Morgen opent in Diepenheim de tentoonstelling die Marcel van Eeden maakte met tekeningen van geestverwanten en twee nieuwe van hem zelf op groot formaat. Dat is nieuw. Formaat verandert veel. Ik zeg ook iets.
Motto: 'I who make mistakes on the eternal typewriter' (Ginsberg). Mooi, als we schrijven doen we dat allemaal op die ene, eeuwige tikmachine, en we maken onvermijdelijk allemaal fouten, onuitwisbare. De machine onthoudt alles. Zo lees ik die regel.
En dacht meteen aan W.F.Hermans en zijn boek Het evangelie van O. Dapper Dapper. Waarin de schrijfmachine uitgroeit tot een een vernietigende reuzenmachine in de Vijzelstraat.
Marcel wilde vroeger schrijver worden. Is een lezer, heeft ook gewerkt als bibliothecaris. In zijn werk is het schrijven nooit ver weg. Immers, tussen tekst en beeld bevindt zich het verhaal. Al sinds de Middeleeuwen, in het tapijt van Bayeux en zo door.
Vaak voorzien van tekst linten. Voorlopers van de tekstballonen.
Marcel tekent de wereld van voor zijn geboorte (1965). Zijn werk lijkt een picturale pendant van de Temps perdu die Marcel Proust probeert te achterhalen of beter opnieuw te scheppen. Met het verschil dat Marcel van Eeden zijn verloren tijd nooit gekend heeft. Kun je iets verliezen dat je nooit hebt gehad? Dat is het raadsel dat hij opgeeft.
Hij voert je mee naar een hiervoormaals, waar men zijn ordelijke, alledaagse gang gaat zonder te weten wat wij weten, namelijk wat komen gaat. Niet veel goeds.