Jacob Groot, vanavond
Erik Lindner, vanmiddag

Poetry International

Vanmiddag in Rotterdam de presentatie van het nieuwe tijdschrift - dwars tegen de bezuinigingen in - Terras. Erik Lindner en de zijnen, bedachtzaam brutaal.

De Avonden was op Poetry nadrukkelijk aanwezig, op de dag dat de omroepplannen van het kabinet over ons werden uitgestort.
's Avonds in de kleine zaal bracht onder meer Jacob Groot nieuw werk. Die me achteraf wat van z’n teksten gaf. Dit is 'haar benen'.

Ontbrekend lichaam: ik ben je
in je velden als ik je kleren
aantrek om je te ontbloten: ik ken
je niet maar m'n zak ritst
je open & ik timmer je

in m'n kloten op het trillen
van je lippen, flits der schoven, de
shotverlichte, je schudt ze even om het vee
mee in te zepen, in dezelfde greep
gegeven de room van je

bomen, ruim bemeten, het juweel
waaruit je gouden regens, hun zegen, je benen
willen nemen. Totaal verloren
lichaam: ik ader je handwerk noch ik naai je
nader maar ik laat je toch

niet in de steek. Echter ben je zo ver
van m’n bed dat hoe je klaar verbergt je ware aard
me sterkt. Want ik sla je hard: met
het middel: om het doel te killen al
voel je niets
 

Erik Lindner
verse kalklijn, de wat versletene, als geblondeerd haar uitgegroeide zijn het mooist..

Erik Lindner

De titel van z'n nieuwe dichtbundel is 'Terrein'. Een woord dat Haagse taal oproept. Te beginnen met 'terreinknecht'. Zwijgzame heersers over voetbalvelden. Die gingen over netten, ballen en hoekvlaggen. Ze rolden het kalkwagentje dat de lijnen in het gras tekende. Afbakenen.

Ik lig in het gras en bekijk de half witte, half groene sprieten die het strafschopgebied markeren. Voor je 't weet komt er een hele dichtbundel. Wat daarin gebeurt is ook heel Haags.Het waait er. Regels en woorden worden voortgeblazen. En vinden nauwelijks houvast. Een enkele plastic fles stuitert op een stoep. Een fiets valt om. Beetje op z'n Haags uitspreken ook. Heb je dit eenmaal gevonden dan kun je 'Terrein' lezen: 

'(...)

In een parapluwinkel valt een paraplu van de toonbank.

Op een smalle tak zit een duif
die eraf valt, fladdert en opnieuw gaat zitten.
De bes die te ver aan het uiteinde van de twijg hangt.
De tak die doorbuigt, de kraag die opbolt als de duif verschuift.'
 

Tags: 

Albanië

Ook Erik Lindner was in Albanië: ''Van Albanië kreeg je de foto van Arjen Duinker voor de kop van Constantijn. Ik stuur je een andere van Berat, met rechts Elma van Haren en links Hélène Gelèns. En een Duitser, Thomas Wohlfahrt. En goed: nog een keer Arjen in Berat.En een gedicht. ''

Een wit paard, de voorpoten aan elkaar gebondenhinkt vooruitnaar een muur van betonblokken, de dichtbegroeide railsde bergen voorbij de stadde treinstellen naast het spoorhoog naast het veld gloeit een lasvlam op een balkonrandeen man op een muurtje masseert de nek van de mandie naast hem zitritmisch knerpt het zadel op het stapvoets lopend dierde stofwolk als een auto voorbijrijdthoe je de stad ook uitloopt, je keert terug langs de rivierjongens rennen langs de weg de ellebogen in de zijde onderarmen breeduit zwaaienddoor een megafoon schalt een gebed over de dakenop een voetbalveld staat een stoel voor het doelmet tegenwind trekt een kabelliftje de berg opeen vrouw veegt de vloer van de onafgebouwde woningwaar haar was uithangtstrijkt het vuil langs de groeven de tuin inen kijkt niet op als een stukje steen weerkaatstde plek waar de kogel het water raaktde lasso om de nek van het paard valtde hoeven hard op de oever slaan.

Tags: 
de visvrouw in New Haven

Foto (1)

Maandagavond na achten zijn twee kenners van het werk van Walter Benjamin te horen in De Avonden. Henk Hoeks, die het essay 'Het kunstwerk in het tijdperk van zijn technische reproduceerbaarheid' vertaalde en de dichter Erik Lindner wiens debuut - Tramontane, 1996 - voortkwam uit Benjamin-lezen. Henk Hoeks vertaalde - het staat ook in dit deeltje - Benjamins 'Kleine geschiedenis van de fotografie' (1931).

