de moeder van Jean Pierre schrijft
de twee hotels in 2006, gezien vanuit het Hotel des Colonies
Rogierplaats met Noordstation. Rechts de twee hotels die nog bestaan. Rest van de bebouwing is verdwenen.

Noordstation

Henk van Renssen, van wie net 'De revolutieverzamelaar' verscheen (zie dit log van 18 okt., beluister het gesprek met hem) houdt ook een weblog bij, oa. gespecialiseerd in de ansichten en oude foto's die hij op markten koopt. Vaak geven die hem aanleiding tot speurwerk. Is er geretoucheerd aan een taille? Heeft een lantaarnpaal zich verplaatst?

Ik liet op 4 nov. het Brusselse Hotel des Colonies zien, waar de reizigers uit de Congo logeerden die op het oude Noordstation waren aangekomen. Een kopstation aan de Place Rogier. Afgebroken toen het spoor onder de berg van Brussel werd doorgegraven naar Brussel-Zuid. Brussel verdwijnstad.In de geest van Henk vond ik een ansicht van de Place Rogier met dit station. Verstuurd in 1940, maar de kaart is ouder. De tekst aan de achterkant is geschreven door de moeder van Jean-Pierre, want schrijven kon hij nog niet. Wel heeft hij de kaart zelf ondertekend.'Jean-Pierre va très buien, ik reste assis sur son lit, ik mange bien. Bons gros baisers de ...'. Als Jean-Pierre nog leeft is hij rond de zeventig. Een kwieke heer in een jagersjas die je in de Cirio - naast de Beurs - zou kunnen tegenkomen.Nog een foto. De Rogierplaats nu. Wat over is zijn de twee hotels rechts. Met verbouwde gevels. De linker heette tot voor kort nog steeds Albert, nu is het een Hilton, de rechter heet nu Crowne Plaza.PS. De ondergrondse spoorlijn dwars door Brussel werd begonnen in 1911, de bouw lag heel lang stil, hij werd pas geopend in 1952.Jarenlang was het centrum van Brussel opgebroken, oude wijken werden gesloopt. In het prachtige ‘Vergeten straat’ (1946) van Louis Paul Boon raakt door de spoorweg een Brusselse straat aan twee kanten afgesloten van de buitenwereld en wordt ook administratief vergeten. Er onstaat daar een vreemde kleine republiek. Het boek werd in 1999 mooi verfilm door Luc Pien. Kortgeleden herhaald op Canvas.

De revolutieverzamelaar
Beluister fragment
cabarettoon
George Nypels

De Revolutieverzamelaar

Henk van Renssen schreef een zeldzaam spannend boek over de zeldzame verslaggever George Nypels (1885-1977). Nypels was na de Eerste Wereldoorlog reiscorrespondent voor het Algemeen Handelsblad.'De revolutieverzamelaar' heet het. En Nypels ziet ze in de ogen, de revolutionairen: de communisten Bela Kun in Hongarije en Karl Liebknecht in Berlijn, de journalist Mussolini in Milaan, Kamal Atarürk in Ankara, op een haartje na zelfs Lenin in Moskou. Twee blijke er minder irritant en vergaderziek dan de rest: de dichter d'Annunzio, die een ludiek vrijstaatje oprichtte in Fiume (Rijeka) en hou je vast, Adolf Hitler in München. Een beginnend spreker in de bierkelders. Nypels gaat hem volgen. Iemand die zo goed is op het podium is een werkelijk gevaar. George Nypels verhuisde speciaal naar München om Hitler te volgen voor de krant.

Het boek verschijnt op 16 november bij Podium. Alvast twee citaten. Nypels ziet Hitler.uit: 'De Beierse Mussolini' - Algemeen Handelsblad, maart 1923'Een oorverdovend "Heil!"-geroep, gewuif en gejuich als te midden van zijn lijfgarde van Hakenkreuzler met hun mooie nieuwe vaandel Hitler verschijnt.Wie vergeleek deze eenvoudige, gemoedelijke glimlachende Oostenrijker toch het eerst met de Napoleon-imitator Mussolini? Een eenvoudig colbertje, slappe boord. Tenger en slank. De goejige gewoonheid en eenvoudigheid zelf. Een spits, smal gezicht, waarin een paar guitige kleine oogjes en een geestige spitse neus boven een heel klein half-tandenborstelsnorretje. De voorzitter, een jonge, blonde Germaan met Ijzeren Kruis eerste klas op het hart, en het mooie blauwe kruis van de nog zeldzamere Pour Le Mérité uit de kraag - een beroemd oorlogsvlieger - spreekt een openingswoord.Gelukkig kort, want het moet voor die zaal vol Beieren wat onaangenaam Noord-Duits klinken. En dan begint het burgermannetje tussen al die militaire jongelingen, en in wie men zolang hij ietwat verlegen die ovaties in ontvangst nam, gemakkelijk de behanger zag, te spreken met een vaste, rustige stem, ietwat hees en in het Duits, zoals de Beier dit graag hoort, zo nu en dan zelfs het echte Beierse dialect met groot talent imiterend.' (...)'Hij verdedigt bijv. de stelling, dat een volk slechts overwonnen wordt, als de wil tot overwinnen gebroken is. Ook thans mist DuitsJand volgens hem alleen die wil. Het gepraat over ontwapening is maar nonsens en hij eindigt zo'n periode met een hartstochtelijk; "Wenn das Volk nur den Willen hätte, Waffen wären gleich da". Minutenlang gejubel en gewuif met zakdoeken, tot zijn welsprekende handen - geen Turk of Arabier heeft zulke "welsprekende" handen als Hitler - weer stilte vragen.Hitler is zeldzaam massapsycholoog. Hij dondert en kettert niet tegen de joden, maar vertelt grapjes, jodengeschiedenissen met even een joods accent en joodse gebaartjes. Hij tracht niet met zware argumenten maar met het ridicule te doden. In dat genre is hij meesterlijk. Dan slaat de grote patriottische redenaar even de cabarettoon aan, doet hij soms aan Pallenberg denken; de clownesque komiek, die heel even de tragiek doet doorschemeren.Hitler zou als komiek zeker een grote carrière gemaakt hebben, (...).Drie uur lang heeft de zaal geglimlacht, gegierd, zich geërgerd, gejubeld en vervloekt.'

Tags: 
De revolutieverzamelaar
Beluister fragment