De aanhef

 De Kerst nadert en daarmee de 'Briefje in fles'-sessie in de Utrechtse Molen. Een brief om in zee te werpen, hoe die te beginnen? Welke aanhef? Er is een tijd geweest dat titulatuur en belangrijk hoofdstukje in zakagenda's was.

 Een jonkheer of jonkvrouw schreef je aan als Hoogwelgeboren. Een rechter was een Weledelhooggestrenge heer. Een gewoon iemand Weledele heer. Maar de onbekende vinder van een brief in een fles aan het strand?

 Later kwam Beste en onder familieleden Lieve. Ansichtkaarten met Lieve Ouders, waarbij je vaak je geestesoog moest dichtknijpen voor je het neerschreef. Waren ze lief? Vond ik ze lief. Het hoorde bij de cursus liegen en bedriegen die opvoeding heet.

 Was er een vliegtuig neergestort dan zat het volgens de krant vol 'dierbaren', de vertaling van het internationale 'loved ones'. Ben je ze liever kwijt dan rijk dan zwijg je.

 Op internet is het makkelijk geworden. Daar blijft niets over dan Ha Henk of Hoi Jacqueline.

 De brieven in flessen die ik in zee gooi hebben wel degelijk geadresseerden, alleen die staan er niet op, blijven geheim en zijn bedoeld voor de vergetelheid. Alleen degeen voor wie hij bedoeld en geschreven is zou het onmiddellijk doorzien. En dan? Maar er komt met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid geen 'En dan'.

Tags: