Wandrek

 Vandaag is de laatste dag van mijn training. Naast het gymzaaltje met gewichten en roeiapparaten is een kamer met een wandrek. Zoéén als ik voor het eerst zag op de Openbare Lagere School in Eerbeek op de Veluwe.

 Het was een wonderlijke school, die aan de viersprong in het dorpscentrum lag. Er was brand geweest. Enkele lokalen waren ingestort, verkoold, en dichtgetimmerd met hard- en zachtboard. Je rook het nog.

 Het gymnastieklokaal had men met een houten wandje in tweeën gesplitst, waardoor twee leslokalen waren ontstaan om de tweede en derde klas onder te brengen.

 De wandrekken zaten er nog, de ringen hingen boven onze hoofden terwijl we dictee kregen of hoofdrekenen.

 Vooral naar die glanzend geverniste wandrekken, die dus nooit meer gebruikt wer­den, staarde ik, wegdromend, vaak.

 Ook de schoolbel was verloren gegaan in de brand, en werd sindsdien vervangen door het fluitje van de bovenmeester, die de merkwaardige naam Grizell droeg. Meester Grizell blies op zijn scheidsrech­tersfluitje als de school moest aangaan. Waarna de leerlingen zich zwijgend, twee aan twee, in een lange rij opstelden om naar binnen gemarcheerd te worden.

 In Eerbeek wist iedereen dat Meester Grizell de straten de namen had gegeven die op de nieuwe straatnaambordjes te lezen stonden.

 Er verandert veel, scheidsrechtersfluitjes en wandrekken zijn er nog.

Tags: 

Paper Art (1)

 Mijn papiergeschiedenis begint niet ver van Apeldoorn - waar het Coda Museum nu weer een Papier Biennale houdt - in Eerbeek. Ik woonde er toen er nog zes papierfabrieken stonden.

 Papier, golfkarton, doosjes voor de Prodent-tubes, etiketten voor de jampotten van Flipje Tiel. Ik zag ze geboren worden in de fabriek waarvan mijn vriendje Evert Schut de erfgenaam was. Later was hij het die de Eerbeekse papier saneerde, vertelde zijn zus me eens.

 Voor papier heb je veel water nodig, dat de beek van de hoge Veluwe aanvoerde, en dat de fabrieken uitstroomde in de kleur van de dag. De beek, vol vellen, was 's ochtends als ik er­ langs naar school liep soms groen, soms rood of paars, afhankelijk van de verfstoffen.

 Ik weet dus hoe papier gemaakt wordt, hoe het aanvoelt, van balen oud papier tot pulp en cellulose, en dan uitgedroogd in brede banen langs eindeloze rollen, tot het warm en zacht knet­terend op brede rollen werd afgevoerd.

En nu dan Paper Art. Werk van mensen die snappen hoezeer ons bestaan verweven is met het vastpakken, openslaan, dichtvouwen, bladeren. En het ruiken van bedrukt papier.

 ps. Opeens zie ik massa's dorpskinderen uitlopen naar de spoorweg, waar een goederenwagon was opengegaan, waaruit duizenden etiketten van Flipje Tiel over het talud woeien, met onderop de merkjes met 'punten' die recht gaven op Flipje-strips. 

Tags: 

Besloten tuin (1)

 Schijnbaar onbetreedbaar, verboden terrein, verscholen achter een muur. Dat is het onderwerp van een zomertentoonstelling in Uden, in het klooster dat museum voor religieuze kunst werd. Er is daar ook een kloostertuin met kruiden.

 De Hortus Conclusus heeft altijd twee kanten, hij biedt bescherming aan jonkvrouwen of houdt ze juist gevangen. De besloten hof zegt: hoofse liefde. Maar in de bijbel gaat het om de maagdelijkheid van Maria. Het is daar, in de besloten tuin, waar de opgejaagde Eenhoorn zich in haar schoot legt.

 Benieuwd naar de miniaturen in de middeleeuwse handschriften die in Uden te zien zijn. Maar ook naar wat eigentijdse kunstenaars als PJ Roggeband & Hans van Lunte­ren, Persijn Broersen & Margit Lukács en anderen met het oeridee doen.

 Van het paradijs naar het Vondelpark. Van de tuin van Bassani's Finzi-Contini naar de ommuurde moestuin van het Huis te Eerbeek waar ik mijn naam in sterrenkers zaaide op een eigen lapje grond.

Papier

 In Eerbeek op de Veluwe, waar ik van mijn zesde tot mijn negende jaar woonde waren toen nog zeven papierfabrieken.

 In Eerbeek zag ik een gloednieuwe 'papierstraat', waar uit vezelrijke pulp tenslotte volautomatisch, na talloze bewerkingen papier ontstond. 
Dit kwam vanmiddag boven toen ik Apeldoorn, in het CODA-museum - een paar bushaltes van Eerbeek - de Holland Papier Biënnale 2010 zag, waar kunstenaars laten zien wat je met papier kunt doen. In Rijswijk is de andere helft van de tentoonstelling.

 Een verrassing is Arthur Slenk, die levenslang maniakaal stukjes papier knipt en plakt. Van hem is een aparte show ingericht.
Slenk houdt van herhaling. Neem nu dit hele vel met de uitgeknipte letters Z.O.Z.
Hoeveel jaren heeft Arthur Slenk papiertjes van straat opgeraapt en bijeengegaard? Wat voor een leven leid je dan? Ik sprak hem vanmiddag. Een beminnelijk mens.  
Zijn grote boek heet 'Partituur'.
Zaterdag in de weekendbijlage van de Avonden meer.
 

Tags: 

Papier in Apeldoorn

 De eerste schrijver die ik van nabij heb gezien was de heer A. van Breda, auteur van het populaire boek voor ouders en kinderen 'Plezier met papier'. Dat kwam, zijn zoontje Michiel had me had meegenomen naar het houten huisje aan de Coldenhovenseweg waar hij woonde. Daar, achter een glazen deur zag ik de schrijver zitten. Hij droeg een vlinderdas en mocht niet gestoord worden.

 Dit speelt zich af in Eerbeek, op de Veluwe, waar ik van mijn zesde tot mijn negende jaar woonde. Geen toeval, in Eerbeek waren toen nog zeven papierfabrieken. En ik zat in de klas met nazaten van papiermagnaten als Schut, Sanders, De Zeeuw en Bos. En kwam soms over huis in de villa's waar ze woonden. Met Evert Schut mocht ik mee de fabriek in. Daar zag ik een gloednieuwe 'papierstraat', waar uit vezelrijke pulp tenslotte volautomatisch,, na talloze bewerkingen op brede rollen het papier ontstond. 'Je vingers erlangs, voel de statische elektriciteit,' zei de voorman.

 Het knetterde. Bij Schut maakten ze ook etiketten (oa. voor Flipje Tiel) en doosjes (oa. voor Prodent-tubes).Dit - en meer nog - kwam vanmiddag boven toen ik Apeldoorn - een paar bushaltes van Eerbeek - de Holland Papier Biënnale 2008 zag, waar kunstenaars laten zien wat je met papier, golfkarton en zo meer kunt doen. Veel, zo bleek. Papier gedraagt zich anders dan alle andere materialen. Onder de sponsors zijn ook twee Eerbeekse papierfabrieken .

Tags: 
Bode Museum

Museum

 Mijn eerste film zag ik op het dorp Eerbeek, in de zaal van Hotel Nijk. Wat nu precies 'de film was' begreep ik niet. Ik dacht dat die reuzenmachine met z'n geratel en flikkerende lichtjes 'de film' was. Het schimmenspel op het laken in de verte ontging me.

 Mijn eerste museum ging net zo. Hoe ik met mijn grootvader de trappen van het Haags Gemeentemuseum beklom weet ik nog precies. Ook hoe het licht van boven binnenviel, de zwarte tegels in de gangen. De stenen kikker aan de rand van de vijver herinner ik me scherp. Maar wat voor schilderijen ik gezien heb, geen idee. In Berlijn bezocht ik vorige week het Bode Museum, op het Museum Insel.

 Het museum waar de treinen vlak langs de zalen met beelden rijden. Waar zie je zoiets? Daar kwam dat zelfde pure museumgevoel opeens terug. De stem van mijn grootvader, zijn wijzende hand.

Tags: 
A.L.Snijders in zijn tuin nabij Lochem op 7 juli 2007

Grootvader

 A.L.Snijders onderhoudt geen weblog terwijl hij dat heel makkelijk zou kunnen doen. Hij noteert bijna dagelijks invallen, gebeurtenissen, overwegingen en kanttekeningen die hij per mail toestuurt aan mensen die op z'n lijstjes staan. Gisteren kwam het geloof ter sprake. Een van zijn 'achilleshielen'.

 'Een ultra-rechtse, diepgelovige, herboren, Amerikaanse christen voert oorlog met een wrede, ongelovige, Arabische moslim en wordt daarbij geholpen door een weeë, diepgelovige, sociaal-democratische, Engelse christen. Zij krijgen aarzelend en halfhartig hulp van een orthodox-christelijke Zeeuw, die op zijn beurt weer voor leugenaar wordt uitgemaakt door een ultra-linkse, diepgelovige sociaal-christen uit Scheveningen.

 'Ik schreef terug. 'Mijn grootvader was ouderling van de Ned. Herv. kerk. Ik heb nog wel eens een stuiver moeten gooien in het collectezakje waarmee hij rondging - in jacquet gekleed - in de noodkerk die kort na de oorlog diensten hield in de aula van het Haags Gemeentemuseum. Maar. Nu komt het. 'Op het eind geloofde hij helemaal niets meer.

