Félix Vallotton (1865-1925) is voor mij vooral de schilder van het tussenbeide, het net niet. Kamers en suite, vestibules, anti-chambres. Er gebeurt iets, even verderop in dat zelfde huis. Je weet ook eigenlijk wel wat, maar durft - als buitengesloten kind - niet te gaan kijken.
Een hoed en een wandelstok op een stoel. Een deur op een kier. Het zicht op een fragment van een bedrand. En steeds de omineuze schaduwkleur rood, tegen het paars aan. Er is meer en anders van hem, maar het raadsel ligt hier. En wordt versterkt door de patronen in behang, tapijten en goed-burgerlijk meubilair.
Vallotton schreef ook. Onder meer de roman 'La vie meurtrière', vertaald als Het moordende leven. En van hem is de regel 'Wat heeft de man toch voor ergs gedaan dat hij die angstaanjagende gezellin moet ondergaan die de vrouw is. Het lijkt erop dat het tussen de seksen alleen kan gaan om winnen of overwonnen worden.'
De grote Vallotton-tentoonstelling die nu nog in Parijs is komt in februari naar het Van Gogh. Eindelijk de kans om wat ik op plaatjes ken in het echt te zien.