'Doen alsof je doet alsof' heet een stuk in de nieuwe bundel van Tijs Goldschmidt 'Vis in bad'. Over spel bij dieren en mensen. En de vraag blijft waarom?
Sociaal spel vind je bij zoogdieren en vogels met wat Tijs noemt 'uitgebreide ouderzorg'. Als de kinderen nog thuis wonen, beschermd en gevoed worden is dat ideaal om iets te leren of te oefenen.
Gisteren werd het leuk bij Pauw en Witteman toen acteur en kamerlid Boris van der Ham, die een boek schreef over het politieke bedrijf, inging op spel en ernst in de politiek. Wat hij zei was 'spel is ernst'. Ik had daar Tijs Goldschmidt over willen horen.
Volwassen mensen blijven spelen, op podia, in de media, waar niet? En bij spel, legt Goldschmidt uit hoort ook onherroepelijk verveling. Hij observeert twee spelende honden. Eerst zit de een de ander achterna, dan de ander de een. Pak me dan als je kan. En dan opeens vervelen ze zich en gaan liggen. En van verveling komt weer spel. Octopussen spelen graag met Lego-blokken.
Spel. Maar waarom? Evolutionair gezien? Gissingen zijn er, meer niet. Darwin vermoedde in 1871 al dat musiceren en verhalen kunnen vertellen nuttig waren bij het vinden van partners. Later voegde Geoffrey Miller in 'The mating mind' daar nog humor bij. En Tijs schetst mannelijke popidolen die optreden voor flauwvallend vrouwelijk publiek.
'Mensen zijn apen die als volwassene een aantal jeugdkenmerken behouden. Ze spelen meer dan andere volwassen mensapen, totdat ze er, vaak op hoge leeftijd, dood bij neervallen.'