Je kunt kort of lang over de verschillen tussen schilderkunst en fotografie praten, maar hier staan ze. Kort en duidelijk. De foto van de visvrouw van David Octavius Hill (1802-1870) is zijn sprekende voorbeeld. Gemaakt in de jaren na 1840, op een kerkhof - het moest buiten, met veel licht, het model moest lang stil zitten. Bemjamin: 'Bij de fotografie stuiten we op iets nieuws en merkwaardigs: in die visvrouw uit New Haven, die haar ogen met zo'n onnadrukkelijke, verleidelijke schaamte neerslaat, blijft iets (...) wat niet tot zwijgen te brengen is, wat je vervult van een weerbarstig verlangen de naam te weten van haar die daar heeft geleefd, die ook hier nog werkelijk is en nooit van zins zal zijn geheel in de 'kunst' op te gaan.'En dan gaat Benjamin in op de verschillen tussen camera en oog. De exactheid van de techniek brengt - voor het eerst - momenten aan het licht die het oog altijd zijn ontgaan. 'Onbewaakte' momenten.

Parijs, Passage Vivienne
Parijs, Passage de Choiseul
Walter Benjamin (1892-1940)

Walter Benjamins Passages

Bij vlagen lees ik in het zo prachtig oeverloze, onvoltooide 'Passagenwerk' of 'Arcaden Project' van Walter Benjamin. Het beslaat twee delen Verzameld werk (Suhrkamp) en werd geschreven en verzameld tussen 1927 en 1940. Helaas niet in het Nederlands. En niet geïllustreerd, wat hoort bij deze droom van de lichtstad en ook door Banjamin zo bedacht was.

Het 19de eeuwse Parijs van de winkelgalerijen die Céline zo anders beschreef in 'Dood op krediet' (zijn ouders hadden hun winkel in zo'n ding, het stonk er altijd).Maar Benjamin bereikt de hoogste toppen bij het beschrijven van de koopgoten van toen, waar binnen en buiten in elkaar overgaan, net als in de wintertuinen en panorama's. Eigenlijk is Parijs bij Benjamin in z'n geheel overdekt. Een spiegelstad vol winkelruiten en nat asfalt. Cafés zonder donkere hoekjes. Iedereen ziet iedereen, van alle kanten.Walter Benjamin is er van overtuigd dat daarom de vrouwen van Parijs ook zo mooi zijn. Voor ze een man onder ogen komen hebben ze zichzelf al tien keer in de spiegel gezien. Ook de mannen komt het ten goede. Ze kleden en bewegen zich beter. Zelfs de ogen van passanten zijn hier spiegels. En kijken twee spiegels elkaar aan, dan haalt Satan zijn liefste truc uit en opent de blik op het oneindige. In de uitzending van 11 augustus spraken Wim Brands en ik met Benjamin-kenners Henk Hoeks en Erik Lindner

De Avonden 2008 (ma) 11 augustus 2008 uur 1
Beluister fragment
Erik Lindner
Inge Maass

Bureaublad (2)

Erik Lindner schrijft: 'De lucht boven Amsterdam, gezien door mijn Franse vriend Éric Suchère op 2 mei 2002. Voor Nederlanders niet zo ongewoon. De foto is bewogen en heeft korrels. Maar voor hem een bijzonderheid. Suchère is kunstcriticus, dichter en vertaler. Op de 25ste van iedere maand maakt hij 25 ansichtkaarten, beeld aan de ene kant en tekst aan de andere kant. En stuurt die naar 25 vrienden van hem. Ik ben telkens bang dat ik uit de kring van 25 ontvangers val, want als Éric er een vriend bij krijgt moet er een uit. Maar tot op heden krijg ik nog steeds de kaarten. Op de website staan ze ook. Een van die ansichten, oktober 2003, is het 'stenen hoofd' in het IJ achter het Bickerseiland.'Inge Maass schrijft: 'Mijn bureaublad wissel ik regelmatig: foto's die ik mooi vind, bijna altijd uit de Ooy - een natuurgebied bij Nijmegen. Veel vogels, galloway runderen, konixpaarden en gewone hollandse reeën, vossen en bevers. Ik heb er veel gewandeld, en nu ik niet meer goed kan lopen, fiets ik er zo vaak mogelijk. De foto die nu op mijn bureaublad staat is genomen door Gerritjan Kleinrensink op 11 maart 2007 - een prachtige lenteochtend, helder zonnig weer. En wij helemaal gelukkig dat wij daar waren samen: wij beiden op de fiets.'

Tags: 

Pagina's