Chuck Berry's prijs

 Met het optreden van Donald Trump is een eind gekomen aan meerdere tijdperken. Waaronder dat van de Americana. De Amerikaanse Droom, waar generaties popmusici en bewonderaars op dreven is dood.

 Chuck Berry (1926), een van de voornaamste scheppers van die droom stierf dit voorjaar en was maar zo verdwenen. En met hem zijn poezie. Niemand die beter schreef over autorijden. Natuurlijk had hij die Nobelprijs moeten krijgen. De man  die niet alleen schreef maar ook gelijkop zong, speelde en een nieuwe muziekstijl uitvond die ein­deloos nagev­olgd is. De Stones dankten hun doorbraak aan hem. Bewonderaar en navolger John Lennon zei 'Everything that goes ka-chunk ka-chunk' is Chuck Berry.

 Waar gaat het over? Over de highschool-jeugd van een blanke generatie. Geidealiseerd door een zwarte die al veel ouder was dan zij. Die Johnny B.Goode (1958) schreef op z’n 32ste..  Over de jonge zwarte gitarist die oefent bij de spoorbaan. Maar de 'little coloured boy' in zijn tekst moest een 'country boy' worden. Hij veroverde het jonge blanke pop-publiek. Ook daarvoor zou die prijs moeten zijn, het doorbreken van de rassenscheiding. Tot zijn derde jaar had Chuck in zijn geboorteplaats St. Louis nooit een blanke gezien. De eerste was een brandweerman. Hij dacht dat die bleek zag van angst.

 Deep down in Louisiana close to New Orleans

Way back up in the woods among the evergreens

There stood a log cabin made of earth and wood

Where lived a country boy named Johnny B. Goode

Who never ever learned to read or write so well

But he could play a guitar just like a‑ringing a bell

 

Go go

Go Johnny go!

 

 He used to carry his guitar in a gunny sack

Go sit beneath the tree by the railroad track

Oh, the engineer would see him sittin' in the shade

Strummin' with the rhythm that the drivers made

The people passing by, they would stop and say

"Oh my, but that little country boy could play"

(...) 

Tags: 

Chuck Berry, de dichter

 Chuck Berry is dood. De man wiens teksten rock 'n roll tot poëzie maak­ten. De man op wiens gitaarvondsten Keith Richards en de Stones hun oeuvre bouwden. En zoveel anderen.

 Zelf zwart en al wat ouder bekeek hij de blanke high school teenagers en beschreef ze, vol verlangen. Zo'n jeugd had hij zelf willen hebben in St.Louis, waar zijn vader een kleine bouwond­ernemer was.

 Ik zag mijn held in het Concertgebouw, dat hij, zoals na elk optreden, verliet met aan elke arm een blonde stoot.

 De film die Keith Richards als eerbetoon van hun gezamenlijk optreden in St. Louis maakte is onvergetelijk omdat Chuck niks anders deed dan Keith zijn plaats wijzen. Jennen, door opeens naar een andere toonaard te gaan en zo meer. Immers hij was de baas en Keith wel tien keer zo rijk en beroemd, maar toch niet meer dan z'n bewonderaar. Daarom nu Sweet little sixteen:

 They're really rockin' in Boston/ In Pittsburgh, PA

Deep in the heart of Texas/ And 'round the 'Frisco Bay

All over St. Louis/ And down in New Orleans

All the cats wanna dance with/ Sweet Little Sixteen

 

Sweet Little Sixteen/ She's just got to have

About a half a million/ Famed autographs

Her wallet filled with pictures/ She gets them one by one

Becomes so excited/ Watch her, look at her run

 

"Oh Mommy, Mommy/ Please may I go

It's such a sight to see/ Somebody steal the show

Oh Daddy, Daddy/ I beg of you

Whisper to Mommy/ It's alright with you"

 

Cause they'll be rockin' on Bandstand/ In Philadelphia, PA

Deep in the heart of Texas/ And round the 'Frisco Bay

All over St.Louis/ Way down in New Orleans

All the cats wanna dance with/ Sweet Little Sixteen

 

Sweet Little Sixteen/ She's got the grown‑up blues

Tight dresses and lipstick/ She's sportin' high heel shoes

Oh, but tomorrow morning/ She'll have to change her trend

And be sweet sixteen/ And back in class again 

 ps. In de oorspronkelijke tekst was zijn alter ego Johnny B.Goode een 'colored boy', de platenfirma maakte er 'country boy' van.

Tags: 

Poëzie in blues in auto

 In de auto, waar anders, kwam vanmorgen eerst Chuck Berry's Too much monkey business in m'n hoofd. Daarna nam Bo Did­dley het over met You can't judge a book by looking at the cover. Zo'n liedje kan bij mij dagen duren. Vandaar nu.

 Bo Diddley is slang voor 'ellendige nietsnut'. Ellas McDaniel (1928-2008) adop­teerde het als artiesten­naam. Erger nog, zijn eerste hit (1955) ging over een dwaas genaamd Bo Diddley. Op zijn heel eigen Bo Diddley-ritme. Meer eigenheid lijkt moeilijk denkbaar. Het liedje over het boek en het omslag (1962) - tekst van Willie Dixon - gaat ook niet over boeken, maar over Bo Diddley, de man met de vierkante gitaar:

 You can't judge an apple by looking at a tree

You can't judge honey by looking at the bee

You can't judge a daughter by looking at the mother

You can't judge a book by looking at the cover

 

Oh, can't you see, oh, you misjudge me

I look like a farmer, but I'm a lover

Can't judge a book by looking at the cover

 

Oh, come on in closer baby

Hear what else I gotta say

You got your radio turned down too low

Turn it up

 

You can't judge sugar by looking at the cane

You can't judge a woman by looking at her man

You can't judge a sister by looking at her brother

You can't judge a book by looking at the cover

 

Oh, can't you see, oh, you misjudge me

Well, I look like a farmer, but I'm a lover

Can't judge a book by looking at the cover

 

C'mon

Oh, how am I doing baby? Yeah

You can't judge a fish by lookin' in the pond

Tags: 

Mark Bradfords Sexy Cash

 De schilder Mark Bradford (Los Angeles 1961) gaat altijd uit van details, waaruit iets groters, van alles kan voortkomen. Een reclame, flarden van een gesprek zijn genoeg: 'Het is altijd een glimp. En ik begin te fantaseren. Wil ook niet echt weten waar iets naar verwijst.’ 

 Als zijn moeder hem als kind zag staren en vroeg waar hij aan dacht zei hij 'alles en niets'. Zijn gedachten gingen de wereld rond. Zij noemde hem dan Marco Polo.

 Bij mijzelf thuis ging het net andersom. Ik zat ook vaak in gedachten te staren. Zo absent dat mijn mond er van ging openhangen, wat mijn vader bijzonder irriteerde. Ik moest er onmiddellijk mee ophouden, want het maakte 'een stompzin­nige indruk'.

 Mark Bradfords gedachten nemen vreemde vluchten, zijn juist geopende tentoonstelling in het Haagse GEM komt voort uit een enkel affiche van een bedrijf op een telefoonpaal in South Central. Een reclame voor snelle huizenverkoop om een tweedehands auto te kunnen betalen.

 Tekst: 'Sexy cash. We buy ugly or old houses fast'. De begeerte. Maar ja, denken wij, dan heb je een auto, maar geen huis meer. Zover denkt de begerige niet. Die wil rijden, nu. Zo ontstond Bradfords Sexy Cash Wall (2015).

 Een tekst waar je naar blijft kijken. Ik speciaal met Chuck Berry's klassieke liedje 'No Money Down' in gedachten. Ook Chuck wil immers koste wat kost een auto kopen. En weet precies wat voor een.

 Als Mark Bradford een nieuw onderwerp zoekt gaat hij, vertelde hij, naar de kapsalon van zijn moeder waar altijd zeker drie mensen door elkaar praten. 

Tags: