Telefoon

 Waar in huis krijgt het apparaat, dat het gezin voor het eerst verbindt met de wereld, zijn plaats? Walter Benjamin beschrijft in 'Kind­erjaren in Ber­lijn - rond 1900' hoe het apparaat in de gang begint.

 Waarna het zijn 'koninklijke intocht'  maakt in de verlichte kamers van de jongere generatie: 'Voor dit geslacht werd hij de troost in tijden van eenzaamheid. De hopelozen die deze slechte wereld wilden verlaten straalde hij toe met het licht van de laatste hoop. Met de verlatenen deelde hij het bed.'

 Maar wat een lust was werd een last.

 Later hangt de telefoon 'mismaakt en uitgestoten tussen de mand voor vuile was en de gasmeter in de hoek van het achterste deel van de gang, waarvandaan zijn gerinkel de verschrikkingen van de Berlijnse woning verveelvoudigde. Als ik dan, mijn zinnen ternauwer­nood de baas, mijn doel na lang tasten door de donkere pijpenla bereikte, om het kabaal te doen ophouden en de beide hoorns, die als halters zo zwaar waren, opnam en mijn hoofd ertussen perste, was ik genadeloos overgeleverd aan de stem die sprak.'

 Nu, in de oerversie nieuw vertaald door Hans Driessen. Met erg mooie Berlijn-foto's van rond 1900.

 Ps. Ik dacht dit lezend meteen aan de zelfmoordbrug in Seoel die ik gisteren op tv zag, waar met intervallen telefoons zijn opgehangen met het nummer van de hulpdienst, een sprekend pictogram ernaast waarop een hart verbonden is met een telefoonhoorn. 

Tags: