Brakmans schik

Zondag, in Enschede, bij de doop van 'Voltreffer', nagelaten stukken van Willem Brakman (1922-2008), zal ik 'iets zeggen'.

 Over de humor in z'n werk, dat is afgesproken. Nu hadden Willem en ik veel schik. Maar humor? Wat een raar begrip is dat toch. Iets als slagroom, die je over de werkelijkheid heen spuit om hem verdraaglijk te maken. Goed, we waren Hagenaars, en geen van beiden 'het slachtoffer van een gelukkige jeugd'. Was er iets dat daarop zou wijzen dan verzette hij zich met hand en tand. Zoals bij het zien van deze strandfoto waar hij denk ik vier jaar oud is:

'Hoewel een groepsfoto ben ik de hoofdpersoon: gezeten op de schoot van mijn vader, die beide armen om mij heen heeft geslagen, wat al met al een innig en lijfwarm tafereeltje oplevert. Kinderlijk geluk, aan het gemis waarvan ik een leven lang heb geleden, is hier echter niet betrapt, ik herinner mij het gefotografeerde moment in 't geheel niet en dat is ook juist.'

Denk dus nooit - als het begint te sneeuwen - dat Gerrit Hiemstra daar de hand in heeft. Het is Willem Brakman die uitmaakt of, waar en wanneer het zal sneeuwen. In Enschede, in Münster of in Den Haag. Wat men ernst en humor noemt zijn in z'n boeken onscheidbaar vervlochten. Hij is het zelf.

Tags: