Haar Zuidas-onderzoek bracht Isabelle in de machtige wereld van de cliché's.
Wat is mannelijk, wat vrouwelijk? Dat is nogal willekeurig maar het ligt vast, mensen orienteren zich erop. Zelf heeft ze er nu eens een hekel aan, dan weer schept ze er behagen in.
Neem de secretaresse, sexy, ontzag afdwingend of juist ondergeschoven, zoals je ze kent uit films.
Clichés inspireerden haar bij het werk met haar modellen, die rare dingen moesten doen. Protesterende lichamen uitbeelden, die uit de Zuidas-structuren braken.
Het kantoor wordt bij Wenzel een koninkrijk van de fantasie.
Ze vertelt een beeldverhaal over vrouwen, fotografie en kunst. Dat uitgaat van de ander als object, van vrouwen als menselijk meubilair. En hoe we er aan gewend zijn ze te gebruiken voor ongeveer alles tot de verkoop van toiletpapier. Werkt ze weleens met mannen?
Weinig, vrouwen zijn zich zoveel beter bewust van hoe hun lichaam te presenteren, niet zo bang om een object te worden. 'En dat is positief want we zijn allemaal objecten waarnaar gekeken wordt.'
Zolang je zelf maar aan de touwtjes trekt.