De Gouden Regel van vandaag is van Belcampo (stem!): 'De alfabetische rangschikking heeft iets wonderbaarlijks. Onder de schijn van een volmaakte orde verbergt zij het minst samenhangende, het meest chaotische.'Je kunt ook zeggen, het alfabet heeft de charme van de willekeur. En de overtuigingskracht ervan. Het alfabet zegt: 'bewijs mij maar eens dat jouw manier om de wereld te ordenen beter is'. F. Bordewijk heeft deze willekeur het mooist gedemonstreerd. Als Jacob Katadreuffe in 'Karakter' mag solliciteren, zegt hij dat hij maar beschikt over 'het weten tot T.' omdat zijn Lexicon niet volledig is en bovendien verouderd: 'Voorbij de letter T. weet ik niet veel, het gaat niet verder, het is niet compleet.
'Mijn vader haatte alfabetische Encyclopedieën. Hij wist alles beter, zeker de alfabetische ordening. Daarom bezat hij niet de Winkler-Prins of de Oosthoek, zoals al zijn collega-leraren. In zijn kast stonden de zwarte delen van de E.N.S.I.E., de Eerste Nederlandse Systematisch Ingerichte Encyclopedie, eerste editie in tien delen uit 1952. Deze 'Encyclopie' (Reve) ordent de kennis per onderwerp en plaatst wetenswaardigheden in hun context. Maar de ENSIE-betweters vergaten twee dingen: snel iets opzoeken bleek onmogelijk, je moest door registers ploegen, en hun kennisordening bleek, meer nog dan die van alfabetici, tijdgebonden. In een oude Winkler Prins kun je nog steeds doen wat Encyclopedieën zo aantrekkelijk maakt: bladeren. In een ENSIE veel minder. De bladerwaarde van de ENSIE is gering.
Dat bladeren, vermoed ik, klopt met de hersenactiviteit van de dommelende, wegdromende mens: van de hak op de tak. Wie dus het auteursalfabet van de boekensite opslaat weet waar hij of zij begint, maar heeft geen idee waar hij of zij uitkomt.