 'Zei mijn vader - die zelf allang van zijn geloof was afgevallen - op verachtende toon. Ik bedoel te zeggen, hoeveel zich christen of wat ook noemenden geloven ook werkelijk wat zij geacht worden te geloven? Niet zo veel denk ik. Geloven ze dan niks? Ik denk dat ze voor huiselijk gebruik wat tot weinig verplichtende vroomheden hanteren. En die slijten. Zoals ons dienstmeisje Jannie in Eerbeek zei (als je bv. op de vraag waar je sjaal was antwoordde 'ik geloof op het gras laten liggen'): 'Geloven doe je in de kerk, maar hier moet je 't zeker weten. 'De wereld is als het erop aan komt vol Jannies. Islamitische, joodse en gereformeerde. De Jannies zullen ons redden.'

de kartonnen stoel van Frank Gehry
Guggenheim Bilbao

Karton (2)

 Ook omdat ik drie jeugdjaren doorbracht in het 'papierdorp' Eerbeek op de Veluwe viel ik meteen voor het kartonnen zitcomfort van Martine van Loon.

 Eerbeek, 7 papierfabrieken, het golfkarton van De Zeeuw, de doosjes voor de Prodent-tubes van Schut en een beek die elke dag een andere kleur had door de verfstoffen, waarover later meer.S.F. wijst me op de Wiggle Side Chair van Frank Gehry, de van oorsprong Canadese architect die oa. het Guggenheim Museum in Bilbao bouwde. En die in 1972 al kartonnen stoelen bedacht, toen als goedkope oplossing - nu zou de stoel, puur aan karton 750 euro kosten, karton is veel duurder geworden.

Tags: 
mevrouw Mankes schenkt thee (1915)

Jan Mankes (1)

 Een rare dag. Buiten heerst wat Reve het 'tinnen licht' noemde. In de huiskamer nadert de binnenhuizige krankzinnigheid. Gevolg van het langdurig inademen van zuurstofarme, drooggestookte lucht. Er brandt een theelichtje van lang geleden.

 Ik denk aan Jan Mankes, die dit geschilderd heeft. Zijn vrouw schenkt thee en hij weet: ik ga dood. Hij had tbc. Werk van hem is nu te zien in het Drents museum. En er wachten twee tentoonstellingen. Eentje in het Scheringa Museum in Spanbroek, eentje in het Belvédère in Oranjewoud. Dit is een Jan Mankesjaar.Ik heb een oude band met Jan Mankes (1889-1920).

 Als kind liep ik naar zondagsschool, langs het huis waar hij gewoond had. Dat was in het dorp Eerbeek. Mankes woonde vrijwel tegenover het Huis te Eerbeek (toen een zg. Volkshogeschool), waar ik een paar jeugdjaren heb doorgebracht.

Apeldoorns Kanaal

 In Friesland werd de vaarweg Lemmer-Delfzijl heropend. Mijn kanalen zijn dat niet. Mijn liefde voor kanalen komt uit Eerbeek vandaan, waar ik drie jeugdjaren woonde. Eerbeek, aan het Apeldoorns Kanaal. Het beeld moet zijn: stilstaand groen water met wat oliefilm erop. Bomenrijen aan weerszijden die spiegelingen in het water werpen als op een schilderij van Marquet. Zover je kijken kunt is tot de bocht in het kanaal.

 'Café De Brug' staat op een raam. Hier leer ik lezen. Eens in de twee kilometer is er een ophaalbrug die door een brugwachter bediend wordt. Hij komt zijn brugwachterswoning uitgelopen, pakt de sleutel waarmee het grote tandwiel in beweging wordt gezet, sluit de bomen en daar gaat de brug, riktiktik omhoog. De enige gebeurtenis op een snikhete dag. Een schip. Kleine aken waren het, vaak geladen met zand. De brugwachter kreeg een kwartje in een klomp aan een hengel.

 De dorpsjongens kwamen hier zwemmen. Evert Schut en ik hadden er een zelfgemaakt bootje, eigenlijk een kist met aan weerskanten wat planken in een punt. Op de papierfabriek van zijn grootvader was een werkplaats waar ze de naden keurig hadden dichtgekit. Evert had het bootje 'Pilente' gedoopt. Dat was Veluws voor waterhoentje, zei hij. Onder de brug zaten we in de Pilente en wachtten. En vroegen aan de zandschippers of we mee mochten. Aanhaken tot de volgende brug. Het mocht vaak. In later jaren raakte het Apeldoorns Kanaal in onbruik. Er verdwenen bruggen, er werd een halfbakken natuurgebiedje van gemaakt. Het kanaal was dood.

 Maar nu, er is een initiatief. De scheepvaart komt terug.

Tags: