‘De beslijkte Kapellekensbaan kronkelde naar het gehucht Termuren langs de eindeloos lange muur van de dekenfabriek de Labor, en langs het kreupelveld van de konijnenberg, dat de laatste verwaarloosde grond was van het kasteel der Derenancourts…’.
Met excuus voor de hoofdletters.Namen uit boeken werden namen op kaarten en vanmiddag stond ik op de Kapellekensbaan. In de winterzon.Om zo te zeggen midden in het hoofd van L.P.Boon.Daar liep de weg van Erembodegem naar Aalst, zo'n beetje langs de spoorweg naar Brussel. Boon heeft deze kaarsrechte weg laten kronkelen, wat me een goed idee lijkt, een levenspad kan niet recht zijn. Al is een kronkelende fabrieksmuur moeilijk voorstelbaar.Maar wat een schrijflokatie moet dat geweest zijn, met rijk en arm, arbeider en fabriekseigenaar binnen handbereik en twee fabrieken en een landgoed in zicht.Hier kan Ondine van Vapeur (dat is haar vader) uit de voeten. Mooi maar arm, arm maar mooi. En dan?De fabrieken liggen er nu verlaten bij, met ingegooide ruiten. De ene heette in het echt Du parc, ofwel N.V. Bonneterie Bosteels – De Smeth, die met de lange muur, nu een verlaten ruïne, kortweg Schotte.Failliet, kapot.Maar maak je over de rijken geen zorgen.In een opwelling ging ik hierheen. En nu? Vragen.Heette de weg al zo, of hebben ze hem herdoopt om Boon te eren?En, waar vind ik 'de herberg aan de 1ste vuile huizen'?