Sinds ik eens een radionacht met haar doorbracht in de controletoren van de middensluis in IJmuiden weet ik hoezeer Miek Zwamborn verbonden is met de zee. In haar boek 'Oploper' voer ze al van de Afrikaanse kust naar New Orleans, in 'Wieren' duikt ze onder de oppervlakte.
In Schotland ontdekt ze het diapositieve leven onder zee. Onbekende bloemen, planten, gewassen. Die hele kolonies vormen, soms onafzienbaar als de Sargassozee, drijvend, los van de bodem.
Vaak in de vorm van in de stroming sierlijk wuivende handen, en in prachtige kleuren die boven water verloren gaan. Matisse zag ze.
De drijvende wieren zijn door oude zeelieden aangezien voor zeeslangen of andere monsters. Eencelligen zijn het, die samenleven op ongedachte manieren.
Bekoorlijk en eetbaar ook, het boek eindigt met recepten voor ons vreemd seafood. Zoals Zeemeerminconfetti of Carrageencrème. Boter, suiker, bloem of geschaafde chocola met vanille komen er aan te pas.
De 'truffel der zee' was ooit het noodrantsoen voor mens en vee.
'Wieren' is een geïllustreerde onderzeese ontdekkingsreis die me deed denken aan het door W.F.Hermans als kind geziene 'De Wonderen van het Heelal'. Over alles waarvan je tevoren niet wist dat je er hevig in geïnteresseerd was.