illustratie van Peter Koene uit de P&K uitgave: ''Ik neem patent op mijn inktpot als vliegenval.''
Albert Ehrenstein

Tubutsch

Nederland is een kleine uitgever rijker: Pels & Kemper in Den Bosch. En wat een inzet. Daar ligt meteen een nieuwe editie van 'Tubutsch, een Weense novelle', uit 1911 van Albert Ehrenstein (1886-1949), de joodse schrijver die in de jaren '30 ontkwam naar Zwitserland en Amerika, waar hij vergeten stierf. De vertaling van Hans W.Bakx uit 1983 is weer te krijgen. En het citaat op het omslag opent een wereld.

'Ik heb een aanloop genomen en een stratenboekje gekocht. Ik had dat eerder moeten doen. Mensen als ik, wier zwaartepunt buiten henzelf ligt, op een onbestemde plek in het universum... die voor iedere indruk gevoelig zijn als was... die moeten hun zintuiglijke apparaat onophoudelijk voeden, al was het met uithangborden, teneinde de gapende leegte te overbruggen.'Ik lees, en kan alleen maar denken 'ongelooflijk, dit ben ik'. Het gaat verder: 'Ik reis in het klein. Zwitserland is een mooi land, maar er groeien daar hotels in de bomen, en de meeste slakken reizen toch met medeneming van hun milieu... in de vorm van familie en vrienden.Het kan trouwens niemand iets schelen waar hij heengaat: wij gaan mee. We kunnen niet thuisblijven. De slak kan niet uit zijn auto. Die manier van reizen mishaagt mij. Zo er al gereisd moet worden, dan naar vroeger tijden.' En verder, en verder.