Plien 5 (1995), gemengde techniek op doek, 220 bij 200 cm 
Götz aan het werk.. 
PLON i (2001), keramiekrelief van 110 bij 270 cm

Karl Otto Götz

 In het Arp-museum, boven op de berg van Rolandseck zag ik de abstracties van Götz. Zijn overzichts-tentoonstelling heet 'In erwartung blitzschneller Wunder'.Waarmee over z'n werkwijze veel gezegd is.

 Ik kan niet zeggen dat ik daar onbevangen binnenkwam.  Jezus nee. Eigenwijs had ik de trap - 230 treden - genomen inplaats van de lift, en verder heb ik grote weerstand tegen zulke geloofsartikelen als 'spontaniteit' en het 'laten spreken van het materiaal'.
Maar ik ging voor de bijl.
Als de visuele werkelijkheid je niet ingeeft wat te schilderen of te beeldhouwen, dan kan het immers ook zijn dat de - minstens zo werkelijke - materie dat doet.
Overtuigend is de film die hem aan het werk toont. 
Hoe werkt Götz?
Behalve met alle mogelijke verf- en boetseerstoffen werkt de nu 96-jarige - eens bevriend met abstractie-pionier Hans Arp - met zijn eigen lichaam.
Hij gooit zich erin, heel letterlijk, met zijn lijf als boetseermes of vorm. Een naakte oude heer met een bril wentelt zich vastberaden door de modder, het gips, wat het ook is. 

 Ik schoot in een lach - waarom? opluchting? herkenning? - die de omstaande Duitsers opeens gretig overnamen. Ontdekte daarna pas hoe trefzeker de bewegingen van Götz waren. Een oude Sumo-worstelaar.
Bezig met het vinden van vormen, zoals Schoonhoven en Ben Akkerman het deden, zoals Toon Verhoef het nog steeds doet.