.

Het roze naakt

 Van het Hotel de la Poste in Vienne zal ik me herinneren dat ik er de roman Der fernste Ort van Daniel Kehlmann las. Een boek over de dood. Hij blijkt ook dat te kunnen. Alleen zijn debuutroman Beerholms Vorstellung, die vermoedelijk van doen heeft met z’n vader, de toneelregisseur, mis ik nog.

 Roem en het Meten van de Wereld zijn totnutoe vertaald, de andere romans en verhalenbundels nog niet. Bestaat er een fanclub? Een pressiegroep? Nu ja, ik lees ze in het Duits. Mijn vader kijkt mee over m'n schouder, hij was leraar Duits. Kehlmann, die ik vorig jaar heel even sprak in Felix Meritis, is van een andere orde dan wat ik hier ken. 

 Verder neem ik beelden mee van het Pompidou-Metz, waaronder de foto’s van de dertien versies van het zittend roze naakt uit 1935 die Henri Matisse maakte voor hij ze vernietigde. Daarnaast hangt dan het enige roze naakt dat een jaar later overbleef van de sessies. Een naakt zonder gezicht. Terwijl de gezichten van de eerdere versies laten zien dat het om een vrouw met een intelligente blik ging, die poseren niet licht viel.
Verbeeld ik me.
Zodra ik thuis ben moet ik wat bekend is van de relatie tussen schilder en model opzoeken.
Een mooie traditie, dat uitpoetsen. In Metz zijn ook een paar van de fameuze Picasso-filmpjes te zien waarop alle stadia van een werk zijn vastgelegd, inclusief het almaar uitpoetsen.
Een goed idee, al was het maar om het idee van de gewenste onmiddellijkheid van kunst te bestrijden.