Are you talking to me?

Binnenkort zal in De Avonden wekelijks een kort hoorspel te horen zijn onder de titel 'Are you talking to me?'. Vijf á acht minuten dialoog. Geschreven door luisteraars. Teksten zijn welkom op avonden@vpro.nlIk dacht, kom ik probeer alvast een prinses.

(dromerige muziek)Hij: 'Je moet zien dat je wat slaapt. Je bent al zo lang op.'Zij: 'Ik kan niet slapen... Vertel maar een verhaaltje. Misschien helpt dat... Kom even hier zitten.'Hij: 'Een verhaaltje... (zucht diep, pauze). 'Nou goed. Eh... Een prinses zat opgesloten. In een toren. Die gebouwd was op last van haar stiefmoeder. Goed?'Zij: 'Mmmm.'Hij: 'Ik zeg stiefmoeder, want moeders kunnen geen kwaad doen, goed?'Zij: 'Vooruit.'Hij: 'Opgesloten dus, omdat ze iets misdreven had.'Zij: 'Wat?'Hij: 'Dat wist niemand meer. Zij zelf ook niet. Die stiefmoeder was allang dood. En haar vader leefde ook niet meer. Het was nu eenmaal zo. Zij: 'Maar hoe kreeg ze dan te eten?'Hij: 'Eenmaal per dag werd een mandje met voedsel omhoog getakeld naar haar raam.'Zij: 'En wat deed ze de hele dag daar in die toren?'Hij: 'Ze zong, ze keek naar buiten en ze weende. En dat werd in het hele land rondverteld. Dus de prinses moest gered worden, dat stond vast.'Zij: 'Ja? Waarom eigenlijk?' Hij: 'Omdat het een sprookje is.'Zij: 'Heb ik een hekel aan, sorry.' (ze gaapt)Hij: 'Maar dit is ook geen gewoon sprookje. Luister, op zekere dag trokken achtduizend mannen op om de prinses te redden. Ze hadden allemaal een ladder bij zich. Beneden aan de toren sloegen ze hun kamp op, en ze luisterden ontroerd naar het gezang van de prinses tot die zich terugtrok. De prinses moest gered worden, dat stond vast. Maar door wie? 's Avonds werden ze dronken. Want wie mocht nu eigenlijk de prinses redden? Ze kregen ruzie en er ontstond een enorme vechtpartij. De mannen slachtten elkaar af. De volgende ochtend waren er nog maar twee in leven. De één had een zere knie, de ander een bloedende hoofdwond. Wie mocht de prinses redden?Ze gooiden een muntstuk op en de winnaar - een triatlonkampioen - klom op zijn ladder naar het raam van de prinses. Zijn knieblessure deed hem nog veel pijn, maar tenslotte kwam hij oog in oog met de prinses. Ze was verblindend mooi. "Ik kom je redden," zei de triatlonkampioen. "Alles liever dan dat," zei de prinses en ze duwde de ladder om. De triatlonkampioen viel omlaag en brak z'n nek. De ander - een dichter die Hans heette - zag het gebeuren. De prinses moest gered worden, dat stond nog steeds vast. Maar hoe? Hij zette zijn ladder tegen haar raamkozijn. Maar zelf ging hij beneden in het gras liggen. Er vloeide bloed uit zijn hoofdwond. Help, riep hij...'(stilte. rustige ademhaling van een vrouw. muziek zwelt aan.)