De snijbloem verdeelt de geesten. Franz Kafka wilde ze in zijn laatste dagen niet op zijn kamer hebben. Omdat ze stervende waren. Behalve vrolijke, gezonde mensen zijn er die de schoonheid van het verwelken zien. Er zelfs over schrijven, zoals Tom van Deel in zijn tweeluik Tulpen.
Zelf geef ik de voorkeur aan ineenzakkende anemonen, met hun bochtige stelen en gevallen blaadjes op tafel. Menige schilder heeft zich eraan gewaagd. En het was Wim Schippers die het lied 'Oud, oud bloemenwater' schreef. Het wachten is op het huiselijke oordeel: 'zullen we ze nu maar wegdoen, dit kan toch echt niet meer'. Tom van Deel zegt het zo, in zijn Tulpen I en II, te vinden in zijn nieuwe bundel 'Hersttijloos'. Tulpen I:
Van tulpen is de sterflust onbedaarlijk
Ze zijn een opera van agonie, hun stelen
verlengen zich hun kelen breken open,
verwelkend de bloem van hun jeugd -
in stijl vergooien zij hun pracht
alsof een bruidsstoet langs komt gaan.
En Tulpen II:
Je kunt de sterflust rekken
hun schoonheid nog verhogen
door weinig water toe te staan.
Zo gaan ze langer drogend
en in verkleurend buigen
hun onvermijdbaar einde aan.