'A.L.Snijders heeft de Constantijn Huygensprijs gewonnen' lees ik alom. Ik ben blij, ik feliciteer hem. Hij heeft zijn korte verhalen vele jaren voorgedragen in radioprogramma's die ik maakte.
Maar nu gebeurt wat ik had kunnen voorzien: ik word heel even A.L.Snijders, eens leraar Nederlands aan de politieschool in Lochem. En ik schrijf: "Tegenwoordig is het de gewoonte te zeggen dat een schrijver een literaire prijs 'heeft gewonnen'."
Alsof het om een hardloopwedstrijd ging.
Ik herinner me de tijd dat zulke prijzen werden 'toegekend'. Door een deskundige jury, niet onder leiding van een politicus. En niet in de openbaarheid gebracht door een joelende presentator die de spanning er tot het laatste moment in wil houden, want natuurlijk zijn er genomineerden. Er zijn altijd genomineerden.
Behalve bij de Constantijn Huygensprijs. Het is een ouderwetse, degelijke onderscheiding. Het wedstrijdelement ontbreekt.
De prijs valt zomaar uit de lucht. Hij wordt op zekere dag toegekend. Wegens verdiensten voor de letterkunde.