Willem Kloos
Albert Verwey

Kloos en Verwey (1)

Vrijdag ga ik langs bij Rob van de Schoor in Nijmegen, medesamensteller van het brievenboek van de beide aanvoerders van de Tachtigers, Willem Kloos en Albert Verwey. Titel: 'Van de liefde die vriendschap heet.' Kloos is net 23 jaar oud, Verwey zes jaar jonger. Je leest ze en denkt, mijn god wat is de wereld sindsdien verpeuterd. Hier Kloos, in 1882 over de liefde.

'Maar eigenlijk is 't een beroerde boel, en daarom liggen we altijd, half onbewust, op den loer onder de menschen, om een lief gezicht te vangen en er door gevangen te worden. Dat is ten minste iets tastbaars, buiten ons. Ook ik doe zoo, heb altijd zoo gedaan, en schijn er nog niet mee uit te kunnen scheiden. (...)Toen ik achttien jaar was, leed ik onder mijn eersten hartstocht, - wat vóór dien tijd viel, was slechts 'the light fire in the veins of a boy' -Eenzaam was ik, en toen de dood kwam, kon hij mij niet eenzamer maken. Daar heb ik veel verdriet van gehad. Wat onkruid op een graf geplukt, is het eenige, wat er van mij overblijft. Daarna kwam de groote passie van mijn leven. Zes maanden was ik gelukkig en toen ik weer weggestooten werd, dacht ik, dat ik breken ging. Maar ik ben er toch van opgekomen, wat harderen wat nuchterder. Nooit meer, meende ik, doch toen Dora mij aankeek en bleek werd, en - de verkeerde wereld - mij het hof begon te maken, ben ik gaan probeeren, of kussen de zelfde uitwerking hadden als sterke drank.(...)

Tags: