Oog en schilder

 Staar is een groot onderwerp in de schilderkunst. Veel oudere schilders zien hun palet anders. Gisteren werd mijn linkeroog ervoor behandeld. Toen vanmorgen het verband eraf kon zag ik twee werelden.

 Links baadde het landschap van achtertuinen in helderwit alpineus licht. Rechts zag ik het zelfde landschap geel.

 Ik probeerde de gevolgen te verzinnen. Hoe verging het schilders in tijden dat deze simpele ingreep nog niet bestond? Wisten ze dat ze iets mankeerde? Of bleven ze schilderen wat ze voor de werkelijke kleuren aanzagen? Is wat wij 'patina' noemen het gevolg van staar? Zagen jongeren in vroeger tijden die vertekenening? Wezen ze erop? Ik kwam er niet uit.

 Staar, ook wel cataract genoemd is een gangbare ouderdomskwaal. Ongeveer 70% krijgt het vroeg of laat. Wazig zicht, verkleuring.

 Claude Monet (1840‑1926) had het. Zijn kleuren werden donkerder, bruiner, hij werkte met minder details. Was aan een oog blind, het andere werkte nauwelijks. Kleuren zag hij te blauw en te groen. Na een operatie kreeg hij een bril en overschilderde toen hele doeken, zoals zijn waterlelies.

 Zagen de oude meesters op het laatst van hun leven geen details, nauwelijks kleur meer? En werd het dan maar zwart of bruin? Alsof de avond viel, bij Rembrandt en Frans Hals?

 Ook dacht ik aan de tekenaar James Thurber, die al min negen had toen hij voorgoed zijn bril afzette, de wereld afzette.

 Terzijde: zo'n staarbehandeling is een adembenemend spektakel, een lichtshow vol sterrenhemels en kristallen caleidoscoopjes. 

Tags: