Cranach (1472-1553) staat in eenzelfde reuk als Kees van Dongen of Gerard Fieret. Een meisjesman. Met een voorkeur voor heldinnen en verleidsters.
Zijn grote onderwerp was de bedrieglijkheid van de vrouw, hare verleidingskunsten en de sukkels die eraan ten prooi vielen: Batseba, Suzanna, Delilah, Salome. Tegelijk ontkwam hij niet aan het afbeelden van deugdzamen als Lucretia, Judith of de dochters van Lot. Maar ook die waren vaak geslepen.
De bijbel vertelt hun verhalen. Hij bracht ze in beeld.
Altijd even mooi, even vastberaden.
Zodat het eigenlijk niet uitmaakt wat ze uitspoken.
Hier in Brussel in het Paleis voor de Schone kunsten zag ik ze. En viel voor ze, deugdzaam of slecht. Schoonheid wint altijd.