Toen de als schizofreen en autistisch gediagnosticeerde schilder Willem van Genk in 1958 met een map naar de Haagse academie stapte maakte z'n werk daar grote indruk op directeur Joop Beljon, die hem een plaats gaf op de avondschool met opdracht hem met rust te laten.
Dit tot ergernis van de psychiater J.H.Plokker, schrijver van het nog steeds invloedrijke boek 'Geschonden Beeld. Beeldende expressie bij schizofrenen' (1962). Het werd alom positief besproken.
'Kunst en geestesziekte sluiten elkaar uit,' vond Plokker. Terwijl nota bene Klee en Picasso al zeer geïnteresseerd waren in Van Genks Zwitserse voorganger Adolf Wölfli. En W.F.Hermans ook in 1962 schreef Van Genks werk 'huiveringwekkend mooi te vinden.
Van Genk las het boek en werd diep geraakt. In de nieuwe biografie 'Willem van Genk bouwt zijn universum' van Ans van Berkum zie je hoe Plokker in verschillende schilderijen voorkomt. En ja, dat 'wereldbeeld' van Van Genk was ook een antwoord op Plokker.
Maar nu. In de Volkskrant van 16 maart lees ik over 'angstkunstenaar' Kees Peerdeman. En waarachtig, daar wordt Plokker (1906-1976) weer uit de doos gehaald, door kunsthistoricus Jos ten Berge. Plokker, die meende dat er 'aan het werk van geesteszieken geen rationele overwegingen ten grondslag liggen, en dat het resultaat dus puur toevallig was'.
Ten Berge zegt hem na: 'Het is mogelijk dat psychiatrische patiënten inspiratie ontlenen aan hun toestand, maar kunst moet naar mijn idee tot stand komen door rationele stappen.'
Hoe is het in Godsnaam mogelijk dat de Volkskrant zulke kletspraat afdrukt. 't Is toch duidelijk dat bij het maken van een gedicht of een schilderij het rationele en irrationele - goddank! - voortdurend dwars door elkaar lopen.