Seurat in Marienbad

 Eens aan de verkeerde kant begonnen - die van de gekleurde punt­jes - belandde ik nu bij het conté potlood en het grove Michallet- papier waarmee Seurat als tekenaar begon.

 Wat vettig, zeer zwart. Renie Spoelstra kwam vast al kijken. En opeens is daar een vraag: waar blijft de contour? 

 Ja, er zijn scheidingen tussen zeer licht en heel donker, maar wat het meest opvalt is wat daar tussenin ligt. En wat gebeurt er als je die scheiding opheft? Als voorgrond en achtergrond bij elkaar komen. Heel ingrijpend. Tussen licht en donker ligt de schemer. Die er overal en altijd is, binnenshuis zo goed als buiten. Figuren worden schimmen. Silhouetten vervloeien.

 Seurat maakt spanning met minimale aanduidingen. Door afstand op te heffen. Schemer vervaagt, waardoor juist een paard en wagen of een dame op avondwandeling die er uit te voorschijn komen verwachtingen oproepen. Je hoort het geluid van voetstappen en paardenhoeven naderen. Je raadt wat je ziet.  

 En wanneer je dan tenslotte de schilderijen ziet die eruit voortkwamen weet je: dit is schemering bij klaarlichte dag. Slaapwandelaars zie je, op het eiland van Grande Jatte, in gedempt licht. Ver van 'de zondagse verveling van de bourgeois' die critici er destijds in zagen. Dichter in de buurt van Resnais’ l’Année dernière à Marienbad.  

I.M. Alain Resnais

 Resnais (1922-2014) stierf gisteren, de man die tijd tot stilstand bracht. Met twee films die me heugen: Hiroshima mon amour (1959) en L'Année dernière á Marienbad (1961).

 Bij Nevers vond ik eens de boerderij terug waar Em­manuelle Riva in de schemering heen fietst. Naar haar Duitse sol­datenvriendje, even buiten de stad waar de spoorlijn de Loire overst­eekt. De geschiedenis herhaalt zich in Hiroshima met een voormalige Japanse militair. 

 Ook in Marienbad gaat het over tijd. Hij (de naamloze man) dacht toch dat ze afspraken mekaar over een jaar weer hier te ontmoeten. Zij (de even naamloze vrouw) is het vergeten. Men doolt. De tijd staat stil.  

 Jong zijn ze eigenlijk nog, deze rijke mensen, maar vroegoud. De meisjes met opgebolde, gehaar­lakte kapsels. De jongens onberispelijk gekos­tumeerd. Nooit meer zijn haren door kappers zo netjes op hun plaats gelegd. Een geruisloze vor­melijkheid waarachter je tomeloze angst vermoedt. Er is niets gebeurd, er zal nooit iets gebeuren.

 Of heel misschien toch. Over dat misschien kan je dan heel lang en ingewikkeld praten. Denk ik aan mijn eigen 1961 dan breekt het zweet me uit. Ik kon ‑ 17 jaar oud ‑ vooruit noch achteruit, bekneld tussen wat geweest was en wat komen moest. Deze stijve jongelui zijn veroor­deeld tot dit hiervoormaals. Terwijl in verre keldertjes al Engelse jongens op elektrische gitaren oefenen is Rock & roll hier nog onbestaanbaar. Het jaar 1961 markeert de verstarring. Keer het cijfer om en het staat er nog. Daarna moest er wel iets anders komen.

 Resnais en zijn scenarist Robbe‑Grillet waren trots op de onbegrijpelijkheid van hun film. Mooie intuïtie. 'Marienbad' is een monument. Nu pas wordt duidelijk waar­van.

Tags: 
Ingrid Thulin en Gunnel Lindblom in De Grote Stilte van Bergman (1963)
La Notte van Antonioni - Jeanne Moreau en Monica Vitti (1961)

Vervreemding

 Op één dag stierven de grote meesters Ingmar Bergman en Michelangelo Antonioni. Meteen dacht ik vreemd genoeg aan het Amsterdamse Calypsotheater waar ik zo veel van hun werk zag. Laatst fietste ik langs en zag puin, het was bijna verdwenen. Waar zou het elegante gipsen beeld gebleven zijn dat terzijde uit de muur stapte? Wat waren de kleuren ook weer? Ik herinner me nog zilver tegen blauw. Daarna werd het denk ik beige (of goud?) tegen bruin.

 Geen Antonioni- of Bergman-weken meer. Waar wel? DVD-boxen bieden eenzaamheid. Juist bij dit soort films wil je weten wie de anderen zijn die er voor komen. Het woord dat nu opkomt is 'vervreemding'. Antonioni was er de kampioen van, Bergman kwam later. Toch komen La Notte (1961) en De grote stilte (1963) samen bovendrijven. Allebei zwart-wit, allebei traag, nu ondenkbaar traag. En gemaakt in de stilte voor de jaren '60 die ik bij mezelf de Marienbad-tijd noem naar de 'l Année dernière á Marienbad (1961), de film waarin Resnais de tijd vrijwel tot stilstand bracht. Allebei ook ten diepste onbegrijpelijk. Voor makers, acteurs en publiek. Omdat het leven onbegrijpelijk was. En waarom zou je je dan nog bewegen?

 Vervreemding. Zou nog iemand weten wat het woord wil zeggen? Bij Karl Marx is het een groot kwaad door het kapitalisme over de arbeiders gebracht. Zij zijn vervreemd van wat ze maken. Maar ook onder mensen onderling heerste vervreemding. Wat zich uitte in doelloos ronddwalen of langdurig aan het raam staan terwijl regendruppels langs het glas gleden. Maar hiermee doe ik Bergman en Antonioni onrecht. Ik moet hun films weer zien, ik organiseer mijn eigen Bergman- en Antonioniweken wel. En dan meer. Over de traagheid, de vrouwen bij Bergman en de landschappen van de geest bij Antonioni..

Tags: