Eten met Hergé

 'Als we klaar zijn neem ik jullie mee uit eten,' zei Hergé  tegen de cameraman, de geluidsman en mij. 'Heel bijzonder eten.'

 Nog een paar tussenshots van de tekenaar naast het borstbeeld van Kuifje in zijn werkkamer en een rondgang door de studio aan de voorkant, waar de mooie, parelgrijze vrouw pagina's inkleurde en dan de kleine man die niets deed dan nauwkeurig verkleinde auto's en vliegtuigen. 'Je ziet, alles moet kloppen,' zei Hergé. Om ons heen bewoog bedrijvig zijn secretaris baron Baudouin van den Brande de Reet.

 En toen langs de vitrine met Kuifje attributen - ach het vaandel van de harmonie van Molensloot - dan met de met lift naar beneden en de straat op naar links. De eerste linksaf en toen, vrijwel tegenover het achteruitzicht van de studio... Dit was het bijzondere eethuis dus. Voor mij een doodgewone Chinees, met rode, ronde lampen en slordig gefiguurzaagde Chinese motieven in zwart en goud. Zoals je er in Amsterdam toen nog tientallen had. Maar ik moest doen of het voor mij ook heel bijzonder was.

 Hergé kwam hier vaker omdat het hem deed denken aan zijn Chinese vriend Tsjang die ik vast nog wist uit De Blauwe Lotus. Het totaal onbijzondere interieur kreeg ook alle aandacht.

 'Het spoorwegincident van Moekden' wist ik nog van de colleges van Leonard C.Biegel, het begin van de Japans-Chinese oorlog. Tsjang komt meermalen terug in de Kuifje-boeken. 'Ik moet hem schrijven,' zei Hergé nog.   

 ps. De film die we maakten staat nog steeds op internet.

Tags: 

Avenue Louise

 Het café op de hoek in de halve cirkel tegenover de barokke Begijnhof­kerk is verdwenen. Het moet wel dat hier strip­tekenaars kwamen, gezien de tekeningen onder de glazen platen op de tafeltjes en aan de wand. Maar welke? Magritte kwam wel in het schaakcafé de Greenwich.

 Niet Hergé. Te ver weg van zijn studio aan de luxe Avenue Louise. Hij vertelde luchtigjes hoe 'de koningin' de  jongens (Boudewijn en Albert) hier stalde als ze in de buurt ging winkelen. Welke 'koningin' durfde ik niet vragen. Zou het Liliane de Rety geweest kunnen zijn?

 Hij liet de jongetjes dan bladeren in gebonden verzamelingen oude Kuifje-tijdschriften. Hij haalde ze uit de lage kast met de schuifdeuren. Die lagen half uit elkaar.

 'Dan had je de hele middag geen kind aan ze.'

 Toen ik wegging kreeg ik een herdruk van 'Tintin a Pays des Soviets' mee. Maar in de opwinding vergat ik mijn bandjes op de Avenue Louise. Hergé heeft toen - hoorde ik later - zijn secretaris baron Baudouin Van den Brande de Reth nog naar het Zuidstation gestuurd om ze me achterna te brengen. Vergeefs, de trein was net weg. Hij stuurde ze toen maar per post.

 Hergé sprak wel degelijk wat Nederlands, te zien aan zijn Syldavisch en Bordurisch.

 Met mijn vriendin, die ook tekent, had hij het over zijn kroontjespennen. 'Als ze bot worden slijp ik ze met een bijl', zei hij. Huh? Dat moest - excusez - natuurlijk een vijl zijn.

Tags: 

De val

 Nog een boek dat ik niet zal schrijven: 'Het vallen in de beeldende kunst'. Ik beschouw Hergé als de meester van de val. Natuurlijk zag hij veel slapstick films. Waarvan de sleutel is de onkwetsbaarheid van Buster Keaton, Laurel & Hardy of Chapl­in. Ze vallen wel, maar kloppen het stof van hun kleren en gaan voort.

 Dat is het verschil met oude kunst, bij Breugel of Bosch is vallen zelden grappig. Pas in de strips rond 1900 duikt de bananenschil op en is de val een straf voor gewichtig gedoe.

 Zo krijgt een beeld als deze Jansen & Jansens z'n charme.  Niet alleen door de oneindige hoeveelheid details.

 Wat er al niet valt. Van sokophouders tot losse boorden, van schoenzolen tot brekende wandelstokken. Een deftige meneer zoals Hergé's oom en diens zo op hem lijkende vriend waarnaar J&J gemodelleerd werden bestaat uit vele attributen en o jee. De volwassenheid moet het altijd weer ontgelden.

 Met Andersens 'Nieuwe kleren van de keizer' als oermodel. Heel langzaam zijn volwassen mannen zich gaan kleden als jongens, middelbare vrouwen als meisjes.

 Hotter than my daughter blijft een van mijn favoriete programma's. En ook de volgende president zal een baseball petje dragen. Ook hij zal net als Trump na elke val het stof van z'n kleren kloppen, ongedeerd.

Tags: 

E.P.Jacobs

 Met mijn vriend de schilder en instrumentenrestaurateur Jan van den Hemel, die dit jaar stierf, maakte ik een pelgrimage naar Jouy-en-Josas, onder Versailles. Omdat dat de omgeving is waar de strip S.O.S. Meteoren van Edgar P.Jacobs zich afspeelt.

 Jacobs, de vriend van Hergé, die hem vereeuwigde als mummie in De Sigaren van de Farao. Omdat Jacobs zo precies naar zijn locaties werkt konden wij met behulp van Michelin-kaarten precies terugvinden waar het landgoed Troussalet zich bevindt waar de boevenbende zich ophoudt die al maanden het weer van Europa beïnvloedt. Regen, almaar regen en mist. De vaste schurk Olrik is er ook weer bij. In hun laboratorium bouwen ze een apparaat dat bolbliksems als wapen maakt en een gekmakende mist.

 Jan en ik maakten dubbele schokken van herkenning door. We herkenden landschapselementen als het viaduct en het huis van Labrousse en vonden onze oorspronkelijke spanning bij het lezen terug, We werden zelf Mortimer en Blake, de merkwaardig Engelse, pijprokende helden van Jacobs. Engelsen zijn dan nog Sherlock Holmes-achtige speurders.

 De spanning bij Jacobs zit hem in de precisie waarmee hij de locaties tekent. Iets wat hij deelt met zijn vriend Hergé. Alles in de decors moet tot in de puntjes kloppen! En dat doet het nog.

Tags: 

Het andere Japan

 Vrij vaak kom ik in het Leidse Sieboldhuis, het Japanmuseum. Waar ik altijd eerst de plank met erotische prenten naloop. Omdat er een nieuwe Kunstschrift is over de prenten van onder meer H­okusai en Hiroshige zijn er op 21 en 28 juni ook lezingen van kenner Matti Forrer over nieuw ontdekt werk van Hokusai.

 Omdat Japan zo lang geïsoleerd was en via Decima alleen contact had met Nederland is spannend wat er gebeurde toen de deur op een kier ging. Japan kwam in de mode. Van Gogh schilderde prenten van Hiroshige na en hoe Japans de 'klare lijn' van Hergé was heb ik hem niet kunnen vragen.

 Jeroen Stumpel schrijft dat hij de 'poëtische verbeelding' van de Japanners mist. Tja, de brug in de regen van Hiroshige of de 'Grote Golf' van Hokusai ontbreken. Maar de filmische stijl met doorlopende karakters en de verhaalspanning zijn er in de  Japanse prenten weer niet. Die ontdekten het landschap. En Hergé moest voor kinderen werken.

 Wat Hokusai en Hergé delen is de lichte humor. De mannetjes die in hun roeischip tegen de reuzengolf op proberen te roeien terwijl de toeschouwer ziet dat ze het volgende moment overspoeld zullen worden. Seks was er al evenmin bij de brave katholieke padvinder Hergé, terwijl in Japanse prenten seks en humor juist zo mooi samengaan. Zodat je weer stil moet staan bij wat het Christendom ons allemaal heeft aangedaan.

 Wat Margriet Verhoef vertelt over de samenwerking van Hokusai met zijn begaafde dochter Oi is opzienbarend. Hij riep haar bij die naam: 'Oi, Oi!' En zij antwoordde dan brutaal 'He ouwe, gaat het een beetje?' Dit in een morsig atelier vol luizen.

Tags: 

Krokodillentranen

 Iedere Kuifjelezer weet wat je moet doen als je in Afrika wordt aangevallen door een krokodil en je hebt je geweer al zonder resultaat leeggeschoten.

 Je zet het leeggeschoten geweer rechtop in de opengesperde muil van de krokodil. Heeft Hergé dit bedacht of is het ouder?

 Zeker oud zijn de krokodillentranen zoals beschreven door Robert Flierman in het 'Tijdschrift over de Middeleeuwen' Madoc (afl.4, 2016).

 De nijlbewoner stond al in de Middelleeuwen bekend als menseneter, met de bijzonderheid dat hij als hij een mens verslond daarbij in tranen uitbarstte. Waarom? Door een huilend kind na te bootsen probeerde de krokodil zijn prooi in de val te lokken; de tranen dienden bovendien als smeermiddel om een mens van top tot teen te kunnen verzwelgen. Maar ook:  met zijn tranen beweende de krokodil zijn slachtoffer.

 Toch, het huilen werd al vroeg een symbool van schijnheiligheid. Erasmus nam rond 1500 de uitdrukking over in zijn 'Adagia': doen alsof je begaan bent met het lot van degeen die je in het ongeluk hebt gestort. En zo gebruiken wij het merkwaardigerwijs nog. 

Tags: 

De dood van Kuifje

 Tekenaar Hergé stierf in 1983, tijdens het maken van Kuifje en de Alfa-kunst, zijn vierentwintigste, onvoltooide. In de bewaard gebleven schetsen zit hiervan een niet mis te verstane aankondiging.

 Het gaat over eigentijdse verdwazing, vooral in kunst. Er duikt een kunstenaar op die de letters van het alfabet in perspex giet. Haddock, die net opgehouden is met drinken treft de letter H (niet toevallig ook het initiaal van Hergé).

 Hergé wilde in zijn jonge jaren zelf kunstschilder worden, maar zag daar van af. Toen hij striptekenaar werd deed hij dat onder een pseudoniem: Hergé (Remi, Georges). Kunst verzamelde hij, in Kuifje vind je komische pastiches van 'moderne kunst'.

 De keren dat ik bij hem was op zijn studio aan de Brusselse Avenue Louise zaten we in een kantoor vol moderne kunst.

 Zo eindigde zijn strip-oeuvre in de Alfa-kunst bij kunst. Ook heel letter­lijk. Een bende van kunstvervalsers (vervalsingen van Gauguin, Renoir, Modigliani, Monet, Picasso) neemt Kuifje te grazen als hij ze dreigt te ontmas­keren. 

 De bedoeling is Kuifje dan in Perspex te gieten, zoals in die jaren mode was met voorwerpen in de kunst. Einde verhaal. Einde van Kuifje.

 De superieure ironie van Hergé.

Tags: 

Hardhorend

 Over doofheid ging het, en hoe weinig daarover in de literatuur te vinden is. Nu wordt me David Lodge aangereikt. De Engelsman die onder de iets te grappige titel 'Deaf sentence'­ zijn ervaringen opschreef.

 Doofheid is niet dodelijk en valt onder de grappige ziekten, als de bof of de schijn-kwetsuren van helden van de slapstick.

 Mijn jeugdheld was Hergé's professor Zonnebloem die doofheid paarde aan verstrooidheid. Beroemde passage: Haddock: 'Mijn hoofd bonkt.' Zonnebloem: 'Roodvonk? Maar dat is een heel besmettelijke ziekte.' Wat hem niet belet na aanschaf van een hoorapparaat een maanraket te ontwerpen.

 Lodge bespreekt ook de zg. Lombard Reflex die ook mij in reflecterende ruimten teistert (steen, glas), en die ik leerde kennen als de 'staande golf', die maakt dat geluid weerkaatst tegen muren en ramen en zich tenslotte als 'white noise' verzamelt op halve hoogte. Zodat radiotechnici zeggen 'het geluid kan niet weg'.

 Intussen kijk ik veel naar de ondertiteling op teletekst, die in ons land door randdebielen wordt verzorgd, zodat ik vaak potsierlijke apekool lees bij wat politici - onverstaanbaar - zeggen.

 Als steun denk ik vaak aan mijn oude vriend, de dichter Louis Lehmann, die formuleerde: 'Waar de mensen ook naar toe gaan, de voornaamste reden blijft toch altijd het horen van hun eigen stem'.

Have a nice day

 De titel vat de film perfect samen. De nietszeggende afscheidsformule waarin heel de Chinese omgangsvorm is samengevat, met knipogen naar Amerika. Of je het volgende moment dood bent doet er niet toe.

 Wat doet er wel toe in deze bijzondere Chinese filmstrip? Die de wereld tot stilstand brengt en alleen hoognodige beweging laat zien zoals een regendruppel die op een oog valt of een auto die voorbij raast. Het gaat om de stilstand. De - meest avondlijke - striplandschappen zijn prachtig van kleur en uitgevoerd in een Chinese variant van de klare lijn. Het gaat om de details, die in deze nu eens tergend trage dan weer vliegensvlugge omgeving alle aandacht krijgen. En de spanning maken. Er wordt geciteerd uit de filmklassieken. De handeling is kapstok en houdt de spanning vast maar meer ook niet.

 Er is een tas met geld van criminele oorsprong die een lieve jongen achterover drukt om de cosmetische operatie van zijn verongelukte vriendin te bekostigen. Aan het eind is iedereen dood behalve hij en de tas staat op straat.

 Hoe het Jian Liu lukt om je vast te houden bij dit spektakel waarin niets gebeurt moet hem zitten in hoe hij met de media speelt. Hergé en Japanse prenten, tekening en film ontmoeten elkaar op een nieuwe manier.

Tags: 

Thorsten en Sponge Bob

 Striptekenaars en kunstenaars blijven uit elkaars buurt. Georges Rémi had schilder willen worden maar toen hij striptekenaar werd noemde hij zich veiligheidshalve Hergé. Nog pas kreeg Robert Crumb eindelijk een tentoonstelling in Boijmans. Maar eerder waren er Dis­ney, Herriman anderen die dieren en voorwer­pen tot levende karakters maakten.

 Van de Duitse kunstkant komt nu Thorsten Brinkmann, die schem­erlampen en broodtrommels beentjes geeft en schoenen aantrekt. En die de woordspelige titel 'Life is funny my deer' meegaf aan zijn expositie in het Haagse Gem. Kunst mag bij hem grappig zijn.

 Ik durf ook te wedden dat hij net als ik een liefhebber is van 'SpongeBob Squarepants'. De sprekende spons die op de oceaanbodem leeft. Een spons moet wel een vierkante broek dragen, dat spreekt. Ook verder gaat hij keurig gekleed. Hij werkt in een onderzees restaurant voor seafood en zijn beste vriend is een zeester.

 Disney heeft eens geprobeerd een echte kunstfilm te maken met zijn 'Fantasia'. Dat mislukte. Wanneer wordt zo'n fantasie kunst, wanneer niet? Toch waarschijnlijk wanneer de tragiek z'n intree doet. SponsBob is niet tragisch, Buster Keaton wel. Omdat hij zijn lot onverstoor­baar blijft ondergaan.

 Hij deed alle stuntwerk in z'n films zelf, las ik. Zijn lichaam was een slagveld van littekens.

Tags: 

Pagina's