Man en stoel

 Zelden zie je een fauteuil in de beeldhouwkunst. Terwijl toch veel mannen vergroeid zijn met hun stoel. Zo dat ze er werkelijk een eenheid mee zijn gaan vormen, zoals eens mannen met hun paarden. Maar zo gangbaar als het ruiterstandbeeld werd zo uitzonderlijk is het fauteuil standbeeld.

 Terwijl er toch al meer dan honderd jaar fauteuils bestaan. Waarvan vele 'vaders stoel' werden. Waarom? 'Hij verdient het geld.'

 Vanmiddag in Diepenheim zag ik behalve gouaches en kleurhoutsneden van Wendelien Schönfeld ook nieuwe beeldjes, gesneden uit lindenhout en beschilderd. Een terugkerend model daarbij is een oudere heer die wel haar vader moet zijn, zittend in een fauteuil. Er is gelijkenis. Ze heeft eens gezegd dat de oudere generatie nog stil kan zitten, wat bij jongere modellen lastig is.

 Het beeldje uit 2012 - er is een eerdere versie uit 2011 waarin hij slaapt - brengt me naar mijn eigen vader, die ook één was met zijn stoel. Ondenkbaar dat een ander het zou wagen daarin te gaan zitten. Zittend in die stoel rookte hij Peter Stuyvesant en las de ‘Nieuwe Rotterdammer’.

 Er bestaat een eertijds beroemde New Yorker-cartoon van een rokende man - Wendeliens vader rookt niet - die met fauteuil en al in een reusachtige asbak is getekend, zodat hij zonder bezwaar van de vrouw des huizes zijn as kan aftippen.