Giacometti

 Alberto Giacometti (1901-1966) in de Kunsthal, ik moest naar Rotterdam. Koppen en figuren. In de jaren '30 was hij bevriend met de surrealist Breton. Dat liep stuk toen Giacometti terugkeerde naar de menselijke figuur en vooral het hoofd: "Want als je een hoofd 'hebt', dan heb je de rest vanzelf; zonder hoofd heb je niks."

 Maar vergeet de voorwerpen niet. Neem de Appel op de commode (1937). Dat is een afbeelding van het ouderlijk dressoir, waar volgens de kunstenaar eerst van alles op stond, een schaal, een bord, een vaas bloemen, en drie appels. De commode staat bij zijn moeder thuis in een Zwitsers dorp vlak bij Chiavenna, boven het Comomeer. Giacometti ontruimde de commode tot er ten slotte alleen nog drie appels over waren. Zag toen dat het hem zelfs onmogelijk was om van een afstand van drie meter deze appels alle drie echt goed te beschouwen en haalde er bij nader inzien nog twee weg. Resultaat: Appel op de commode (een vrij kleine appel).

Tags: 
Trajanus (98-117)
Hadrianus (117-138)

Keizersneuzen (1)

Vanmiddag in de Kunsthal schoten ze me weer te binnen, de lullen van het Vaticaan.Ik weet zeker dat ik ze me niet verbeeld heb. Op televisie werd een filmpje getoond van laden vol lullen, afkomstig uit de verzameling kunstschatten van het Vaticaan. Elk met een kartonnen labeltje aan een touwtje erom, met de herkomst. Er werd uitgelegd en getoond dat ze in de 19de eeuw (dacht ik, of eerder al? wie helpt?) vervangen waren door vijgenbladeren.

En nu, bij de vrij suffe tentoonstelling 'Glorie van Rome' in Rotterdam bleef ik maar kijken naar de afgeslagen neuzen van Romeinse keizers. En dwaalde in gedachten naar de Franse revolutie, die toch wel de grootste beeldenstorm van de geschiedenis was. Keizer, heilige, het moet altijd weer zo zijn gaan: het beeld met vereende krachten van z'n sokkel rammen, de kop eraf, en dan, als finishing touch, ligt in één klap de neus van de keizer of heilige in het gras. En daarmee het oude bewind. De geschiedenis wordt geschreven in neuzen.

Aaf van Essen
de vader van Aaf in ''Jezus met hond'' (1947)
kruissteekjes van Melle

Melle (3)

De tentoonstelling 'De schepping van Melle' wordt in De Avonden begeleid met een tweeluik. Maandag as. is Aaf van Essen te horen, beeldend kunstenaar en nicht van Melle Oldeboerrigter (1908-1976), die hem van jongsaf meemaakte. Een maandag later komt het verhaal van uitgever Wouter van Oorschot, die als zoon van zijn vader Geert, die bevriend was met de schilder een levenslange liefde voor diens werk heeft opgevat.

Aaf van Essen zag, zeven jaar oud, in 1947 voor het eerst werk van haar oom, die haar ouders een aquarel cadeau deed, met daarop een Jezus met één oog. En dat kon kloppen want die vader droeg een oogprothese. Verder was hij naakt afgebeeld, met een touwtje om zijn geslacht. Melchior, de zwarte koning, bracht hem troost. Aaf herinnert zich dat bij haar thuis - een verlicht arbeidersgezin - een boek met afbeeldingen van Geertgen tot St.Jans stond. Melle's familieachtergrond was katholiek. Hij noemde zich wel een 'christenanarchist'.Visioenen had hij ook, vlak na de oorlog al. En in de jaren '50 kreeg hij na epileptisch insult medicijnen die ze ook opwekten. En die hij ging schilderen. Zijn grootmoeder bezat 'gaven', die zag dingen. De heilige Franciscus en zijn omgang met de dieren zijn een weerkerend thema. Melle's werk getuigt van devotie, ontzag voor de schepping. En, hij laat soms ook iemand over het water lopen, met een zware last. Een tijd lang zat hij vaak in de huiskamer van de familie De Swaan, waar hij graag kwam, te borduren, in kruissteekjes. Uit de hand, zonder schets vooraf, vertelt Aaf. Hij kon heel goed tegelijk praten en zoiets maken.

