(2005)

Philip Akkerman (2)

Philip Akkerman maakte in 2007 een geschreven zelfportret ter gelegenheid van z'n naderende vijftigste verjaardag.

Dat begint met hoe hij het schreef: 'Mijn bril zet ik niet op zodat ik niet kan zien wat ik opschrijf. En dat is maar goed ook want het is een grote leugen. En dan komt hij bij zijn kernvraag "Ken uzelve zeiden de Oude Grieken. Wat valt er te kennen."  
Zo schildert hij, denk ik ook z'n zelfportretten. Niet zonder bril, maar wel zonder spiegel. Hij vertelt hoe zijn belangstelling voor het spiegelbeeld verflauwde en plaatsmaakte voor het schilderij zelf.
Hij was verf geworden, zegt hij.
In de portretten wil hij niet zozeer zichzelf schilderen, maar een mens 'waarin het bestaansraadsel zich samenbalt'. Want, ‘in een zelfportret zijn kijker en bekekene een en dezelfde persoon’.
Mooie schilderijen wil hij nog steeds maken, hij heeft zich bekwaamd in de klassieke technieken, maar zijn obsessie is het bestaansraadsel gebleven. Het 'wie of wat ben ik'. Een onzinnige, onbeantwoordbare vraag, dat weet hij. Maar zijn blik heeft zich voorgoed naar binnen gericht.
Gretig tast hij in het duister en diept zelfbeelden op. Duivels, melancholici, nurkse Veluwse boeren (hij komt oorspronkelijk uit Varsseveld), ADO-supporters, ja, Hagenezen.

Vrijdag na 22.00 in de Avonden meer
 

Tags: