergen.

 Maar wat gebeurt er onderhuids, ondergronds? Wat bleef bijvoorbeeld over van de aanbidding van reusachtige wormcreaturen en hun door regen opgewekte 'uitzinnige orgiastische rituelen'? Er zijn tekenen. Maar het in steen gehouwen alfabet brokkelt af in onleesbaarheid.

Tags: