In de catalogus bij de 'Ways of being' van Aukje Koks, nu in het Haagse GEM, staat ook een gesprek, waarin ze weerkerende voorwerpen voorstelt, zoals broekzakken, manchetten, kragen van een overhemd, kledinghaakjes. Het skelet van een man, lijkt het vaak.
Ze zegt: 'Ik heb op een zekere dag poëzie of herkenning in deze motieven of objecten gevonden en ik was niet meer in staat om die herkenning of associatie te laten gaan.'
(...)
'Wat ik interessant vind aan die kledinghaakjes is het idee om ergens voor een korte tijd aanwezig te zijn, als een kortstondig bezoek. Op dezelfde manier ben ik gefascineerd door de poëzie van een boekenplank, in dienst van de dingen die hij draagt, terwijl de plank daarbij zijn eigen identiteit als het ware opzij zet.'
(...)
'De onderdelen van het overhemd waren het resultaat van een korte romance, iets tijdelijks. Ik had nog best dingen kunnen toevoegen zoals een zin uit het boek The Miscreant van Jean Cocteau: 'What uniform can I wear to hide my heavy heart'. Deze zin gaat niet perse over mij. Ik stelde me voor dat alle kantoorwerkers dit soort uniformen in hun kast hebben hangen, en ze dragen terwijl ze hun verlangens en mijmeringen er onder verbergen.'
(…)
'Vaak doe ik geen moeite om de reden van een specifieke keuze voor een motief te vinden. Ik heb dan de voorkeur om het te laten rusten in de banale diepten van het onderbewustzijn.'