1.
2.
3.

Arie Schippers

In Zutphen zag ik vanmiddag de maskers, de gezichten van de schilder en beeldhouwer Arie Schippers. Zijn tentoonstelling heet: 'Más caras, 1000 en 1 maskers'.

Arie deed eindeloze 'vingeroefeningen' in klei. En stelde zich vragen als: wanneer raakt een vorm bezield?
Rondlopend door Museum Henriëtte Polak kwam ik in een spel met Schippers, maar ook met mezelf terecht. Dat me terugbracht naar de waakzaamheid van het kind dat ik was, en dat toevallig ook in Zutphen woonde.
Een waarnemingsmachine was ik, in permanente staat van alarm. Wat nam ik waar? Zoveel ik kon, van alles, maar toch vooral gestalten en gezichten. Want daarmee was het oppassen in de kinderwereld. Wat kwam er in m'n blikveld? Gestalten op de grens van gestalten. Gezichten op de grens van gezichten. Zo begint het, dat weet Arie Schippers. 
En in dit spel kijkt hij hoever hij met me kan gaan. Hij weet dat ik al mijn associatievermogen zal inzetten om uit een klomp klei of een grof raster nog een gezicht te maken. Zelfs een vizierachtige spleet kan een paar ogen worden. Een heel karakter kan oprijzen uit drie vegen: een stemming, een dreiging.
Overal gezichten.

Gijsbert van der Wal sprak woensdag jl.met Arie Schippers.