Dora Diamant was de enige met wie hij ooit - in Berlijn - samenwoonde. In haar armen stierf hij aan tbc. Hun verhaal is door Michael Kumpfmüller geschreven in 'De heerlijkheid van het leven'. Ze ontmoetten elkaar in Müritz aan de Oostzee in 1923 waar zij in een Joods vakantiehuis werkt.
Kafka had vele vriendinnen, vooral nadat bij hem tbc was geconstateerd mocht hij zijn ernstige trouwplannen opgeven. Aan het strand kijkt hij naar de meisjes en Dora naar hem: '..hoe hij zwom, hoe hij zich bewoog, hoe hij zat te lezen in zijn strandstoel. Aanvankelijk had ze hem vanwege zijn donkere huid voor een halfbloed indiaan gehouden.' Kafka was een getraind zwemmer, in Praag zelfs korte tijd badmeester.
Dan wordt ze door haar vriendin aan hem voorgesteld. Meteen spreken ze af voor de volgende dag, na het ontbijt op het strand. 'Voor de wandeling heeft Dora haar donkergroene strandjurk aangetrokken.' Gearmd, blootsvoets lopen ze door het zand. Het gaat nu vlug. Ze wonen samen in Berlijn tot het niet meer gaat. Ze volgt hem naar het sanatorium in Oostenrijk. Hij vraagt haar nog ten huwelijk, maar te laat.
Als haar kleren nakomen verkleedt ze zich meteen: 'de gekleurde jurk voor Franz, zelfs als hij het niet meer zou zien, maar hij ziet het meteen, weet ook wanneer ze de jurk heeft gedragen, tijdens de eerste dagen in Berlijn, hij zegt Botanischer Garten. Ze houdt van de geplisseerde kraag, de bloemen, die misschien een beetje te meisjesachtig zijn, maar daar houdt hij juist van. Ze moet een paar keer voor zijn bed op en neer lopen, ze moet langzaam rondjes draaien of ze danst.'
Kort daarna sterft hij. Ze wast hem.