En nu ik Umberto Eco's 'Kronieken van een vloeibare samenleving' heb gelezen denk ik, wat we missen is een 'Partij voor de Achteruitgang'. Of zoals mijn vriend Willem Brakman zei 'Als je niet weet hoe je verder moet, moet je terug.'
Eco begint een stuk met 'volle kracht achteruit'. En ik zie grote denkers als Buma het Wilhelmus op scholen verplicht stellen.
Eco komt na het mislukken van de overhead projector terug bij het schoolbord, dat hij zelf als professsor gebruikt.
De meeste voorwerpen en organisatievormen om ons heen zijn in de 19de eeuw uitgevonden. Er zijn zegt hij, veel uitvindingen gedaan die door vernieuwing niet verbeterd kunnen worden, alleen nog verslechterd, zoals het kopje, de lepel of de hamer. Zo zijn er de laatste tijd kop-en-schotels waarbij de kop niet in het midden van de schotel geplaats moet worden. Dat wordt morsen.
Het beste voorbeeld blijft het ten gehore brengen van elektrisch versterkte muziek in grote ruimten. Honderd jaar sinds de uitvinding lukt het nog steeds niet de Rolling Stones in een stadion zo te versterken dat het publiek een beetje kan volgen wie nu eigenlijk wat speelt. Terug dus. Naar de kleine zaaltjes waarvoor die instrumenten en stemmen bedoeld waren.