Aaf van Essen
Beluister fragment

Beton (33)

Arie Schippers bericht dat hij het 'gat gevuld met zigzagtegels' (Beton 32) in zijn verzameling heeft gedaan.En voegt bij:

maar wat denk je hier vanik was er even heel blij meeps. de blijdschap van Arie, waarin zit hem die? de legger van het tegelpatroon faalt, er was een halfhartige poging, maar ach. ik denk, het putje deed hem de das om.

later
onovertroffen omslagfoto
toen

Aan de Lange Weg (1)

'Dat komt doordat je tot het donker op je kont aan de weg bent blijven zitten,' zegt ze. 'En toen je daar zat had je het niet koud of wel soms?'... 'Dat komt omdat zolang die beesten er zijn dat raampje moet openblijven,' zegt ze, 'want je geeft meer om die zwaluws dan om mij'...

‘Aan de Lange Weg’ is een boek dat sinds 2004 steeds weer opnieuw verschijnt. Die Weg is de weg door Veldhoven, onder Eindhoven waar de schrijver A.M.Meurs vandaan komt.Een weg waaraan je alles kunt aflezen. De weg verandert met de tijd, zoals nu weer te zien is in een nieuwe editie van zijn literair kladschrift 'Het Werk' (nr. 53), deels in kleur. Foto's van de Lange Weg. En teksten over wat er aan de Lange Weg gebeurde sinds A.M.Meurs er geboren werd en daarvoor. Tientallen foto's van mensen, gebouwen en plekken. Die samen een niet te houden melancholie oproepen. Ook bij wie nooit in Veldhoven is geweest, zoals ik.Bestellen gaat door 3 euro plus 1,32 verzendkosten over te maken naar 7646016 van Meurs A.M. Amsterdam ovv. Uw Adres. De roman kost 16,90 en is op de zelfde manier te bestellen. (...)Een weg die kinderverlamdHet rechterbeen zwaait voor het linkerOm rechtdoor te kunnen gaanEn naast en achter zich In plaats van hofAuto's die tweedehands worden verkochtEn verder achter zichin plaats van veldDe autosnelwegMet snel alles er naartoeEn snel alles er vanafHet staat er nogHet geboortehuisMaar vraag niet hoe(...)

Charlotte Roche

Vochtige streken

Toch Vochtige streken gaan lezen, en wat? Ze vertelt van het stiefkind lichaam. Dat neemt erg voor haar in. In de literatuur mag het lichaam maar heel gedeeltelijk en dan nog onder strikte voorwaarden meedoen. Helden in de literatuur zijn reukloos, poepen en pissen niet, laat staan dat ze zichzelf anders beroeren dan op de toegelaten plekken.

Charlotte Roche roept veel bij me wakker met haar anale en andere varianten (A.Moonen had dit moeten lezen!). Toch, er is ook iets anders in het spel: de heldin is een meisje. Toen Arnon Grunberg - als Marek van der Jagt - de held in 'Gstaad '95-'98' zijn anus liet maltraiteren met een nagelschaartje hoorde je niks. De gebleekte anussen bij Gummbah bleven onbesproken. Maar wat Charlotte Roche uitvreet, nee.Ik kan er niks anders in lezen dan een pleidooi voor het lijf. De geur en smaak ervan. Het wrijven, het krabben, het betasten.Ben ik er nog?

Tags: 
Assisi II (1962)

Melle (2)

Bij de tentoonstelling 'De schepping van Melle' hangen als aanvulling op de bovenverdieping wat heel mooie schilderijen uit het Interbellum. Heel verhelderend.

Melle begon op z'm dertigste, net voor de oorlog, en kwam pas daarna los, maar toch is hij erg verwant met magisch realisten en surrealisten als Willink, Moesman en Pijke Koch. Wat bindt ze? Er is angst en dreiging. De schilder schept zich een paradijs, maar dat wordt altijd bedreigd. Door ondieren of wat ook.ps. In de nieuwe Tirade schrijft Wouter van Oorschot - die hem van nabij meemaakte - over Melle

by night
het kraanspoor en de doos
Julian Wolse

Kraanspoor

Tegen valavond kon ik eindelijk eens het Kraanspoor in, in Amsterdam-Noord. De constructie met vier pijlers in het IJ waarop eens de rails lagen voor de huiskranen van de NDSM (gebouwd 1952).Het was Trude Hooykaas die in 1979 bedacht er een doos vol kantoren boven te laten zweven. Nu is het al een jaar in gebruik en nadert voltooiing. Het kreeg vorige week de Staalprijs en de Glas-award, en zojuist - in Miami - de Global Award of Excellence voor architectuur. Terecht. Het Kraanspoor is het mooiste gebouw van de stad. Het Paleis op de Dam laat ik er voor staan..

Niet vertrut, als zoveel hergebruikt industrieel erfgoed, niet ingepakt in bloembakken en boompjes. De omgeving is industrieel gebleven, even verderop wordt een schip gelost. De avond viel, en zelfs tot in de belichting klopt het: Scheepslicht. En de bekistingpatronen zitten nog in het beton. Morgen is mijn rondgang met architect Julian Wolse, van het begin partner in de realisatie te horen. Aan het eind stijgen we op. 't Is een ruimteschip.

Christofoor (1958)
Pipa I (1959)

Melle (1)

In 1970 heb ik op een middag Geert van Oorschot (1909-1987) en Melle Oldeboerrigter (1908-1976) kunnen gadeslaan. De uitgever en de schilder, die gek genoeg zo op elkaar leken, haardracht, vlinderdasje. Ze dronken en praatten en de wereld was van hun. En vanmiddag zag ik in Arnhem de grote Melle-tentoonstelling in het Museum voor Moderne Kunst - dat zelfde schitterende museum op de berg met zicht op de Rijn dat een dwalende wethouder daar wil weghalen. Stop!

Wat ben ik toch bevooroordeeld! Melle zat fout in m'n kop. Als pittoresk, als een beetje te grappig zelfs. En nu, met zoveel werk om naar te kijken zie ik eindelijk hoe goed hij is. Hij heeft bijvoorbeeld een schilderkunstig antwoord op Amsterdam. Een stad in het water, gebouwd in een moeras, waar huizen en mensen samenleven met talrijke water- en landdieren. Vreemde levensvormen hebben zich daar ontwikkeld. Melle had internationaal kunnen doorbreken. Het Louvre lonkte, Peggy Guggenheim hengelde. Maar hij ging niet. Hij durfde niet. Zat vast in de modder van Amsterdam. Later meer.

Saarbrücken

Duitsland is me een raadsel, nog steeds. Na jeugdvakanties in de Trümmerzeit - m'n vader was leraar Duits - heb ik het land lange tijd gemeden. Nu ga ik weer kijken. Naar wat? Je hoort er nooit iemand over, maar ik zie maar één ding: de oorlog.

Neem Saarbrücken. Een samenstelsel van bouwwerken aan een rivier. De meeste zijn nieuw. Dat wil zeggen van na de oorlog. Vóór de oorlog bestond er ook een Saarbrucken, daar zijn foto's van.Men doet het graag voorkomen of het oude Saarbrucken en het nieuwe een en de zelfde stad zijn, maar vaak zit de overeenkomst in weinig meer dan straatnaambordjes. Oude namen op nieuwe bordjes. Als men er over spreekt zegt men 'damals'.Er resten ook een paar gebouwen uit de oude tijd, zo lijkt het. Maar dat is schijn. Het slot, twee kerken, ze zijn herbouwd uit gelijksoortige steen op de ruines. Duitsers zijn goed in het maken van verleden. Wat er staat is nieuw, allerlei soorten nieuw. Uit de jaren '50, 60 en zo verder. Getekend door grote haast en weinig geld, met goedkope materialen. Ook door het verkeer, er lopen autobahnen dwars door de stad. De geallieerde bombardementen maakten de weg vrij. Het oudste nieuw wordt alweer afgebroken. Wat jammer is. Er school soms lef in. Het nieuwste nieuw is interrnationaal duur.Op de heuvel achter de Saar ligt een oude villawijk. Daar kun je zien hoe de rijken woonden die uitgingen in een niet meer bestaande stad.

Pagina's