De albumbladen van Jan Kuijper

 Het weldadige van goede gedichten is dat er te raden overblijft. Raden, een heerlijke bezigheid. Voor de bundel 'Aanmatigingen', sonnetten van Jan Kuijper, geldt dat eens te meer. Het zijn 'albumbladen' voor zesentwintig dichters. Alsof die hun poëziealbum bij Jan hebben ingeleverd. Bij elkaar vormen ze een 'onontkoombaar verhaal van afscheid en ontluistering' zegt de achterkant. En de eerste regels komen uit het werk van de dichters. In het album van Miek Zwamborn schreef hij: 

 'En nu met triomf van schieten (zwarte zonnen)/ bannen wij de dufheid en verveling uit./ Eerst de aardfonteinen, later het geluid-/ je ziet, er is iets ongehoords begonnen,/ iets als de rol van honderdduizend tonnen/ die van de brug af komen, niemand die ze stuit,/ in de oren eerst de donder, dan de fluit/ die aangeeft; het gehoor is overwonnen.

 Ben ik dan dood? Dat is niet te geloven -/ dan zou ik niet beseffen wat ik mis./ Denk jij van mij dat ik de klap te boven/ kan komen, dat het ergste wat er is/ iets moois kan baren - dat een blinde en dove/ triomfen viert in stilte en duisternis?