De letters van Amsterdam

 De eerste keer dat ik in Amsterdam logeerde was in de Brederod­estraat. Driehoog, zo hoog bouwden ze huizen nergens anders. Later ontdekte ik dat Willem Frederik Hermans in de zelfde straat woonde als kind en net als ik door het Kattenlaantje werd meegevoerd naar het Vondel­park om te wandelen. Hermans maakte een tekening van zo'n huis.

 Als je op het balkon speelde en een autootje in de peilloze diepte liet vallen kwam het in de tuin van een kwaadaardige vrouw terecht en kreeg je het nooit meer terug. Ik studeerde er en logeer nog steeds in Amsterdam.

 In Amsterdam had de melkboer een baard, zaten er brievenbussen achterop de trams en er was een Gemeentegiro, allemaal ondenkbaar in Den Haag. Het eigene van de stad zat hem ook in de letters van de Amsterdamse school en de beelden van Hildo Krop. Piet Koopt Hoge Schoenen had ik snel door, maar Nieuw Zuid bleef me een raadsel. Een Haagse vriend - hij was een kleinzoon van Frederik van Eeden - pleegde zelfmoord niet lang na aankomst in de burgemeester Tellegenstraat, ik dacht om de griezelige cijfers van de huis­nummers.

 Kortom, er was iets. 

 In het Amsterdamse School-museum 't Schip is nu een tentoonstelling van boekomslagen uit de jaren 1910-1930, letters en ontwerpen. Mooi en griezelig tegelijk.

 In oude tijden werd het uiterlijk, het straatmeubilair de ornamentiek, de beelden in steden nog niet uniform bepaald door J.C.Decaux. Er bestond vaak per plaats een stadsstijl. Aan een foto zag je waar hij genomen was. Winkelketens hadden het uiterlijk van straten nog niet overgenomen.

 Amsterdam werd in 1910-1930 een Gesamtkunstwerk, van boekomslagen - nu te zien in Het Schip - tot architectuur. Je woonde als arbeider in een huis van de Amsterdamse school, met een interieur in die stijl en in je Amsterdamse boekenkast stonden Amsterdamse boeken. Daar werd je een beter mens van.

 Die uniformiteit en bedilzucht maakte het griezelig. Riep verzet op. Ook Geert Wilders is een product van de Amsterdamse School.   

Tags: