Alexander Calder (1898-1976)

 Wat ik eerder van z'n werk zag bracht me op dwaalsporen vol niervormige tafeltjes met schuine pootjes.

 Pas nu ik hem in het Haagse Gemeentemuseum op een film uit de jaren ’60 z'n circusvoorstelling uit de jaren ‘20 zag uitvoeren, met de zelfgeknutselde acrobaten, olifanten, paarden en clowns werd me duidelijk wat er misging. In 1930 kwam hij in Parijs bij de toen al beroemde Piet Mondriaan op bezoek, aanschouwde diens interieur en bekeerde zich tot de abstractie.

 'Mag er dan niks bewegen?' vroeg hij nog, maar Piet was streng: 'Mijn schilderkunst is al heel snel.' En zo kwamen die saaie mobielen van Calder in de wereld. Nagevolgd door generaties doe-het-zelvers. Waar ik bij stond probeerde een dame ze in beweging te krijgen door ertegen te blazen. Meteen een suppoost erbij: 'Niet aankomen! Dat zijn kunstobjecten.'

 Goddank wordt de film van Calders circusvoorstelling steeds door ademloos publiek bekeken. Een van paperclips gemaakte acrobaat valt uit de trapeze. Geen nood, Calder laat - mompelend, op z’n fluitje blazend twee draadjes-ziekenbroeders aanrukken met een brancard.   

Tags: