Cor Jaring

 De fotograaf met de snor (1936-2013) die er altijd bij was. Zat ik op het bed van John Lennon en Yoko Ono dan stond hij er ook. Wil je weten hoe de jaren '60 oogden in Amsterdam dan kom je vroeg of laat bij Cor Jaring. 

 Op 13 maart opent zijn tentoonstelling in Huis Marseille. Vanmiddag sprak ik daarvoor een 'audiotour' in. En ja, Cor Jaring was er van doordrongen dat 'het' toen gebeurde. Het gaatje dat student Bart Huges in zijn schedel boorde om permanent high te kunnen zijn, de happenings van Grootveld, de rookbommen bij het Huwelijk. Onuitroeibaar, een plaag onderhand, maar desondanks.

 Zoals Johnny van Doorn zei: 'We mogen blij zijn dat we de jaren '60 te boven zijn gekomen'.

 Mijn voorstel om op 1 januari 2000 een vreugdevuur te stoken van alle gitaren werd dan ook niet opgemerkt. Jaring had gelijk, of het nu de popmuziek was of de mode, het gebeurde toen, en het is nooit meer opgehouden. Paradiso draait unverfroren door, net als de Melkweg. Hotpants wandelen over de pleinen en wiet is overal te koop.

 Het opmerkelijkst van die tijd vond ik dat voor een paar jaar high en low cultu­re werkelijk door elkaar liepen. Frank Zappa trad op met het Rotterdams Filharmonisch orkest. Provo was geestig en had nog gelijk ook. 

 Dat zie je terug in het werk van Jaring. Henk Hofland hield hem in ere. Fotografen leggen vast. Jaring meende dat de tijd over een foto heen moest gaan. Foto en tijd zijn elkaars bondgenoten.

Tags: